Bijna was Paul Kpaka van Standard. Tot zijn eigen verbazing. ‘Ben ik dan zó slecht bezig ?’
Revaliderend van een kapotte knie kwam PaulKpaka vorig seizoen van Germinal Beerschot naar RC Genk. “Als ik op het veld sta, moet ik doen waarvoor ik betaald word : voetballen. En ervan genieten en er plezier aan beleven vooral, dat blijft het belangrijkste voor mij. Maar als ik eerlijk moet zijn, heb ik vorig seizoen niet genoten. Door mijn blessure, gekoppeld aan de resultaten van de ploeg, was het niet zo plezant. Hoe meer je terugvocht, hoe minder je presteerde, dus dan beginnen er frustraties binnen te sluipen. Elke week twijfelen tussen spelen en op de bank zitten is niet goed voor je vertrouwen.”
Uitgerekend tegen zijn ex-ploeg, Germinal Beerschot, kwam Kpaka vorig seizoen op de bank terecht. Dat SefVergoossen hem niet had opgesteld, hij zou het nooit vergeten, bezwoer Kpaka. “Ik zál het ook nooit vergeten : ik had in de winterstop de hele voorbereiding meegedaan, we verloren op Charleroi en plots zat ik de wedstrijd daarna tegen GBA op de bank.” Hij daagde vervolgens niet op voor de reservewedstrijd tegen Sint-Truiden. “Maar mocht ik weer in dezelfde situatie terechtkomen, ik zou niet hetzelfde zeggen of doen. Wegblijven, ook al had ik privé-redenen, was een fout van mij. Dat leerproces heb ik nu wel doorgemaakt.”
Ook bij de aanvang van dít seizoen blijven het de doelpunten die hem en de andere spitsen van Genk maar moeilijk ten deel vallen. “Iedereen verwacht doelpunten van een spits, zeker bij een club als Genk verwachten ze dat ik hetzelfde doe als bij Beerschot. Ik moet toegeven : wat vroeger gemakkelijk liep, loopt op dit moment minder. Maar ik krijg wel kansen, dat is positief voor de toekomst. Anders begin je misschien te klagen, maar dat doe ik nu niet. Tegen Moeskroen, bijvoorbeeld, had ik drie, vier keer kunnen scoren. Maar waarom hij er dan niet in gaat, is geen kwestie van vertrouwen, zeker niet. Eerder een kwestie van de scherpte die wat ontbrak en overhaasting in plaats van het koel af te maken.
“Na drie, vier wedstrijden zonder doelpunten begint iedereen daar natuurlijk over te praten. Ik las al in een krant dat we niet meer weten waar de goal staat, maar ik heb de paal al geraakt, dus we krijgen genoeg kansen en binnen de groep klaagt niemand daarover. Op dit moment staan we daarboven. We werken er ook aan op training, hoe de bal te plaatsen, hoe de keeper te dribbelen… Ik heb ook al gelezen dat wij spitsen de bal misschien te veel verliezen en ze daarom een balvaste spits willen. Balvastheid is natuurlijk niet mijn grote kwaliteit, maar in combinatie met zo iemand ben ik misschien op mijn sterkst : als ik in de diepte aangespeeld word. Misschien moeten we meer voor gevaar zorgen vanuit het middenveld, met lopende, infiltrerende mensen, zoals we bij GBA deden met Degryse, Haagdoren, Huysmans en mij. Tegen Lokeren heb ik voor zeventig procent vanop de rechterkant gespeeld, om tactische redenen. Niet mijn favoriete plaats, maar ik heb gedaan wat de trainer gevraagd heeft. Op snelheid moest ik het vanuit de tweede lijn proberen, diep gaan in de rug van de verdediger. Na het tegendoelpunt zochten we te vaak de lange bal en konden we niet verzorgd opbouwen. We twijfelden. Maar ik herhaal het : pas als we geen kansen meer krijgen, moeten we echt beginnen te twijfelen.”
Of twijfelt Genk aan hem, vroeg de spits zich de voorbije week af. “Dinsdagmorgen, de laatste dag van de transferperiode, hoorde ik van een transfer naar Standard. Het stond op teletekst te lezen, zei DeCondé mij. De avond voordien, ik was al gaan slapen, had ik een bericht gekregen van mijn makelaar, WillyHox, dat er interesse was van Standard. ’s Anderendaags liep ik in het stadion de trainer tegen het lijf. Hij feliciteerde mij met m’n transfer. Maar ik wist van niks. Ik was net op weg om met AriëlJacobs te gaan praten, want de contacten waren blijkbaar door Standard gelegd via een andere makelaar.
“Ik heb uiteindelijk één keer met Preud’homme gepraat. Hij belde mij toen Willy Hox hem al had gezegd dat ik niet geïnteresseerd was. Drie weken al, zei hij, waren ze bezig met Genk. Wat pijnlijk was, is dat Bangoura al die tijd op de hoogte was van een mogelijke transfer. Ik wist van niks. Dat is moeilijk te aanvaarden. Het is de taak van Genk om zijn speler op de hoogte te brengen.
“Op zaterdag had ik er wel al iets over in de kranten gelezen, maar mijn makelaar wist van niks. Het slimste wat ik ooit heb gedaan, is dat ik toen niet meteen naarboven ben gegaan om uitleg te vragen. Anders hadden ze nog naar buiten kunnen brengen dat ze met mij over een transfer naar Standard hadden gepraat. Ik heb ook onmiddellijk de beslissing genomen daar met niemand van Standard over te praten. Als duidelijk was geweest dat ik niet meer in de plannen van Genk paste, dan was het iets anders geweest.
“Genk is een grote club, spelers komen en gaan. Misschien is Bangoura wel de speler die we nodig hebben en ben ik de ideale spits voor Standard. Maar als ik er plots het slachtoffer van moet worden, dan moet iemand mij maar duidelijk zeggen waaróm ik hier niet meer pas. Ik heb nooit een duidelijke uitleg gekregen. Ben ik dan zó slecht bezig dit seizoen ? En we zijn nog maar pas begonnen. Ik heb hier een contract te respecteren en bovenal : ik moet hier in Genk ontploffen. Ik blijf erin geloven, ook al zouden anderen dat niet doen. Ik moet antwoorden.
“Als speler ben je in het voetbal dikwijls slachtoffer als je durft te zeggen wat je voelt, maar ik ben teleurgesteld. Om namen gaat het niet, maar de manier waarop alles is gelopen, bevalt me niet. Ze mogen niet vergeten dat een speler ook een gevoel heeft. Ik wil iets bereiken in België, dus ik heb hier nog iets te bewijzen. Ik wou mij daarom niet zomaar laten doen. Ik was ontgoocheld, kwaad, dus ik wou eerst geen commentaar geven om niets te zeggen wat tegen mij gebruikt kon worden. Maar als je praat over een transfer, over voetbal, praat je als prof over je leven en daarin verander je iets niet zomaar. Ik ben door de grote poort binnengekomen en als ik vertrek, wil ik dat ook door de grote poort doen. Niet door het venster, of zoiets. Het is even een moeilijke periode geweest, maar ik denk dat ik er sterker uit zal komen.”
Zondagavond speelde Genk tegen Standard.
door Raoul De Groote
‘Pas als we geen kansen meer krijgen, mogen we beginnen te twijfelen.’
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier