aanvaller

Senegalees, geboren op 10 augustus 1980 in Nguidile. 1,93 meter –

78 kilo. Profiel: de koppigaard.

Ibrahima Sidibé: “Ik zou mezelf omschrijven als een koppigaard met een groot hart. Ik wil zo veel mogelijk andere mensen helpen, daar haal ik voldoening uit. Maar anderzijds laat ik me zelf niet zo gemakkelijk helpen. Ik sta erop mijn eigen zaakjes te regelen. Op dit moment zijn mijn verloofde en ik bijvoorbeeld aan het verhuizen. Voor en na de trainingen pendel ik met mijn wagen vol spullen tussen ons vorige en ons nieuwe appartement in Hasselt. Jonathan Wilmet is ook al eens heen en weer gereden, waarvoor ik hem graag via deze weg wil bedanken. ( lacht) Voor de rest doe ik het dus allemaal zelf, waardoor het minstens een week zal duren vooraleer ik alles versleept heb. Maar zo ben ik. Ik slaap maar een paar uur per nacht en ben al naar de dokter moeten gaan met rugpijn, maar uiteindelijk zal ik slagen in mijn opzet. Als je hard werkt, word je daarvoor beloond, daar geloof ik heilig in.

“Ik ga eigenlijk maar zelden terug naar Senegal. Als voetballer heb je bijna nooit een langere periode vrijaf. Het is intussen al meer dan twee jaar geleden dat ik nog bij mijn familie ben geweest, maar via het internet kun je gelukkig wel contact houden. Ik heb mijn familie in Afrika misschien iets te vroeg verlaten. Mijn ouders waren echt ongerust toen ik als zeventienjarige naar Europa trok, ze waren bang dat ik zou beginnen te roken en drinken. Toch ben ik een echte familieman. Ik wil maar al te graag zelf een gezinnetje stichten. Een kleine Sidibe is een van mijn absolute prioriteiten. ( glimlacht)

“Mijn doel is om al lachend door het leven te gaan. Het is misschien een cliché, maar ik noem dat de ‘Afrikaanse’ mentaliteit: grappen en grollen en tegen iedereen vriendelijk zijn. Maar ik besef ook goed genoeg dat je op een voetbalclub niet altijd vrolijk moet zijn. Als we verliezen, ben ik daar minstens een dag kapot van. Na de nederlaag tegen Genk zat ik echt diep en ben ik zelfs beginnen te huilen.

“In de loop der jaren ben ik serener geworden, ik maak me minder snel kwaad. Vroeger ging ik wel eens over de schreef, ook op het voetbalveld. Maar intussen ben ik de Belgische aanpak al wat gewend: verdedigers proberen je fysiek en verbaal uit je tent te lokken, maar daar trap ik niet meer in. Over hypocriete mensen kan ik me wel nog echt opwinden. Op mijn familie en vrienden na kan het me eigenlijk niet echt schelen wat anderen over mij denken. Maar ik verwacht wel dat de mensen eerlijk zijn tegen mij. Ik hou er niet van dat er achter mijn rug dingen gezegd worden. Als je een probleem hebt met mij, zeg het dan gewoon in mijn gezicht.

“Ik ben vrij realistisch in mijn ambities. Maar als ik toch mag dromen, dan speel ik ooit bij Olympique Marseille. Een club die volgens mij perfect aansluit bij mijn persoonlijkheid. Maar hier bij Sint-Truiden leef ik eigenlijk ook al in een droom. Zolang ik maar kan voetballen. Wat als ik geen profvoetballer was geworden? Dan deed ik nu waarschijnlijk basket. ( lacht) Of een andere sport! Ik ben geboren om te sporten, ik kan niet zonder.”

door bregt vermeulen

“Over hypocriete mensen kan ik me opwinden.”

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content