‘Ik heb zin om erin te vliegen’

© BELGAIMAGE

Op zijn 32e gaat Joachim Gérard resoluut voor een finaleplaats op de Paralympische Spelen. ‘Ik wil het goud.’

2021 begon voor Joachim Gérard met een knaller: met de Australian Open won hij zijn eerste grand slam. Het is een belangrijke stap in wat zijn jaar moet worden. Gérard profiteerde van de eerste lockdown en de onderbreking van de competitie om een aantal aspecten van zijn spel bij te schaven, en legt de lat hoog voor zichzelf. Hij wil schitteren op alle grote toernooien, en in het bijzonder op de Paralympische Spelen. Grootspraak is dat niet, want na de Spelen in Rio keerde hij ook al terug met een bronzen medaille.

Is het Paralympisch toernooi anders dan andere wedstrijden, met name de grand slams?

JOACHIM GÉRARD: ‘Wat tennis betreft, staan de grand slams op hetzelfde niveau als de Paralympics. Het zijn allemaal ongelooflijke evenementen, mythische toernooien die iedereen wil winnen. Ik heb nog nooit een grote speler bij de validen horen zeggen dat hij niet om de Spelen geeft. Voor ons is dat hetzelfde. We willen de Spelen en de grand slams winnen. Dit zijn allemaal reële doelen.’

Op de Paralympics moet je meer wedstrijden spelen dan op een grand slam. Verandert dat iets in je benadering van de wedstrijd?

GÉRARD: ‘Je hebt meer inlooptijd. In de vier grand slams beginnen we meteen in de kwartfinale tegen iemand uit de top acht van de wereld. Daardoor sta je meteen tegenover een zeer sterke tegenstander. Op de Spelen heb je meer tijd om op gang te komen, maar je moet evengoed van start tot finish in topvorm zijn. Je mag geen enkel moment verzwakken.’

Privéconcert Coldplay

Het toernooi wordt slechts één keer om de vier jaar gehouden. Geeft dat extra druk?

GÉRARD: ‘Voor mij niet. Maar als je je na de wedstrijd bedenkt dat je de boot gemist hebt en nog vier jaar moet wachten, dan is het wel hard. In Rio voelde ik echt geen druk toen ik aankwam, omdat ik wist dat ik helemaal klaar was om een medaille mee naar huis te nemen. Daar heb ik nooit aan getwijfeld. Een paar dagen voor ik vertrok, had ik buikpijn, alsof ik iets niet kon verteren. Er was veel emotie. Maar eenmaal ter plekke viel die druk helemaal weg. Je moet de Paralympics zien als een gewoon toernooi, ook al kan dat interval van vier jaar in je hoofd gaan zitten. Dat is vooral het geval voor degenen die niet meer piepjong zijn en voor wie het misschien de laatste keer is.’

'Ik heb zin om erin te vliegen'

Hoe belangrijk is de openingsceremonie voor jou?

GÉRARD: ‘Die openingsceremonie is ongelooflijk. Ik ben er al drie keer bij geweest, en toch krijg ik telkens weer kippenvel. Wij zijn niet gewoon om door een stadion met 100.000 mensen toegejuicht te worden. Dat maakt het spannend.’

Is de rest van het toernooi van hetzelfde niveau?

GÉRARD: ‘Het hele evenement is fantastisch. Het olympisch dorp is geweldig. Het restaurant is gigantisch, met eten van over de hele wereld. Je eet wat en wanneer je wil. Je kunt echt voelen dat de organisatie goed geolied is. Bovendien, en dat wil ik benadrukken, hebben we het geluk dat we ná de Olympische Spelen komen, waar er vaak nog kleine problemen zijn. Als wij aankomen, is dat allemaal in orde en hebben de organisatoren al de ervaring van de Olympische Spelen. Telkens ik meedoe, denk ik dat ik droom. Als je tijd hebt, kan je bovendien naar andere sporten gaan kijken, iets wat anders zelden lukt. De slotceremonie is soms wel wat teleurstellend omdat je in gedachten toch bezig bent met het feit dat het al voorbij is. Maar in Londen hebben we wel een privéconcert van Coldplay gezien, wat geweldig was.’

Fan van Japan

Wat verwacht je van Tokio?

GÉRARD: ‘Ik kijk er met evenveel ongeduld naar uit als naar elk ander toernooi. Mijn doel is om zo snel mogelijk de nummer één van de wereld te worden en dat betekent dat ik grote evenementen moet winnen, vooral de grand slams. Ik kijk met ongeduld uit naar alle wedstrijden, inclusief de Spelen. Ik heb echt zin om erin te vliegen.

‘Bovendien hou ik van Japan. Ik ben een grote fan van de cultuur van dat land, en ook van sushi. Ik ben ook goed bevriend met Shingo Kunieda ( Japanse rolstoeltennisspeler die goud won op de Paralympics van 2008 en 2012, nvdr) met wie ik heel graag over zijn land praat. Het is een waar genoegen om naar Japan te gaan. Trouwens, als ze iets organiseren, doen ze het goed. Ik twijfel er niet aan dat het een geweldig evenement wordt.’

Wat is je doel voor deze Paralympische Spelen?

GÉRARD: ‘Ik ga voor de overwinning. Als ik daar eenmaal ben, zal ik niet tevreden zijn met een derde of vierde ronde, ik wil het goud. In het enkelspel of het dubbelspel. In het dubbelspel speel ik met de jonge Jef Vandorpe, die aan de weg timmert en veel potentieel heeft. Deze keer zal ik niet tevreden zijn met brons. Bij elke deelname aan de Spelen deed ik beter dan de keer daarvoor, dus nu moet ik minstens de finale halen. En dan zien we wel.’

‘Onder de Belgen is er een echte teamgeest’

Hoe voelt het om deel uit de maken van Team België?

JOACHIM GÉRARD: ‘Ik doe een individuele sport, en ook al heb ik mijn team met mijn coaches, de Spelen zijn toch van een andere categorie. Je zit er tussen atleten uit hetzelfde land die er allemaal naar streven om goed te presteren. We houden elkaar in de gaten, we steunen elkaar. Telkens als we een medaille winnen, komen we samen om de nieuwe medaillewinnaar te feliciteren. In Rio wonnen we er elf, dus we zagen elkaar vaak. Het is heel leuk, iedereen wil zijn steentje bijdragen.

‘Wie klaar is met zijn competitie, steunt de anderen die nog in de running zijn. In het restaurant kiezen we meestal een plaats waar we met de Belgen bij elkaar komen. Er is altijd wel iemand, dus we zien elkaar zeer vaak. Er heerst een echte teamgeest, we brengen graag samen tijd door.’

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content