Samen met Manuel Neuer en Cristiano Ronaldo is Arjen Robben genomineerd voor de titel van Europees Voetballer van het Jaar. Die wordt donderdag in Monaco uitgereikt. Een terugblik op een carrière waarin Robben zijn afkomst nooit verloochende.

Bedum (1)

In Bedum schept Klaes Hoekstra met een vermoeid gezicht zes taartjes in een doos. Het was een korte nacht, legt de dorpsbakker uit. De halve finale op het WK tussen Nederland en Argentinië hield hem tot ver na middernacht wakker en om halfdrie pendelde hij alweer tussen oven en deegrollers. Hoekstra was nog creatief genoeg om snel over te schakelen van gouden roes naar desillusie. Wat een paar weken geleden begon met Braziliaanse kontjes – karamelbavarois bedekt met een bikinibroekje van marsepein – eindigt nu met huilebalkjes, zure koeken en troostgebak. “Veel citroenvulling dus.”

Van oorsprong is Hoekstra een Fries. Maar met zijn winkel zit hij al twintig jaar in het centrum van Bedum, waar op 23 januari 1984 een wonderkind werd geboren. Als geen ander heeft Arjen Robben het soezerige gehucht, tien kilometer ten noorden van Groningen, op de kaart gezet. Er zijn dorpelingen die beweren dat toeristen Nederland tegenwoordig in twee attracties verdelen: Amsterdam en Bedum. De afgelopen maanden marcheerden cameraploegen uit allerlei landen door de smalle straatjes, langs de Sint- Walfriduskerk en zijn toren die nog veel schever is dan die van Pisa.

Voor dat unieke bouwwerk kwamen ze niet. Ze zochten het door Robben geschonken Cruyff Court met oranje doelen en vergaapten zich aan het riante complex van SV Bedum, dat bij elke toptransfer van erelid Robben de vlag hees omdat er riante opleidingsvergoedingen geïncasseerd konden worden. Ze filmden ook de Robbensteaks bij de slager en bewonderden het Robbencafé aan de vaart, waar op het dak een groot zeildoek hangt met de juichende voetballer en de tekst Ich bin ein Bedumer. “Je verwacht het niet van die nuchtere Groningers,” zegt bakker Hoekstra, “maar tijdens wedstrijden van Oranje is het hier dik feest. De foto’s mailen ze dan door naar Arjen. En na overwinningen springen er altijd wel een paar in hun onderbroek tussen het kroos in het Boterdiep.”

Als er geen EK of WK is, valt Bedum weer terug in de sluimerstand. Een lieflijk oord tussen het groen van de weilanden. Waarschijnlijk ligt het aan die oud-Hollandse ansichtkaartsfeer waardoor Bedum steevast aan Arjen Robben wordt gelinkt. Hoekstra: “Bewust of onbewust, de naam van ons dorp valt elke keer. En dat hebben we aan Arjen te danken. Hij komt hier nog geregeld en helpt mensen wanneer hij kan. Het mooie aan deze vent is zijn gewoonheid. Hij zal niet, zoals veel voetballers, ontsporen. Geen blingbling. Vooraleer zijn ouders bij hem op bezoek gaan in München, komen ze altijd een tarwebruin bij me halen, want dat Duitse brood lust hij niet echt. Arjen heeft zijn tweede finale in vier jaar dan net niet gehaald, maar toch stel ik voor: maak die man ereburger.”

Brazilië (1)

Vooral de dribbelaars gaven het WK kleur. Maar hoe goed de Colombiaan James Rodríguez ook speelde, Brazilië had alleen oog voor Neymar en de rest van de wereld debatteerde over de vraag wie de allerbeste was: Lionel Messi of Arjen Robben. Dat die discussie loskwam, geeft aan hoezeer de Nederlander, met Manuel Neuer en Cristiano Ronaldo een van de drie laatste kandidaten voor de trofee Europees Voetballer van het Jaar, is gegroeid. Na de Champions Leaguefinale tegen Borussia Dortmund in 2013, waarin hij de winnende treffer maakte (2-1), zei de nieuwe Bayerntrainer Pep Guardiola tegen hem: “Je hebt je definitief bewezen als topvoetballer. Vanaf nu moet jij alleen nog genieten.”

En dat doet Robben zichtbaar. Bevrijd van de ketenen van blessuregevoeligheid. Ook tijdens het WK zag de wereld iemand die in al zijn vezels gefocust was, maar die óók kon ontspannen en relativeren. Kritiek op zijn valpartijen tegen Mexico beantwoordde hij met een lach. Robben was volstrekt in balans.

