Gunter Van Handenhoven leeft niet met het verleden. Waag het dus niet zijn transfer naar Qatar een vlucht te noemen, want waar zou hij voor vluchten ? ‘Ik weet dat ík nooit contact heb gehad met Ye, dat ík nooit ben betaald door Ye, en dat ík ook nooit ben benaderd om een wedstrijd te vervalsen.’

Wanneer u dit leest, is Gunter Van Handenhoven pas terug in Qatar. In juli was hij er al eens veertien dagen, samen met zijn vriendin, ex-Miss België en televisiefiguur Ann Van Elsen, die erbij was toen hij zijn contract met Al-Ahli ondertekende en de eerste trainingen meemaakte. Een maand later is het menens. De start van het Qatarese voetbalkampioenschap komt eraan, dat van het Belgische televisieseizoen ook, en tot Kerstmis zal het voor beide geliefden vooral behelpen zijn met skype en webcam.

Afgelopen weekend sprong Van Handenhoven nog even binnen bij vrienden en familie in België. Een korte tussenstop na drie weken in Hongarije te hebben vertoefd voor een oefenkamp met zijn nieuwe club. Dat zou eerst in Nederland plaatsvinden, maar visumproblemen deden het gevolg van sjeik Khalled aanvankelijk uitwijken naar het Hongaarse Debrecen en daarna – wanneer het Formule 1-circus er was opgekrast – naar de hoofdstad Boedapest. Daar is het, op een zonovergoten terras aan de boorden van de Donau, dat we mekaar spreken.

Zoals afgesproken beginnen we bij Zheyun Ye, de mysterieuze gokchinees aan wie hij op de keper beschouwd zijn – zoals dat heet – lucratieve transfer naar de oliestaat heeft te danken. We keren terug naar 21 mei 2005 en de wedstrijd Lierse-La Louvière, geeindigd op 7-0. Eén keer nog en dan nooit meer.

Gunter Van Handenhoven : “Na de Panorama-uitzending over de gokchinees verscheen in de pers dat ik een spilfiguur was, dat ik spelers had gemobiliseerd om geld te verzamelen om samen met Cartier (toen trainer van La Louvière, nvdr) te gaan gokken en achteraf in een hotel in La Louvière de winst te verdelen. Vervolgens hebben ze mij van Studio 1 gebeld om mijn verhaal te komen doen. Achteraf beschouwd had ik dat beter niet gedaan : het heeft me alleen maar last bezorgd. Het ergste vind ik dat mensen hebben gezegd dat ik het deed om mezelf in te dekken, hoewel ik hetzelfde een minuut na de wedstrijd ook al had verteld. Er waren de laatste zes maanden zoveel problemen geweest, niet alleen met achterstallige lonen, dat we niet meer gemotiveerd waren. De voorzitter had beloofd de dag voor de laatste wedstrijd naar de club te komen. Alles zou geregeld worden, maar hij kwam niet opdagen. Toen hebben sommige spelers gezegd : ‘Sorry, trainer, wij gaan niet naar Lierse’. Wij wilden staken.”

Wij ?

“Ik kan er de namen niet meer opplakken, maar het overgrote deel van de groep wilde niet spelen.”

Volgens de jongeren Michaël Cordier en Olivier Guilmot zijn jij en Mario Espartero hen vlak voor de wedstrijd komen zeggen : “Wij spelen niet, maar gaan jullie maar voluit zoals anders.”

“Er is tegen de jonge gasten nooit gezegd dat we niet zouden spelen. Ik heb hen tijdens de opwarming in alle eerlijkheid gezegd dat de meeste jongens niet gemotiveerd waren om zich nog kapot te lopen voor zo’n voorzitter. Maar, heb ik ook gezegd, probeer je toch te tonen, want voor jullie is dit een unieke kans.”

In een ploeg die niet wilde spelen ?

