Daniel Cruz is weer de oude. Dat wil hij aan iedereen tonen, zeker aan zij die hem al afschreven. Maar vooral dankbaarheid stuwt hem, zegt hij. Tegenover Germinal Beerschot en God. ‘Op mijn 22ste zeiden ze dat ik niet meer zou kunnen voetballen’.

Tegenover Germinal Beerschot en God. ‘Op mijn 22ste zeiden ze dat ik niet meer zou kunnen voetballen.’

Na zijn inauguratie als president van de Verenigde Staten formuleerde Barack Obama het als volgt: ” Starting today, we must pick ourselves up, dust ourselves off and begin again the work of re-making America.” Een gelijkaardige boodschap paste rond Nieuwjaar op het Kiel. Germinal Beerschot moest zichzelf oprapen, afstoffen en weer oprichten. De Ratten hadden een deprimerende heenronde achter de rug waarin ze naar een beschamende vijftiende plaats waren verdrongen. Ze verzamelden in zeventien matchen amper vijftien punten.

Na enkele transfers en de 6 op 6 waarmee ze de tweede ronde begonnen, bant een pril enthousiasme de somberheid. Het flitsende en frisse voetbal uit de thuismatch tegen Genk (4-1) kreeg zaterdag geen vervolg in een fletse en flauwe vertoning op Dender (0-1). Maar wie die match niet zag, onthoudt vooral dat Germinal Beerschot weer won en zijn opmars voortzet.

In het kamp van de Ratten is er nu, net als in Washington, het besef dat de mouwen moeten worden opgestroopt. Om Obama nog eens te citeren: ” The challenges we face are real. They are serious and they are many. But they will be met.” Maar op het Kiel staat, net als in de VS, het geloof in een goede afloop weer als een paal boven water.

Om dat happy end te garanderen trok Germinal Beerschot Bart Goor, Mark De Man, Igor Mitreski en Ivan Leko aan. Daarnaast kan het Kiel ook weer rekenen op middenvelder Daniel Cruz (27), die zijn zoveelste revalidatieperiode achter de rug heeft.

Op Cruzcontrol

Cruz kan subliem voetballen. Dat bewees hij anderhalve week geleden nog tegen Genk, toen hij niet van de bal te zetten was, kunstjes toonde, prima passes verstuurde, in duel ging en zelfs tackelde. Het inspireerde tv-commentator Filip Joos tot een mooie woordspeling: “Germinal Beerschot op Cruzcontrol.”

De vriendelijke Colombiaan kan het Kiel doen kronkelen van plezier en velen in en rond de club kunnen dan ook geen slecht woord over hem verdragen. Toch heeft hij ook tegenstanders. Die verslijten hem weleens voor een salonvoetballer die al te makkelijk valt.

Het kan evenwel ook die critici niet ontgaan dat elke trainer op het Kiel steen en been klaagt als Cruz afwezig is. Ligt de Zuid-Amerikaan in de lappenmand, dan wordt hij hard gemist. Omdat hij voor voetballend vermogen zorgt, natuurlijk, maar niet alleen dat.

Harm van Veldhoven, de vorige trainer van de Ratten, moest het zowat een hele heenronde zonder de Colombiaan stellen en spreekt dus uit ervaring. Hij zegt: “Cruz is een type dat heel belangrijk is in de groep. Hij kan heel goed de schakel vormen tussen de trainer en de rest van de groep, en tussen verschillende culturen in de groep. Hij voelt zich een stukje Belg, gaat prima om met de mentaliteit van hier, maar is daarnaast ook thuis in de leefwereld van Zuid-Amerikanen en Afrikanen. Hij speelt perfect op hen in, kan jongens bij de hand nemen en een goed gevoel geven. Dat is natuurlijk heel belangrijk. Ik proefde op dat vlak wat onrust was en miste Cruz enorm in de kleedkamer.”