In 2001 nam Louis van Gaal hem al mee naar het jeugd-WK in Argentinië. Een groter talent had hij nooit eerder gezien. Vier jaar later sprak de toenmalige bondscoach Marco van Basten de verwachting uit dat Robben de beste voetballer ter wereld zou kunnen worden. Het heeft wat langer geduurd, maar in 2014 lijken er geen twijfels meer te bestaan. Robben ontpopte zich in woord en gebaar tot een inspirerende leider. Hij imponeerde vaker en langer dan Messi.

Bedum (2)

Dertig jaar geleden maakten Hans en Marjo Robben zich nog zorgen om de gezondheid van hun zoon, die met zuurstofgebrek ter wereld kwam. Alsof het de sprint met Sergio Ramos betrof, maakte hij die achterstand razendsnel goed. Bij de plaatselijke voetbalclub haalde Arjen de bal op bij de keeper en liep hij iedereen voorbij, zijn instinct als kompas. Vrienden en trainers van toen vertellen nog altijd de anekdote over een wedstrijd in de D’tjes die met 20-0 werd gewonnen en waarin Robben négentien keer scoorde. “Met dat talent word je geboren”, zei Faas Wilkes, koning onder de dribbelaars, over de zigzaggende schicht die in zijn voetsporen zou treden.

Als kind was Robben in alles de beste: blaasvoetbal, tafelvoetbal, tennis, turnen, dammen, schaken. Op school ging het hem al even gemakkelijk af. Als hij een zeven haalde, moest het de volgende keer een acht worden. Grenzeloos gedreven. Eenmaal thuis na een vakantie pakte hij meteen een bal en ging naar het sportpark, vrije trappen oefenen. In Robbens kamer, pal onder de nok van het huis, hingen sjaaltjes van Arsenal, Barcelona en Chelsea. Hij was de dromer en werker in één persoon. Vroeger kon de Bedumer al zo mooi verongelijkt kijken op het veld. “Fanatisme”, vertelde hij daar later over. Ooit maakte hij vijftig doelpunten in de eerste acht competitiematchen. Zijn opa, óók een linkspoot, beloofde hem een trofee bij een verdubbeling van dat aantal. Aan het eind van het seizoen had Arjen 151 keer gescoord…

Er bestaat een tv-reportage van veertien jaar geleden, waarin de ontluikende prof op zijn herenfiets de weg aflegt van Bedum naar het Kamerlingh Onnes College in Groningen en weer terug. Zo ging dat jarenlang bijna dagelijks, door weer en wind, langs dijken en sloten. Robben deed het zonder morren. “Maak je geen zorgen, ik ga nooit puberen”, beloofde hij zijn moeder. En hij hield woord. Als zestienjarige debuteerde hij voor FC Groningen. “Toen had Arjen al ontiegelijk veel kwaliteiten”, zegt Egbert Darwinkel. Op wedstrijddagen reed Robben vaak mee met de doelman, die in de buurt woonde. “Oudere spelers wilden hem weleens aanpakken op de training. Maar hij liet iedereen achter zich. Je kón Arjen niet eens raken.”

Londen, Madrid, München. Robben schopte het tot de grootste metropolen. Maar in zijn hoofd is het dorp nooit ver weg. Hij bleef the boy nextdoor uit een modelgezin. Hij is nog altijd samen met zijn jeugdliefde Bernadien (ook uit Bedum), blijft schoenensponsor Adidas eeuwig trouw en laat vijf vrienden van vroeger geregeld meedelen in zijn succes en rijkdom.

Robben schaarde zich ook direct achter een grootschalig project van de Stichting Lezen & Schrijven, FC Groningen in de Maatschappij en Uitgeverij Kluitman. In de strijd tegen de laaggeletterdheid zijn intussen twee rijkelijk geïllustreerde kinderboeken verschenen, met Robben als hoofdpersoon. De derde is op komst. Fred Diks bracht de hersenspinsels van zeshonderd scholieren samen en maakte er een mengeling van feiten en fictie van. “Geen literair gedoe”, aldus Diks. “Gewoon lekker dicht bij het kind blijven. Dat slaat aan.”

