‘Soms dacht ik : waar ben ik nu terechtgekomen ?’ Het antwoord luidde toen : bij Sint-Truiden. Nu, bij Standard, wil Mathieu Beda zijn loopbaan opnieuw lanceren.

Zijn carrière was wat op een dwaalspoor geraakt. Op 18-jarige leeftijd werd Mathieu Beda beschouwd als een van de grote beloftes van het Franse voetbal. Hij verliet toen het vormingscentrum van Cannes – dat eerder al toppers als Zinédine Zidane, Patrick Vieira en Johan Micoud had afgeleverd – en Bordeaux trok prompt een cheque van een miljoen euro uit de lade om zich van zijn diensten te verzekeren.

Daarna blokkeerde het een tijdlang. Maar tijdens het voorbije tussenseizoen verkaste hij van Sint-Truiden naar Standard. Warm aanbevolen door Marc Wilmots krijgt Beda nu op Sclessin de kans om als vervanger van Ivica Dragutinovic zijn loopbaan opnieuw te lanceren. 24 jaar is hij intussen. Beda (1,86 m), geboren in Nice en momenteel gevestigd in Tongeren, doet zijn relaas. Een monoloog.

“Cannes kende financiële problemen en aangezien ik bij de nationale jeugdselecties zat, wilde de club een cent aan me verdienen. Ik kreeg de keuze tussen Bordeaux en PSG. Als AS Cannes in eerste klasse was gebleven, was ik gewoon daar gedebuteerd. Nu koos ik voor Bordeaux. Omdat ik dacht dat ik er minder druk zou voelen dan in de hoofdstad. En omdat het discours van coach Elie Baup me wel aanstond.

“Het eerste seizoen bij Bordeaux viel mee. Mijn naam stond geregeld op het scheidsrechtersblad, zelfs voor wedstrijden in de Champions League. Want we spreken hier over het seizoen 1999/2000, Bordeaux was het jaar voordien kampioen geworden. Ineens speelde ik tegen de sterren van Manchester United. Dat het zo’n vaart zou lopen, had ik zelf niet verwacht. Maar in de tweede helft van het seizoen liep ik een blessure op : een spierscheur achteraan in de kuit stelde me zeven maanden buiten strijd. Daardoor miste ik het WK voor min-20-jaringen in Argentinië, plus de kans om een stamplaats in het A-team van Bordeaux af te dwingen.

“Bij Nancy speelde ik nadien een volledig seizoen. Tenminste, toch twintig wedstrijden. Dat was een goede ervaring, het was nodig dat ik speelde. Liever wedstrijden spelen op een lager niveau, dus zelfs in de Franse tweede klasse, dan op de bank van Bordeaux blijven plakken. Ik werd voor één seizoen uitgeleend, vervolgens keerde ik terug naar Bordeaux. Samen met een aantal andere jongeren stond ik te trappelen om door te breken. Tijdens de winterstop van het seizoen 2002/03 verhuisden een paar gevestigde waarden van Bordeaux naar Engeland : Christophe Dugarry, Chris-tophe Sommeil, Jérôme Bonnissel. We stonden toen dertiende. Diverse jongeren werden toen in de ploeg gepompt – ik denk aan jongens als Marc Planus, Mathieu Chalmé, Nicolas Sahnoun en Marouane Chamakh. Met dat jonge team pakten we nog de vierde plaats.

“We droomden al van een contractverlenging maar het pakte anders uit. Bordeaux mikte liever op een intensief transferbeleid en opteerde voor een instroom van zes nieuwe spelers. Zelf had ik nog een contract voor één jaar bij de club en ik besloot dat uit te dienen.”

Vlamingen tegen Walen

“Op het einde van het seizoen 2003/04 was ik einde contract. Ik kreeg diverse voorstellen, zowel uit Frankrijk als uit Portugal. Maar ik wilde naar een club waar ik het vertrouwen van de trainer genoot. Marc Wilmots wilde me onderbrengen bij een Belgische club. En toen hij zelf Sint-Truiden overnam, ben ik hem gevolgd. Van Bordeaux naar Sint-Truiden, het is een bizarre stap. Maar ik had er een goed oog in.

