Rachida Badrane is de stille kracht achter het gezin El Ghanassy, ze bracht vier dochters en één voetballende zoon ter wereld. Die zoon luistert naar de naam Yassine en heeft er net een wisselvallig seizoen op zitten bij zijn club AA Gent. ‘Toen ze hem uitfloten, deed dat wel pijn.’

Voetballen doet Yassine El Ghanassy (20) vooralsnog bij AA Gent, maar opgroeien deed de Marokkaanse Belg in Manage, een dorp nabij La Louvière. De familie El Ghanassy woont er al ruim dertig jaar in een klein maar gezellig – en volledig volgens de regels van de Berberse kunst ingericht – rijhuisje.

Nadat de thee en het gebak worden aangerukt, begint Rachida Badrane (56), mama El Ghanassy, haar verhaal.

“In 1964 ben ik met mijn familie van Casablanca naar België verhuisd, mijn vader kwam hier in de mijnen werken. We woonden in de buurt van Courcelles. Toen ik later mijn man leerde kennen, hebben we eerst op een appartement in Namen gewoond, maar daar was ik niet graag. Ik hou niet van appartementen, geef mij maar een tuintje en wat rust. Na zes jaar zijn we hier in een sociale wijk in Manage komen wonen, dat was in 1981.

“Ik heb mijn man, Hajjaj, in België leren kennen. Het toeval wil dat we beiden uit Casablanca afkomstig zijn. Een deel van onze familie woont nog in Casa ( die afkorting gebruiken de meeste Marokkanen wanneer ze over Casablanca spreken,nvdr), Yassine heeft er nog een neef die daar in de eerste klasse voetbalt. Het plan is dat wanneer Yassine ooit een grote transfer realiseert, mijn man en ik dan misschien een huisje in Casablanca kopen en wat vaker heen en weer pendelen. Alle kinderen zijn ondertussen het huis uit en mijn man is op pensioen, dus waarom niet?

“Yassine heeft zelf ook nog een sterke band met Marokko. Al sinds zijn geboorte trekken we elke zomer naar daar op vakantie. De voorbije twee jaar is Yassine met Mehdi Carcela en Christian Benteke naar Marokko op vakantie gegaan. Wat ze daar uitspoken, interesseert me niet, zolang ze zich maar gedragen.

“Je moet de kinderen soms los kunnen laten, het heeft geen enkele zin ze op te sluiten want dat heeft nadien een averechts effect. Ik geef toe dat ik soms wel bang ben dat er iets ergs zou gebeuren. Maar als profvoetballer hebben ze vaak een zwaar en gespannen seizoen, dan moet je toch eens stoom kunnen aflaten. Ik heb vertrouwen in Yassine. Hij drinkt trouwens geen alcohol en rookt niet. Aan sigaretten heeft hij een hekel.

“Wij zijn moslims, maar geen fanatiekelingen. We doen de ramadan mee, maar evenzeer vieren we Kerstmis of andere katholieke feestdagen. Mijn dochters hebben ook nooit hoofddoeken moeten dragen, dat heeft in mijn opinie niets te maken met geloof. De islam staat juist voor tolerantie.

“Vriendelijk zijn en respect hebben voor je naasten, dat zijn voor mij de belangrijkste waarden in het leven. Dat geef ik mijn kinderen mee. Al benadruk ik ook wel dat ze moeten genieten van het leven.”

De chouchou in huis

“We hebben vijf kinderen: eerst vier dochters, maar mijn man wilde zo graag een zoon. Mijn oudste dochter Yasmina is er 33 en heeft een tweeling, Mayssa en Rania, beiden vier jaar. De tweede, Ryzlene, is er 32 en heeft ook een zoon van 4 jaar, Nessim. Nawal, de derde in rij, is 29 jaar en trouwde in april jongstleden. Siham is mijn vierde dochter, ze is 24 en trouwt in oktober. Siham heeft de sterkste band met Yassine, de jongste van het gezin. Maar eigenlijk heerst er een enorme samenhorigheid tussen hen allen, ondanks de leeftijdsverschillen.

“Yassine is altijd de chouchou geweest in huis. Hij werd enorm verwend door zijn zussen en zijn vader. Ik probeerde daar een beetje evenwicht in te houden, maar ik moet zeggen: Yassine was geen moeilijk kind. Hij luisterde … meestal. Al had hij zeker ook een eigen wil. ’t Was een jongetje dat graag lachte en grappen uithaalde, maar nooit op een stoute manier.