Bruggenbouwer

Zie jij jezelf ook zo, Daniel?

Daniel Cruz: “Ik praat veel met de anderen. Als je vriendelijk bent, krijg je respect terug. Ik denk dat ik daarom belangrijk ben in de kleedkamer.

“Je hebt in een groep verschillende persoonlijkheden. Je moet slim zijn als je iemand benadert. Daar ben ik wel goed in, denk ik.

“Ik pikte die dingen op van mijn vader, zag hoe hij omging met mijn broer, mijn zus, mij en andere mensen. Hij pompte er ook bij zijn kinderen dat respect in. Behandel iedereen zoals je zelf behandeld wil worden, dat werd mijn motto.

“Ik geloof in het karma ( het ‘bepaald zijn’ van iemands lot door de som van zijn daden, nvdr) en in een volgend leven. Als je je goed gedraagt, komt dat altijd wel op de een of andere manier naar je terug.

“Maar ik doe het niet daarom. Ik vind het gewoon leuk om aardig te zijn tegen de mensen. Het gaat in het leven niet enkel om krijgen.

“De eerste centen die ik verdiende met het voetbal, waren in een mum weg, zonder dat ik iets voor mezelf gekocht had. Alles had ik aan anderen geschonken; aan mijn broer, mijn zus, mijn ouders, sommige vrienden … It was op.”

Je voelt de verschillende culturen ook goed aan, zegt Van Veldhoven.

“Ik probeer die zo veel mogelijk samen te brengen.

“( stilte) Maar eigenlijk is het een beetje raar dat we nu praten over wat ik in de kleedkamer doe. It hasn’t been anders in the last years.

Als je er niet bent, staat iedereen daar meer bij stil. Zeker als het intussen stokt op het veld.

“Het was mijn moeilijkste revalidatie tot nog toe. Niet door de blessure op zich, maar omdat het zo slecht ging met het team. Ik kon niks doen.

“Ik zweer je dat een blessure het ergste is wat een voetbalspeler kan overkomen. Op de bank zitten, dat is iets van een andere orde.”

Vanuit de tribune kun je je rol als bruggenbouwer niet zo goed vervullen.

“Dat is normaal. Ik ging telkens tijdens de rust naar binnen en vertelde wat ik zag, maar je woorden hebben een andere inslag als je zelf niet op de mat staat.”

Wat zag je?

“Ik twijfelde nooit aan de spelers. Ik ken hen en weet dat ze kwaliteiten hebben. Maar ik merkte dat het de slechte kant opging met het vertrouwen. Ik zag jongens schrik krijgen om de bal te vragen, omdat ze bang waren om fouten te maken.”

Gigantische faalangst

Je zat daar waarschijnlijk gefrustreerd naar te kijken. Was je op een bepaald moment ook boos?

“Na de match tegen Racing Mechelen. We zijn profs, ook wij kunnen een slechte match spelen. Maar niet op die manier. 1-4. Het had zelfs erger kunnen zijn. Tegen een derdeklasser! Zoiets kan niet.”

Wat concreet maakte je kwaad?

“In andere wedstrijden zag je dat knokken, dat vechten. We verloren, maar je proefde een goede mentaliteit.

“In die bekermatch zag ik veel ronduit stomme vergissingen. Ik was echt beschaamd.”

De ene was het beu om de fouten van de ander voor de zoveelste keer recht te zetten.

“( blaast) Wow, dat zijn grote woorden. Ik wil geloven dat dat niet waar is. Ik denk dat het niet waar is.

“Ik was niet op het veld. Als je ertussen loopt, is het anders dan wanneer je erbuiten staat.”

Komaan, jij ziet toch zoiets?

“Als je me vraagt wat het probleem was, zeg ik dat die wedstrijd bol stond van de schrik. Ik zag nog maar een paar spelers zich aanbieden om de bal te vragen. De faalangst was gigantisch. Ze wisten dat het een schandaal zou zijn om tegen zo’n ploeg te verliezen.”

