Kirsten Flipkens (16) is de jongste exponent van de VTV-school in Wilrijk. De boezemvriendin van Elke Clijsters heeft een prachtzomer achter de rug.

Twee jaar geleden liet Kirsten Flipkens voor het eerst van zich horen. Flipkens, van Mol afkomstig, versloeg toen in het Belgisch kampioenschap voor kadetten Catherine Grotz met sprekende 6-1 en 6-2-cijfers. Twee maanden later veroverde ze ten nadele van Davina Lobbinger ook bij de scholieren de nationale titel. Vorig seizoen volgde de bevestiging van haar gestage opgang. Vanuit de prekwalificaties stootte ze door tot de finale van het BK bij de senioren. Daar moest ze in Daphné Vande Zande nog wel haar meerdere erkennen, maar met die finaleplaats had Flipkens wel de prestatie van Sabine Appelmans en Justine Henin geëvenaard, die op dezelfde leeftijd de finale bereikten en nadien hun eerste internationale stappen zetten.

Afgelopen zomer breidde de rechtshandige Flipkens meer dan één vervolg aan haar lijstje aansprekende resultaten. Ze won het toernooi van Pétange in Luxemburg, en in augustus behaalde ze, onder het oog van moeder Carry die haar overal volgt, winst in de met 10.000 dollar gequoteerde Flanders Ladies Trophy in Koksijde. Opmerkelijk, want Flipkens was pas met een wild card tot het toernooi toegelaten. Dat weerhield haar er niet van om in de finale met 6-4 en 7-6 afstand te nemen van de Française Capucine Rousseau.

Begin september in de US Open stoomde Flipkens bij de junioren vanuit de kwalificaties door naar de kwartfinales. Daarin verloor ze met 5-7, 6-2 en 6-1 van het Tsjechische nummer één Barbara Strycova.. Maar in de finale van het dubbelspel walste ze aan de zijde van haar boezemvriendin Elke Clijsters over het Amerikaanse duo Shadisha Robinson/ Tory Zawacki : 6-1 en 6-3. Daarmee werden de Limburgse tieners de tweede, exclusief Belgische dubbelcombinatie die een Grand Slam won bij de junioren. Nancy Feber en Laurence Courtois hadden het hen voorgedaan door Roland Garros (1992 en ’93) en Wimbledon (1993) te winnen. Voor Feber bleek het geen garantie te zijn op een mooie carrière nadien, maar een goed teken is het over het algemeen wel. Justine Henin, bijvoorbeeld, won in 1997 Roland Garros bij de junioren, terwijl Kim Clijsters een jaar later twee dubbeltitels pakte (de US Open en Roland Garros).

Kirsten Flipkens kreeg de tennismicrobe mee van haar ouders, die zich vooral recreatief met de sport bezighielden. Zij lieten hun enige dochter de vrije keuze, met de waarschuwing dat topsport ook veel opofferingen vraagt. “Mijn vader heeft wel nog aan de zijde van Patrick Goots gevoetbald, maar hij heeft het niet zover geschopt”, lacht Kirsten. “Na een tenniskamp begon ik vanaf mijn zesde tweemaal per week te spelen. Puur voor de fun eigenlijk. Omdat de trainers wel wat in mij zagen, sloot ik mij aan bij de VTV. Daarna kwamen de gewestelijke trainingen. Sinds het eerste middelbaar zit ik op het internaat in Wilrijk en loop ik school in Mortsel. Er zat nog een jaartje onderbreking tussen, toen ik in Diest onder Benny Vanhoudt op een soort van tennisschool vertoefde. Maar bij de VTV zit ik toch het best. Daar wordt er in overleg met de trainers een strikte planning uitgestippeld. Ik krijg hier de opties die ik wil, waarom dan veranderen als je goed zit ?”

Kirsten beseft als geen ander dat er binnenkort enkele belangrijke keuzes moeten worden gemaakt. De mondige Limburgse kreeg na de US Open in de persoon van Bernard Dewamme een persoonlijke begeleider toewezen. Hij moet de zwakke punten uit haar spel proberen te halen. “De school blijft op de eerste plaatskomen, maar in een aantal 10.000 en 25.000 dollartoernooien wil ik te weten komen waar mijn grenzen liggen. Maar ik blijf een nuchter Limburgs meisje, hoor. Ik bekijk alles stap voor stap. Aan de tophonderd denk ik nog helemaal niet, maar op de lange termijn is het wel een doel. Laat ik eerst bij de junioren maar eens kijken wat ik waard ben. Als ik dit seizoen in de hoofdtabel van de Grand Slams geraak, heb ik alweer een enorme stap vooruit gezet. Maar om hier mijn beroep van te maken, moet ik qua karakter toch nog sterker in mijn schoenen staan. Al moet ik toegeven dat het leuk was om samen met de profs aan tafel te zitten in New York.”

Ziet ze graag Andre Agassi, Pete Sampras en vooral Andy Roddick spelen, echte idolen heeft ze – behalve misschien Steffi Graf – nooit gehad. “Weet je, ik speel gewoon voor mezelf. Het is de bedoeling dat Bernard me daarbij wat zal sturen. Keihard werken is de boodschap, zweven is uit den boze. In de seniorentoernooien die ik speelde, merkte ik al dat bij die oudere speelsters de kracht en de precisie beter op elkaar zijn afgestemd. Zij staan mentaal verder, vooral ook als ze op achterstand staan. Vooral qua concentratie moet ik nog veel constanter presteren. Ik beschouw mezelf als een kleine, maar heel dappere Belg. Dat ook Justine Henin en Olivier Rochus overleven in het huidige powertennis, geeft me veel moed. Wij zijn vinniger dan die reuzen, hé (lacht).”

Flipkens is behoorlijk trots op het horloge die ze van Kim Clijsters tijdens de US Open in de kleedkamer cadeau kreeg. “Ik beschouw het als een talisman. Kim vond dat ik een uitstekend toernooi had gespeeld. Dat doet toch wel deugd, als je van zo iemand een steuntje in de rug krijgt. Ik ken Kim al lang, van toen ik mijn eerste ballen sloeg. Ze is een echte vriendin. Ik vind het fantastisch wat ze al allemaal realiseerde en hoe ze zichzelf is gebleven. Dat is een van de belangrijkste zaken die ik van haar onthield : dat bescheidenheid siert.”

door Frédéric Vanheule

‘Van Kim heb ik onthouden dat bescheidenheid siert.’

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content