“Yassine is altijd geobsedeerd geweest door die voetbal. Vanaf het moment dat hij kon stappen, nam hij overal een bal mee. Zelfs als ik met hem naar de winkel moest. En thuis stond de televisie altijd wel op een of andere wedstrijd afgestemd. Er waren regelmatig discussies over wie tv mocht kijken, maar meestal verloren de vrouwen – ondanks hun overtal – de strijd. Tja, de papa was ook verliefd op het spelletje, hein.

“Toen Yassine een jaar of zeven was, was hij in de ban van de film Maman, j’ai raté l’avion ( Home Alone, nvdr). Hij kende alle scènes uit het hoofd. Ja, hij was best een actief baasje die de anderen graag plaagde. Hij doet dat nu nog, met de kinderen van zijn zussen. Zo lang dat binnen de grenzen van het toelaatbare bleef, had ik daar geen moeite mee. Nu ja, we wisten ook niet altijd waarmee hij bezig was.

“Op voetbalgebied had hij een zeer nauwe band met zijn vader. Die heeft een verleden als profvoetballer ( Hajjaj speelde onder meer bij Etoile Casablanca en in België bij Namen,nvdr). Hij weet waarover hij praat en gaf Yassine voortdurend raad mee. Bij de jeugd van CS Fayt-Manage en later La Louvière bracht hij Yassine naar alle trainingen en bleef hij kijken. Mijn man is nadien ook trainer geworden bij La Louvière, bij de U15 was hij zelfs een jaar trainer van Yassine. Hij riep veel op Yassine, maar altijd met een positieve bedoeling. Ze trapten vaak een balletje in de tuin en dan moest ik als doelman fungeren. ( lacht) Zijn vader demonstreerde wat hij moest doen, en Yassine deed hem na.

“Ook ik heb veel geroepen op Yassine, vooral als hij weer eens een vaas kapot had gemaakt. Wanneer ik dan zijn voetbal afnam, maakte hij er zelf een met een hoopje kousen. Hij vond altijd wel een oplossing. Met zijn vader speelde hij soms zelfs in de kamer boven. Ze trainden op kopballen. Yassine heeft alles van hem geleerd. Dat hij nu zover staat, heeft hij aan zijn vader te danken. Voetbal zit in hun bloed.

“Elke dag trok hij naar het graspleintje achter de hoek om te gaan spelen met de andere kinderen uit de buurt. Het is wel zo dat school hem niet lag. Toen zijn transfer van La Louvière naar AA Gent rond was, gaf Yassine zijn studie op. Blij was ik daar niet mee, neen, ik wilde dat hij toch op zijn minst een middelbaar diploma haalde, maar ja, het was zijn beslissing. Ik kan mijn kind toch niet verplichten om naar school te gaan? Elke ochtend stond ik aan zijn bed te roepen, er viel weinig aan te doen …

“Er stonden geregeld opmerkingen in zijn agenda. Dat hij met een potlood had gesmeten, of dat hij in het gebouw voetbalde, allemaal van dat soort kattenkwaad, maar nooit iets ergs of stouts. Hij was wel iemand die dan thuis kwam en zei: ‘Mama, ik heb niets gedaan.’ Zelfs al werd zwart op wit bewezen dat hij wel degelijk iets had uitgestoken, beweerde hij van niets te weten. Op dat gebied was hij een pienter kereltje.

“Zelf heb ik mijn studie ook niet afgemaakt, ik volgde een opleiding als kapster, maar in het laatste jaar stopte ik. Sindsdien ging al mijn tijd naar het gezin, want met vijf kinderen viel er best veel te organiseren. Vroeger deed ik de voetbalwas, maar voorts deed Yassine alles zelf: hij maakte altijd zijn voetbaltas zelf klaar. ’t Is iemand die zijn plan kan trekken.

“Sinds zijn transfer naar AA Gent woont hij alleen in Gent. Koken, wassen en strijken, dat doet hij allemaal zelf. Ik ga enkel om de twee weken eens langs om te poetsen. Hij was niet eens achttien toen hij naar Gent trok. Daar had ik het wel even moeilijk mee. Ik was gewend hem constant bij mij te hebben. Dat betreur ik weleens: dat hij zo snel groot is geworden. Gelukkig belt hij elke dag na de trainingen.”