Harm van Veldhoven had het ook over onrust.

“( aarzelt) Er was onrust omdat we verloren. Het is normaal dat dan alles slecht is.

“Als je niet goed speelt, begint iedereen wat naar elkaar te kijken en te wijzen. Dat is exact wat je niet moet doen. Je moet net samenklitten.

“Het was een heel speciale situatie, omdat echt niemand dit had zien aankomen.”

Stomme dokter

Jij speelde fantastisch tegen Genk. Wat dreef je? Frustratie omdat je weer zo lang geblesseerd geweest was? Frustratie omdat je niets had kunnen doen in de heenronde? De drang om als leider nog eens het voorbeeld te geven?

“Ik was gewoon blij dat ik weer kon spelen. Sommige mensen twijfelen als je een blessure hebt, denken dat je niet meer zal kunnen voetballen zoals voordien. Ik wou tonen dat ik er nog ben en dat ik mijn kwaliteiten niet kwijt ben.

“Ik wist ook dat Germinal Beerschot me nodig had en wou mijn bijdrage leveren.

“Maar het is niet omdat ik er plots weer ben dat alles is opgelost.”

Het was alweer je linkerknie die je maanden aan de kant hield. Zijn ze vergeten om die deftig ineen te steken toen je gemaakt werd?

“( lacht) Nee, ik had een heel stomme dokter in Nederland. Toen ik daar speelde, wist ik nog niks over hoe een knie ineenzit en wat er aan de hand was met de mijne. Ik ging ervan uit dat ze zouden doen wat het beste was voor mij op de lange termijn, maar ze deden wat het beste was voor Ajax op de korte termijn. In plaats van het probleem goed op te lossen, wat een revalidatie van vier maanden met zich zou meebrengen, namen ze een stukje uit mijn knie, waardoor ik al na twee maanden weer fit zou zijn. Zo begonnen de problemen.

“Ajax, dat is business. Ze kijken niet naar de persoon, maar naar het geld.

“Ik had er ook slechte ervaringen met Ronald Koeman.”

Been there, done that

Hier toonden de afgelopen jaren onder meer Anderlecht, Standard en Genk interesse in je.

“Ik sprak met alle grote ploegen in België, behalve met Club Brugge.”

Maakten je ervaringen bij Ajax je bang om naar zo’n groot team te gaan?

“Nee, ik kijk naar mijn blessures. Als er nu een probleem is met mijn knie, weten we hoe we dat moeten aanpakken. Toen ik het moeilijk had, waren ze er hier voor mij. Eén keer kreeg ik hier zelfs een nieuw contract op een moment dat ik geblesseerd was. Dat vergeet je niet.”

Je kan dankbaar zijn, maar dat wil toch niet zeggen dat je de rest van je leven moet blijven?

“Dat is waar. Ik weet dat. Germinal Beerschot schonk me veel, ik gaf ook veel in de plaats.

“Maar als ik kan kiezen, wil ik liefst blijven. Zo’n grote stap is natuurlijk mooi, maar je trekt dan naar een nieuwe omgeving, je moet je daar opnieuw bewijzen …”

Je wil niet weer van nul af aan herbeginnen?

“Het is niet zo dat ik bang ben, maar als je blij bent met je leven, met wat je hebt, met hoe je speelt, met je contract, waarom moet je dan veranderen? Het is zoals met mijn vrouw. Ik weet dat ze problemen heeft, maar ik ben gelukkig met haar. Waarom zou ik dan voor iemand anders kiezen?

“Mensen worden vaak zo ambitieus dat ze nooit meer gelukkig zijn met wat ze hebben. Misschien zouden ze zich wel gelukkig móéten voelen.

“Er zijn miljoenen jongens die in mijn plaats willen zijn, die in Europa willen spelen, in België, in een team zoals dit. Soms moet je dankbaar zijn in plaats van ambitieus.”