Wonderlijk genoeg bleken bij het schrijven van Arjen Robben en het magische schot in Rio de Groningse kinderen over profetische gaven te beschikken. In hun versie van het WK was het Nederlands elftal na twee groepswedstrijden al verzekerd van de achtste finale. Het kwam allemaal uit tot en met een laatste confrontatie met Brazilië, inclusief de winst. Het enige verschil: in werkelijkheid ging het niet om de gouden godin, maar om de bronzen plak. Diks: “Het mooie is dat ze het op school zelf allemaal gefantaseerd hebben. Ze tekenden Arjen op zijn knieën na een winnende goal. Dan leg je de foto ernaast en komen die beelden precies overeen. Voor kinderen is hij een geweldige inspiratiebron. Ik heb de blikken in hun ogen gezien toen hij er was. Ze verafgoden hem.”

De WK-editie is na KIEFT (van ex-Ajaxspits Wim Kieft) inmiddels het best verkochte sportboek. Drukkerij Scholma uit Bedum draait overuren. Diks: “Na de eerste druk van 2500 exemplaren zeiden we tegen elkaar: ‘Als we die eens zouden kwijtraken…’ Maar binnen een week waren er tienduizend weg! Arjen Robben en de finale van de Champions League was vorig jaar een bestseller; Rio is een mégabestseller.”

“Arjen is het schoolvoorbeeld van een jongen die keihard werkt om zijn wens te verwezenlijken. Wars van kapsones. Na een lang seizoen in Duitsland had hij ook kunnen zeggen: ik wil op het WK focussen en ga meteen door naar het trainingskamp van Oranje in Portugal. Maar hij vroeg twee dagen vrij om naar zijn oude school in Bedum te kunnen komen voor de boekpresentatie.”

Moeder Marjo Robben trekt langs scholen om met verhalen over haar zoon het lezen en schrijven te stimuleren. Dit najaar zullen de avonturen ook in stripvorm verschijnen. De boeken worden steevast door Diks afgesloten met een interview. “Daarin maken we ook duidelijk dat het niet allemaal halleluja is geweest. Dat Arjen tegenslagen heeft gehad. Dat de buitenwereld hem bekritiseerde, hem De Man van Glas noemde. Maar hij leert kinderen vooral dat je moet blijven dromen.”

Brazilië (2)

Luka Robben was na de afgelopen WK-halve finale ontroostbaar, wiegend in de armen van zijn moeder. Overmand door moeheid en ontgoocheling kon het ventje, met zijn witte peenhaar een evenbeeld van zijn (jonge) vader, de nederlaag tegen Argentinië niet bevatten. Een cameraman zoemde in. Zelfs Arjen Robben kon zijn zoon niet tot bedaren brengen. De huilbui wekte vertedering. Ook Filip Joos kreeg het op tv even kwaad.

Vader en zaakwaarnemer Hans Robben nam vorig jaar contact op met Harold Zwarts om de commerciële belangen van zijn zoon te behartigen. (zie kader) Bij het opstellen van een profiel kwam Zwarts tot de volgende definiëring: “Een succesvolle doorzetter die nooit vergeet waar hij vandaan komt.” In het logo van de brochure staan vier kernwoorden: buitengewoon gedreven, aangenaam zichzelf. “Iedereen in zijn omgeving zei: ‘Wat Arjen uniek maakt, is zijn extreme gedrevenheid. Als hij een acht haalt in een wedstrijd, moet het volgende cijfer een negen zijn.’ Natuurlijk, het winnen van de Champions League heeft hem rust gebracht. Maar je bespeurde bij hem ook in Brazilië geen spoor van verzadiging. Alsof hij nog geen prijs gewonnen had.”

Robin van Persie, Memphis Depay, Leroy Fer, Klaas-Jan Huntelaar, Tim Krul, Ron Vlaar… Na hun prestaties in Brazilië viel altijd wel een keer de term jongensboek. Maar het mooiste was toch wel dat met Arjen Robben als hoofdpersoon. Vanwege de achtergrond en de raakvlakken. Omdat de droom de werkelijkheid dicht benaderde. En omdat Arjen Robben in zes van de zeven WK-duels schitterde als een stripheld. Dapper en onbevangen. Als een blij kind dat voetbal terugbracht tot de essentie en de wereld betoverde met zijn dribbels.

Diks: “Een en al magie, volgens mij.”

DOOR YOERI VAN DEN BUSKEN

“Ik zou willen voorstellen: maak Arjen ereburger.” dorpsbakker Klaes Hoekstra

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content