“De ploeg heeft gewoon niet de prestatie gebracht die ze had kunnen brengen. Punt. Vooral omdat het in het kopje niet meer juist zat. Als aanvoerder heb ik alleen een algemeen gevoel verwoord. Ik heb eraan toegevoegd : probeer het van jullie af te zetten. Is dat verkeerd ?”

Patrick Deman heeft verklaard dat hij en Paul Put (toen assistent- en hoofdtrainer van Lierse, nvdr) daags voor de wedstrijd bij Ye werden geroepen. “Ik denk dat je morgen gaat winnen met 5-0, minstens 5-0. Ik denk zelfs 7-0”, citeert Deman hem. Op de vraag hoe hij dat kon weten, zou Ye hebben geantwoord : “Ik heb de spelers van La Louvière. Die gaan meewerken. En die gaan beter meewerken dan jullie ooit hebben meegewerkt, want die gaan mee gokken.”

“Ik kan je alleen maar vertellen wat ík weet. Het is niet omdat Patrick Deman dit vertelt, achteráf, dat het ook de volledige waarheid is.”

Kan er iets zijn gebeurd waarvan jij niet op de hoogte was ?

“Dat weet ik niet. Ik heb er met niemand over gesproken en het gaat mij ook niet aan. Ik heb Ye nooit gezien, jamais. Op de bond vroegen ze me ook of ik PietroAllatta kende. Ja, natúúrlijk : Allatta was de manager van Silvio Proto en die mens was bijna dagelijks op de club. Maar wil dat zeggen dat ik zulke dingen heb gedaan ? Neen ! Ik weet waarom we met 7-0 hebben verloren, vanuit mijn perspectief. Hebben sommige jongens met een andere agenda op het veld gestaan ? Weet ik niet. Dus ik ga ook niet zeggen : misschien heb je wel gelijk.”

Het beruchte sms’je van Wagneau Eloi wijst wel in die richting.

“Maar neen, nog zo’n zever. Ik heb dat sms’je ook gezien. Er stond in dat we zelfs met 10-0 hadden kunnen verliezen. Meer niet.”

Er zou in Azië zwaarder dan normaal zijn gegokt op Lierse – La Louvière. En, opvallend, vooral op ’total goals’ : hoe meer goals, hoe groter de winsten.

“Ik zou het begot niet weten. Ik kan niet bevestigen of er jongens hebben geprofiteerd van het feit dat ze wisten dat er onrust was in de club. Ik weet van mezelf dat ik het niet heb gedaan : voor mij is dat het belangrijkste.”

Gokken met Zambernardi

Vertrouw je al je ploegmaats ?

“Ik heb altijd iedereen in mijn ploeg vertrouwd. Espartero ken ik al jaren (als ex-ploegmaat bij FC Metz, nvdr). Als hij me zegt ‘ik heb het niet gedaan’, dan trek ik dat niet in twijfel. Dan zeg ik ‘oké, Mario’ en verder stel ik me geen vragen meer.”

Tijdens een korte testperiode bij Milwall in de zomer van 2005 vertelde Yannick Zambernardi er aan een ploegmaat hoe de wedstrijd tegen Lierse in zijn werk was gegaan en hoe Ye de spelers van La Louvière nadien uitbetaalde.

“Ben ík dat, Zambernardi ?”

Hij was een zware gokker. Zijn signalement hing uit bij Lad- brokes omdat hij zijn schulden niet betaalde en om dezelfde reden is hij nadien bij zijn Schotse club Dunfermline moeten vertrekken.

“Als hij dat vertelt, kan het kloppen, maar ik kan het niet bevestigen. (Stilte) Kijk, we kunnen hier nog lang over blijven doorgaan, maar ík kan niet oordelen over andere mensen. Het kán kloppen wat ze zeggen. Ik heb nooit verteld dat het niet waar is, maar ik weet dat ík nooit contact heb gehad met Ye, dat ík nooit ben betaald door Ye en dat ík ook nooit ben benaderd om een wedstrijd te vervalsen. Of het met andere spelers is gebeurd, daar heb ik geen weet van. In dat geval zou ik het zelfs gemeld hebben, denk ik.”

