De laatste twee maanden was Tony Sergeant de meest besproken voetballer van bekerwinnaar SV Zulte Waregem. Net als zijn ploegmaats heeft hij het moeilijk de draad van vorig seizoen weer op te nemen.

1. Je wilde zelf graag naar Standard, wat je zag als een sportieve en financiële verbetering. Je kon zelfs voor drie seizoenen tekenen. De deal ging uiteindelijk niet door. Waar liep het fout ?

Tony Sergeant : “In eerste instantie bestond er op clubniveau een akkoord over de transfersom, waarna ik vrij snel rond was over een verbintenis voor drie jaar. Plots wilden zij niet meer het bedrag geven dat SV Zulte Waregem, waar ik nog twee jaar onder contract lig, voor mij vroeg. Het is het wel jammer dat geen van beide partijen een toegeving deed, waardoor ik een beetje de dupe werd. ( zucht) De liefde moet van beide kanten komen, hé. Als ze mij per se wilden, dan had Standard dat zeker betaald. Je mag wel degelijk spreken van een gemiste kans, zeker gezien mijn leeftijd. We praten toch over een andere grootteorde, op alle vlak. Ik zou graag eens ervaren waar mijn limieten liggen en te weten komen of ik het niveau van een echte topclub aankan. Gelukkig kon ik de knop snel omdraaien, ook al werd ik de hele maand juli dagelijks geconfronteerd met de vraag naar mijn toekomst. Dat was verre van ideaal om de voorbereiding te starten. Het werd bij momenten soms vrij vervelend.”

2. In tegenstelling tot vorig jaar mogen we na drie speeldagen spreken over een valse competitiestart. Wat zie jij als oorzaken ?

“Dit is nog geen drama, hoor, ook al zijn er nu veel mensen die al van een crisis gewagen. Er wordt wat meer geklaagd. Gelukkig zijn de mensen hier nuchter genoeg om te beseffen dat we over een tijdelijk fenomeen spreken. De lange bal hanteren, is een verkeerde aanpak. Dat kunnen we gewoon niet. Het is een teken van ongeduld en onzekerheid bij sommige jongens. Echt een noodoplossing. Ons herkenbaar combinatievoetbal vonden we nog niet terug. We spelen iets te overhaast.”

3. Francky Dury, die vraagt om te blijven voetballen, verklaarde al dat hij heel creatief naar oplossingen zal moeten zoeken.

“We moeten niet panikeren. Het is een voordeel dat we de oorzaken kennen. Uit de lange bal gaan wij nooit profijt halen. Dat is een belangrijke les. Het vertrouwen van een pak spelers en de ganse ploeg moet gewoon naar omhoog. Sommigen voetballen geremd. Een 4-5-1 wordt nu weer wat moeilijker, aangezien Cédric Roussel geblesseerd uitviel. Aanvallend zitten we daardoor wat krap, want alleen Tim Matthijs en Aliyu Datti. Dat vraagt een andere manier van aanspelen, waardoor je de ploeg wat moet aanpassen. Ik ben ervan overtuigd dat de trainer wel de juiste formule zal vinden. Ik heb vertrouwen in zijn creativiteit en de mogelijkheden van onze spelers.”

4. Er wordt hard geschreeuwd om de terugkeer van Matthieu Verschuere. Hij moet voor de openingen zorgen. Een terechte aanwijzing ?

“Misschien wel. Het is een kwestie van het middenveld niet over te slaan, hetgeen we te veel deden. Met Matthieu Verschuere heb je wel meer rust aan de bal. Hij kan het spel verleggen, de bal in de ploeg houden en de ruimte zoeken die wij als ploeg nodig hebben.”

5. Ondertussen werd ook al duidelijk dat Cédric Roussel als targetman niet hetzelfde type voetballer is als Salou Ibrahim.

“Je mag en kan hen niet vergelijken. Het grootste verschil is dat de inpassing van Salou Ibrahim sneller verliep. De sterkte van Cédric ligt in de zestien meter. De ballen die hij daar krijgt, met de kop of de voet, gaat hij gemakkelijker binnenstampen dan Salou. Hij is veel doelgerichter en opportunistisch ingesteld. Maar dan moet je wel voor de bevoorrading zorgen. Ook voor mij is het heel belangrijk om te kunnen bijsluiten. Als het allemaal te snel gaat, kom je ook niet in je geliefkoosde spel. De grote sterkte van Salou is zijn collectieve denken.”

6. Met verrassende infiltraties maakte je vorig seizoen tien doelpunten. Nu heb je het ook moeilijk om je door te zetten ?

“( lacht) Omdat ik nog niet veel in de zestien meter geraakte. Zo simpel is het. Ik ga even veel in de fout als de anderen. Alleen in de Supercup, waar we met Anderlecht tegen een beter voetballend team speelden, lukte het wel. Daar konden we wel een aantal kansen afdwingen en speelden we goed mee.”

7. Toch vlot de samenwerking met Chris Janssens niet. Jullie kunnen niet profiteren van de afvallende bal, wat als het geheime wapen van SV Zulte Waregem werd vooropgesteld ?

“Het kan alleszins beter. Maar het is zeker niet zo dat het daarom niet klikt. We zoeken naar de juiste wisselwerking. Van nature uit zorgen we beiden graag voor diepgang. Vroeg of laat zal dat wel lukken.”

8. Stijn Meert en Nathan D’Haemers slagen er niet in om op de flanken uit te pakken met hun gevreesde rushes en voorzetten. Is dat ook te wijten aan mindere vorm ?

“Absoluut. Het is een collectief probleem. We moeten die jongens nu zeker niet specifiek met de vinger wijzen. Voor mij het bewijs dat SV Zulte Waregem een team is die het altijd moet hebben van zijn blokvorming.”

9. SV Zulte Waregem probeert in alle geledingen te groeien. Gaat het soms niet wat te snel ?

“Er wordt gestreefd naar meer professionalisme. Ik merk toch dat de kameraadschap en de rust wordt behouden. Ze zullen hier niet te snel panikeren of zweven. Alles positief blijven benaderen en kalm blijven, staat voorop. De trainer beschikt over minstens achttien direct inzetbare spelers. De kans op misnoegde spelers, is groter. Het is aan de trainer om dat in goede banen te leiden.”

10. Velen hadden vooraf een moeilijk seizoen voorspeld. Wat is dan een realistische ambitie ?

“Je kan niet blijven hopen op meer, na een bekerzege en Europees voetbal. Dat laatste is een extra bonus, niets meer. Nu incasseren we een eerste tikje, waar we van moeten herstellen. SV Zulte Waregem is geen topclub. We mogen ons dat ook niet wanen. Het is de bedoeling uit te groeien tot een goede middenmoter. Jaarlijks tussen de achtste en twaalfde eindigen, moet mogelijk zijn. Eens tiende eindigen, is geen schande. Zolang we maar de mensen amuseren met goed voetbal en kunnen pieken tegen de toppers.”

FRéDéRIC VANHEULE

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content