Let op met de meisjes

“Yassine begon sterk aan het seizoen en kende ook enkele uitschieters, zoals de wedstrijden tegen Standard. Na de sterke eerste seizoenshelft volgde een terugslag en kwam er wat kritiek. Dat deed uiteraard een beetje pijn, ja. Wij zagen ook wel dat er iets niet in orde was, maar het fijne over wat er zich bij AA Gent afspeelde, weten we niet. Daar vertelt hij nooit iets over. Ik vind dat de supporters het recht hebben om te fluiten als ze niet tevreden zijn over de gang van zaken. Ze doen maar. Wij spreken geen Nederlands, het meeste van wat in de tribunes gezegd wordt, verstaan we toch niet. Ik vond het wel jammer voor de ploeg: AA Gent speelde een aardig seizoen, maar in de play-offs stuikte alles in elkaar.

“Volgens mij had die mindere periode van Yassine te maken met al die transferverhalen, dat kroop in zijn hoofd. Daarom heb ik niet graag dat mensen uit zijn entourage daar te veel over praten. Wij zeggen hem altijd: wat komt, dat komt. Je moet gewoon spelen.

“Wie hem omringt, daar hebben wij weinig vat op. Toen hij hier woonde, keek zijn vader daar strikt op toe, maar in Gent … ça c’est une autre histoire. Hij heeft er wel vrienden in het voetbal. Ilombe Mboyo en Elimane Coulibaly bijvoorbeeld. Ze gaan regelmatig samen eten of drinken.

“Hij moet nu eerst aan zijn carrière denken. Vrouw en kinderen, dat kan later nog. Sowieso denk ik dat hij nog niet klaar is om kinderen te krijgen. Daarvoor is hij nog niet matuur genoeg. Ik zeg hem wel vaak: let op met de meisjes. Maar ja, hij is jong, het is normaal dat hij zich amuseert. Iemand die met hem samenleeft, moet vooral accepteren dat alles in het teken van voetbal staat.

“Zolang Yassine thuis woonde, mocht hij van ons weleens uitgaan, maar dat interesseerde hem eigenlijk weinig. Hij ging niet graag samen op stap met zijn zussen, omdat hij wist dat zijn vrienden dan achter hen aan zouden zitten. Dat wilde hij liever niet.

“Van zijn vader moest hij elke dag om 21 uur in bed liggen. Zeker als hij de volgende dag match had. Yassine maakte daar weinig problemen van. Kwestie van eten was hij wel een lastpost. Hij wilde altijd iets anders dan wat ik had klaargemaakt. Couscous eet hij bijvoorbeeld niet graag. Eerder pasta en salade. Als voetballer moet hij op zijn gewicht letten, hé.

“Mijn rol in het gezin is die van de luisterende mama. Als hij belt, praat hij eerst twee minuten met zijn vader en dan vraagt hij altijd naar mij. Thuis spreken we Arabisch en Frans, maar als ik iets tegen hem zeg in het Arabisch, antwoordt Yassine meestal in het Frans.

“Karakterieel leunt Yassine het dichtst aan bij zijn vader. Wat hij van mij heeft? ( dochter Siham valt in: ‘de vrijgevigheid en de hartelijkheid’) Laat ons zeggen dat ik wat kalmer ben en dat Yassine en zijn vader eerder levendige types zijn.

“Bij La Louvière heeft hij lang als ballenjongen rondgelopen. Zijn vader deed de begeleiding van de kleintjes bij de wedstrijden. Het stadion ligt hier vlakbij, elke thuiswedstrijd waren ze paraat. Op zijn zestiende is hij eens een week gaan testen bij Birmingham City, al vond ik hem daarvoor eigenlijk te jong. Hij kwam goed uit die proefperiode, maar La Louvière vroeg te veel geld. Yassine was eerst ontgoocheld, maar nadien kwam Gent en was alles meteen vergeten.

“Dat hij voor Gent koos, was volledig zijn eigen keuze. Wij laten hem daarin vrij. Ik denk wel dat hij op een dag naar het buitenland vertrekt. Of ik een voorkeur heb? Ja, dat hij in België blijft voetballen! Dan is hij dichter bij ons. Twee zussen van hem wonen in Brussel, Anderlecht zou dus wel tof zijn. Maar wij hebben daar weinig in te zeggen, zulke dingen beslist hij zelf. Hij heeft een eigen wil, daar kan niemand hem van afbrengen. En wat komt, dat komt.”

DOOR MATTHIAS STOCKMANS – BEELDEN REPORTERS

“Ik wilde dat hij toch op zijn minst een middelbaar diploma haalde, maar hij gaf zijn studie op.”

“Met zijn vader oefende Yassine vaak in ons tuintje, ik moest dan in doel staan.”

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content