Anderhalve maand eerder gingen jullie in Bergen verliezen. Ook daar zou de zware nederlaag georkestreerd zijn geweest.

“De voorzitter was kwaad. Hij was ons de dag voordien in de kleedkamer komen zeggen dat we moesten winnen. Hij wilde dat Bergen zakte, zodat hun sponsors naar La Louvière zouden komen. Maar we verloren. Moedwillig ? Neen, we waren gewoon niet goed genoeg. Trouwens, heel de tweede ronde hebben we niet meer dezelfde goede resultaten behaald. De halve ploeg was verkocht in de winterstop.”

Gokexpert Karl Dhont heeft Bergen – La Louvière “de moeder van alle gecrashte wedstrijden in België” genoemd.

“Ik ken Karl Dhont niet. En zolang ik, Gunter Van Handenhoven, niet ben benaderd en niet weet of andere spelers dat achter mijn rug wel zijn geweest, kan ik je niks vertellen.”

Enkele dagen na die wedstrijd belde ik je omdat je in de dagen voordien samen met Pietro Allatta, drie spelers en de trainer in een kleedkamer op Tivoli was gezien. Getuigen vonden dat verdacht.

“Ah, was jij dat toen ? Ik was niet echt happy toen je me belde, is het niet ?”

Je klonk onrustig.

“Het had al in de kranten gestaan dat de trainer, drie andere spelers en ik met Allatta gezien waren op de parking van La Louvière. Dan belde jij om te zeggen dat het in de kleedkamer was geweest. Om maar te zeggen dat er verschillende verhalen circuleerden. Ik was het allemaal beu. Ik héb Allatta in het stadion van La Louvière ontmoet terwijl hij Silvio stond op te wachten, meerdere keren zelfs, maar nooit samen met de trainer of andere spelers.”

Propere mensen

Met welk gevoel denk je nu terug aan heel die periode ?

“Geen enkel. Het interesseert mij allemaal niet meer. Ik heb er niks mee te maken en voor de rest : je m’en fou. Het enige wat ik onthoud, is dat heel die affaire me zes maanden van mijn carrière heeft gekost. Altijd maar Van Handenhoven dit en Van Handenhoven dat in de pers. Jongens, ik was het kotsenbeu !

“Weet je voor wie het nog het ergste was ? Voor mijn familie. Mijn zus is een zangeres (Sandrine, nvdr), mijn vriendin is Ann Van Elsen, dus dan weet je ’t wel. Op een dag stapten mijn ma en mijn zus een winkel binnen in het Shoppingcenter van Sint-Niklaas. Achter hen loopt een man met zijn vrouw en een buggy, en die zegt ineens : ‘Hier zie, de moeder en de zuster van die gast die wedstrijden verkoopt !’ Mijn zus was zo geshockeerd dat ze helemaal verstijfde. Dát vind ik het ergste, want zelf lig ik totaal niet wakker van wat de mensen nu van mij denken.

“Ik leef met de gedachte dat op een bepaald moment voor iedereen het licht uitgaat. Ga ik mijn tijd op deze aardbol dan besteden aan nadenken over hoe mensen over mij denken ? Neen. Als mensen zeggen : Gunter, die match tegen Lierse, dat had je toch op een andere manier kunnen aanpakken ? Dan zeg ik : ja, absoluut, maar achteraf is het makkelijk praten. Ik zeg niet dat het correct was, maar je moet het in zijn context kunnen zien. Vind ik.”

In december 2006 werd je door de voetbalbond geschorst, waarna je club, Lokeren, je op non-actief zette. Op 31 januari 2007, de laatste dag van de transferperiode, tekende je bij Nieuwkerken Sint-Niklaas, de derdeklasser uit je geboortestad. Had je echt niets anders ?