Mensen zijn soms ambitieus omdat ze nieuwe ervaringen willen opdoen en nieuwe dingen willen ontdekken.

“Ik heb al zo veel ontdekt. Hoeveel kilometer van thuis zit ik? Ik leefde in Nederland en in België. Ik ontmoette mensen uit verschillende culturen.

“Ik had de kans om in een topteam te spelen. Ik weet hoe dat is. Ik weet hoe het voelt om in een stadion met 65.000 fans te voetballen. Ik weet welke belangstelling je krijgt als je bij Ajax zit. Ik weet hoe de mensen dan naar jou kijken. Het is wonderlijk als je op dat veld staat en die hymne van de Champions League hoort ( begint te neuriën). It’s kippenvel.

“Maar ik ben nu ook gelukkig. Als iets heel goeds komt, zullen we zien wat er gebeurt. Komt er niets, dan zal ik nog altijd gelukkig zijn.”

Geven zulke ervaringen op topniveau geen adrenaline waaraan je verslaafd raakt?

“Ik ben verslaafd aan Germinal Beerschot.”

Elke voetbalspeler wil toch zo lang hij kan aan de top blijven?

Mja … Straks denken de mensen dat ik geen ambitie meer heb, maar ik onderging zes operaties en vocht tegen al die blessures … Op mijn 22ste zeiden de dokters me dat ik niet meer zou kunnen voetballen. Ik sta nu nog altijd op die mat. Daar ben ik blij om. Ik dank God.”

Joske, de ‘zage-opa’

Er waren niet alleen je ervaringen bij Ajax. Je verliet deze club nog maar één keer, maar dat werd niet bepaald een succes. Misschien maakt de herinnering aan die periode bij Lierse je ook wat bang voor een nieuw vertrek.

“Het werd geen succes omdat ik niet wou dat het een succes werd! Dat lag aan mij, niet aan Lierse. Toen ik daar tekende, wist ik dat ik een vergissing maakte. Simple as that. Ze zetten veel druk op mij en deden een goed aanbod, ik was stom.

“Ze waren er niet correct met me. Dan stopt het voor mij. Dat verklaarde mijn prestaties. Ik wou niet spelen. Ik weet dat de fans ginder boos waren op mij, maar zij weten niet hoe het ging. My conscience is oké.

“Ik leerde uit die ervaring. Trabzonspor deed me afgelopen zomer een geweldig voorstel. Dat ging over miljoenen. Netto, hé! Ik besliste om hier te blijven. Ik laat het geld niet meer kiezen.”

Wat maakt je zo verliefd op Germinal Beerschot?

“De supporters, de stad, de mensen die in deze club werken … Neem nu Joske, de materiaalman. Ik noem hem zage-opa, maar hij is mijn absolute favoriet. Die werkt hier het hardst van allemaal en hij doet het enkel uit liefde voor de club, wordt daar niet voor betaald. Voor hem moeten ze hier een standbeeld maken. Je kunt veel van hem leren, over loyaliteit, over hoe je moet omgaan met andere mensen …

“Zoals Joske heb je veel mensen bij Germinal Beerschot. Sommigen geven niet om centen. Dat is echt mooi. De mensen die hier schoonmaken zijn wel betaald, maar ook zij doen dat met zo veel plezier.

“De fans hebben zo’n smakelijke humor. Hoe ze sommige spelers van de tegenstander afmaken …

“Oh, they’re gonna say I’m a slijmbal.

Je bent hier de chouchou van de supporters. Heb je die appreciatie nodig?

“Ik denk niet dat ik het nodig heb, maar ik hou er wel van.”

Laat die waardering je beter spelen?

“Ik denk wel dat de fans je naar een beter niveau kunnen stuwen. Volgens mij beseffen ze soms niet hoe belangrijk ze zijn.” S

door kristof de ryck

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content