“Tot mijn blessure, in februari, aan de achillespees had ik geen reden om te mopperen. Ik presteerde redelijk, had ook al drie keer gescoord. Natuurlijk deden er zich na het vertrek van Wilmots complicaties voor, maar ik bewaarde mijn kalmte. Sommige dingen bevielen me helemaal niet, maar ik besloot mijn mond te houden. Ik wil alleen kwijt dat ik problemen had met de mentaliteit van bepaalde personen. Vooral die spanningen tussen Walen en Vlamingen begreep ik niet. Men verweet me dat ik Frans sprak. Dan denk je toch, als Fransman en afkomstig van Bordeaux : waar ben ik nu terechtgekomen ? Enfin, ik wil daar niet meer op terugkomen. Ik wist van tevoren dat er in België twee bevolkingsgroepen waren, maar dat die zo slecht met elkaar opschieten, had ik niet verwacht.

“Toen ik wist dat ik niet bij Sint-Truiden zou blijven, heb ik de aanbiedingen bestudeerd. Ik wist dat Standard al een tijd belangstelling voor me had en ik heb ook een terugkeer naar Frankrijk overwogen. Maar Standard interesseerde me wel. Je voelt daar het enthousiasme van het publiek, van de stad ook. Dat wilde ik wel eens meemaken.

“Ondanks een degelijke, persoonlijke voorbereiding besloot de trainer aanvankelijk om het vertrouwen te bewaren in de defensie van vorig seizoen. Dat sneed mijn elan af. Maar ik wist dat de transfermarkt tot 31 augustus openbleef. Dragutinovic hield me op de hoogte van de evolutie van zijn transfer. Ik moest geduld oefenen. Al moet ik bekennen dat ik verwonderd en ontgoocheld was toen ik niet in de ploeg stond tegen Beveren. Ik heb toen trainer Dominique D’Onofrio opgezocht om hem over mijn teleurstelling te vertellen. Hij legde me zijn redenen uit en daar bleef het bij. Maar sinds de wedstrijd tegen Cercle Brugge lopen de dingen lekker voor mij.”

Carpe diem

“Ik voelde me vlug goed in de ploeg. De verstandhouding met Oguchi Onyewu is voortreffelijk, zowel op als naast het terrein. We communiceren goed, ik denk dat we zeer complementair zijn. Ik zie mezelf als een polyvalente voetballer. Bij Sint-Truiden speelde ik zelfs rechtsachter, al geloof ik niet dat ze me daarvoor bij Standard hebben aangetrokken. Des te beter, ik voel me ook best in het centrum van de verdediging. Ook als defensieve middenvelder trek ik mijn plan. Vroeger had ik de reputatie dat ik te offensief georiënteerd was. Intussen besef ik dat de kern van mijn opdracht op het defensieve vlak ligt. Al ruk ik nog altijd graag mee op bij stilstaande fasen.

“We zijn met Standard aan een superseizoen bezig. Toch spreekt er niemand in de groep over de titel. Deze groep denkt niet verder dan het winnen van de eerstvolgende wedstrijd. Dankzij onze relatieve gemakkelijke kalender konden we in de eerste wedstrijden punten en vertrouwen pakken. Laten we nu vooral genieten van deze periode. Genieten is iets wat ik geleerd heb. Vroeger kon ik in momenten van twijfel mijn gedachten niet stop zetten. Ik piekerde mezelf kapot. Nu rol ik meer door elke dag. Carpe diem, zeg maar. Ik wil niet te ver vooruitkijken. Ik heb bij Standard een goed contract voor twee jaar getekend. Maar ik denk niet in termen van toekomst.” l

STÉPHANE VANDE VELDE

‘DEZE GROEP DENKT NIET VERDER DAN HET WINNEN VAN DE EERSTVOLGENDE WEDSTRIJD.’

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content