“Ik kon naar RKC, in Nederland, maar daar stak de Belgische bond een stokje voor. Ik besefte dat clubs uit de eerste klasse het risico niet zouden nemen mij aan te trekken. Ik kon bij Lokeren blijven, maar daar hadden ze Dufer en Mbayo al gehaald voor mijn positie. Zij hadden de hele wintervoorbereiding meegemaakt, terwijl ik uit blessure terugkwam. In de B-kern had ik geen zin. Sint-Niklaas was een goede oplossing : zij waren blij dat iemand als ik zes maanden bij hen kwam voetballen.”

Toch speelde je er maar een wedstrijd of vier. Hoe kwam dat ?

Hakim Bouchouari, die een goede vriend is van mij en er ook heeft gespeeld, zou eens rondhoren. Eerlijk gezegd had ik er niet bij stilgestaan dat ik een ploeg moest zoeken. Anders had ik waarschijnlijk wel iets in tweede gevonden. Nieuwkerken wilde absoluut de derde periode winnen om naar de eindronde te kunnen. De voorzitter stelde mij iets voor dat ik niet kon laten liggen. Op basis van gespeelde wedstrijden natuurlijk. Maar na een incident werd de trainer, Theo Custers, al snel ontslagen en enkele weken later moest ik ineens met de reserves spelen. Wat bleek ? Na weer een nederlaag was de vrouw van de voorzitter in de vip-ruimte komen vertellen dat ze de eindronde toch niet meer konden halen, dat ik de club te veel geld kostte, dat ze er met hareGuido(Van Lijsebetten, de voorzitter, nvdr) over had gebabbeld en dat ik niet meer zou mogen meedoen. Propere mensen, hé ? Maar ik hield het stil. Anders zouden de mensen nog gaan denken : met die Van Handenhoven is het altijd iets. Ik heb het seizoen gewoon uitgespeeld met de reserves.”

Geen Ronaldo of Zidane

Daar stond je dan : zonder club en amper gespeeld. Wie wilde je nog ?

“Ik stond voor alles open. Ik bevond me niet in de luxepositie dat ik zomaar iets kon weigeren. Hans Galjé belde namens Roeselare, met Sint-Truiden had ik vergevorderde onderhandelingen en ik sprak met Dender. Bij Sint-Truiden moest ik eerst bij voorzitter Duchâtelet komen, die natuurlijk over de zaak-Ye begon. Niet dat ik dat erg vind, maar toch. Bij Dender moesten ze ook eerst zien wie ik was. Of ik een moeilijke gast ben, begrijp je ? Ze zeggen het niet met zoveel woorden, maar aan de vragen voel je dat ze je aftasten. Toen kwam de aanbieding uit Qatar en here we are.

Volgens Ton Poldner, de man die de contacten met Al-Ahli legde, verdien je er even goed als de doorsnee Anderlechtspeler. Dat dank je óók aan Ye.

“Ik weet niet wat de doorsnee Anderlechtspeler verdient. Het ging om het totaalplaatje : sportief betekent Qatar misschien iets minder, maar het financiële compenseert dat. Je gaat niet naar het buitenland om evenveel te verdienen. Dan blijf je beter in België : je moet niemand achterlaten en je zit in een bekende omgeving. Maar ik pas me gemakkelijk aan. Dat moet ook als je in Qatar in de tweede klasse gaat spelen. Gemakkelijk is dat niet : wie denkt dat ik daar de Ronaldo of de Zidane van de tweede klasse ga zijn, vergist zich. Ik ben Gunter Van Handenhoven en ik heb míjn voetbalkwaliteiten. Ze verwachten van mij dat ik deze jonge ploeg leid vanuit mijn positie op het middenveld en erop toezie dat de organisatie klopt.”

In december word je 29. Wat blijft er over van de prille twintiger die Champions League speelde met Metz en hoge toppen scheerde in de Franse L1 ?

“De aandacht voor jonge Belgen in het buitenland was toen niet zo groot. Vandaag komt zo’n jongen na vijf wedstrijden in het eerste elftal al naar de nationale ploeg. In mijn tijd liepen daar nog Staelens en Wilmots op het middenveld. Ik zat altijd in de grote voorselecties van Robert Waseige, maar het was duizend keer moeilijker om geselecteerd te geraken.”

Terwijl je echt wel goed was.

“Zonder op te scheppen : ik was héél goed. Daarom is het spijtig dat ik zoveel blessures heb gehad. Zwáre blessures, en altijd voor langere periodes.”

Na Metz speelde je één seizoen bij AA Gent. Je contract liep af en het duurde tot 31 augustus, de laatste dag van de transferperiode, voor je bij La Louvière kon tekenen. Waarom vond je zo moeilijk een club ?

“Geen goede makelaar ? (lacht) Ik weet het niet. De clubs lagen in ieder geval niet aan mijn voeten.”

Zit je daar mee ?

“Spijt heb ik nooit : het komt altijd achteraf en altijd te laat. Ik vraag me wél af hoe het er had kunnen uitzien mocht ik niet zoveel blessures hebben gehad. Ik denk dat ik de kwaliteiten en het niveau had om voor een zéér goede club te spelen, zeker in België.”

Achteruitkijkspiegel

Wat verwacht je van Qatar ?

“Dat ik weer kan voetballen. Ik heb te veel periodes gekend dat het niet kon, door blessures of door shit zoals de zaak-Ye. Lopen, duelleren, balletje trappen : dat plezier wil ik hier terugvinden.”

Helpt het om dat ver weg van de Belgische media te doen ?

“Neen ! Ik heb het al gezegd : de tijd dat ik hier op aarde rondloop, ga ik me niet bezighouden met wat andere mensen van me denken. Ik heb vier jaar in Frankrijk gezeten, op vrij jonge leeftijd, dus ik wist al vroeg wat het is om in het buitenland te voetballen. Qatar is misschien een minder spraakmakende competitie, maar dat vind ik niet erg. Ik vind het zeker tof om een andere cultuur en manier van voetballen te ontdekken.”

En dan terugkeren om nog één keer de allerbeste Gunter Van Handenhoven te laten zien.

“Daar denk ik voorlopig niet aan. Ik heb zelf meegemaakt hoe snel het kan veranderen. Toen ik bij Metz zat, was er een concreet bod uit de Premier League, van Tottenham, maar Metz wilde me niet laten gaan. Een paar jaar later kom je aan het einde van je contract bij AA Gent, heb je geen ploeg en moet je tot 31 augustus wachten om bij La Louvière te tekenen. (lacht) Ik ga proberen blessurevrij te blijven dit seizoen. Dat is mijn grootste ambitie.”

Acht je je nog in staat Belgisch topniveau te halen ?

(denkt na) Ik hoop het, echt waar. Maar dat is niet wat nu in mijn hoofd speelt. Het beste uit jezelf halen is altijd het streefdoel, maar door alles wat ik heb meegemaakt, weet ik dat het moeilijk, zoniet onmogelijk is om vooruit te kijken in het voetbal. Misschien sowieso in het leven. Maar als ik blessurevrij ben en wedstrijdritme heb, weet ik dat ik een hoog niveau haal. Dat heb ik vroeger bewezen.”

En treuren om wat wel of niet is geweest, helpt niet.

“Zeker niet. Het is zoals met de auto rijden : daar kijk je ook niet constant in de achteruitkijkspiegel, want dan rij je ergens tegen. Maar je hebt wel af en toe een achteruitkijkspiegel nodig om veilig te rijden. Wat in het verleden is gebeurd, moet je meenemen omdat het je kan helpen, bijvoorbeeld om dezelfde fouten niet opnieuw te maken. Maar spijt hebben dient nergens toe.” S

Door Jan Hauspie

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content