Benoit Morrenne, zo heet de opvolger van Roland Duchâtelet aan het roer bij STVV. Hij woonde en werkte in Japan, Saoedi-Arabië en Zwitserland. Bekleedde topfuncties bij Procter & Gamble, Toyota en Kia. Nu heeft hij een nieuwe missie: ‘Ik wil van STVV weer het kloppende hart van Haspengouw maken.’

B enoit Morrenne (54) ontvangt ons in de nieuwe kantoren van Stayen. Dit is Stayen anno 2011: een modern vastgoedproject dat Morrennes voorganger, Roland Duchâtelet, op poten heeft gezet en dat onder meer een trendy restaurant, een viersterrenhotel en kantoorruimtes huisvest.

Van achter het glas op de achtste verdieping kijkt Benoit Morrenne uit op het kunstgrasveld, waar op het moment van onze afspraak Guido Brepoels en zijn spelers volop de wedstrijd tegen Club Brugge aan het voorbereiden zijn. De focus ligt op vlotte balcirculatie en nauwkeurige, strakke passing. Een complete stijlbreuk met het STVV zoals we dat altijd gekend hebben, vooral terend op strijdlust en inzet.

“Sowieso was die thuisreputatie van STVV de laatste jaren wat afgekalfd”, weet Morrenne. “We verloren dikwijls tegen de mindere goden, ik ben er honderd procent van overtuigd dat we met onze nieuwe manier van voetballen veel meer punten zullen rapen tegen die teams. Dat is ook het voetbal van de toekomst.

“Ons thuisvoordeel zal een nog groter voordeel worden dan vroeger. Omdat wij als enigen constant op dat kunstgras kunnen trainen, omdat wij onze tactische plannen daarop afstemden en omdat wij onze kern in die optiek hebben samengesteld. Andrade, Christ, Dufer, Reza… dat type voetballers zal hierop een hoger rendement halen.”

De Celtics tegen de Bulls

Voor alle duidelijkheid, u bent al jaar en dag supporter van Sint-Truiden.

“Ik kwam al vanaf mijn vijf jaar met mijn vader – een Waal – mee naar STVV. Toen had STVV een aanhang tot over de taalgrens. Een van mijn ambities is om van deze club weer het kloppende hart van Haspengouw te maken. Men heeft hier de voorbije tien jaar veel te veel achter Genk aangelopen.”

Heeft u zelf gevoetbald?

“Ja, maar op mijn vijftiende moest ik al geopereerd worden aan de knie, einde van dat voetbalverhaal.”

Gaat een tiener zich andere doelen stellen als hij weet dat ‘ooit topvoetballer worden’ geen mogelijkheid meer is?

“Ik heb eerst gezorgd dat ik een diploma haalde en van daaruit schaaf je jezelf bij. Sportmarketing was altijd mijn dada. In totaal heb ik zestien jaar in het buitenland gewoond, maar overal waar ik woonde, liet ik Het Belang van Limburg leveren, zo kon ik STVV toch een beetje volgen. Dikwijls arriveerden die kranten pas een week later. In Saoedi-Arabië moesten ze zelfs eerst door de censuur geraken. Ik heb thuis nog een exemplaar van Het Belang met daarin een foto van Marleen Renders die winnend over de finishlijn loopt. Haar armen en benen waren overkleurd, want dat was volgens hen bloot.

Enfin, ik wil maar zeggen: ik heb altijd die band met Sint-Truiden onderhouden. En de passie voor voetbal natuurlijk. Ik ben naar zeven WK’s geweest. Ik heb Erwin Vandenbergh nog live zien scoren tegen Argentinië in Barcelona! Tegelijkertijd gaf ik op zulke evenementen mijn ogen de kost inzake organisatie, infrastructuur, marketing en noem maar op.”

U bent een echt voetbaldier, u bent een geslaagd zakenman en leunt al jaren dicht bij het bestuur van STVV aan. Waarom heeft het eigenlijk zo lang geduurd vooraleer u daadwerkelijk die stap zette?

“Ik ben een eerste maal bij het STVV-bestuur gaan aanleunen toen we met Toyota sponsorden, maar ik denk niet dat het toenmalige bestuur me er bij had gewild. Ik had – toen al – een heel andere visie op voetbal.

“Ik ben altijd fan geweest van de manier waarop ze in de VS hun sportclubs aan de man brengen. De hele merchandising en typologie rond bijvoorbeeld de Boston Celtics of de Chicago Bulls. Je bént een Celtic, je bént een Bull,… Daar zijn de Amerikanen heel sterk in. En naar mijn gevoel kan dat in België ook perfect. De Pallieters van Lierse, de Rouches van Standard, het Ketje van Brussel… dat zijn allemaal mogelijkheden.”

Hulp van Schueremans

Wat waren uw voorwaarden om het voorzitterschap van Duchâtelet over te nemen?

“Bestuurlijke onafhankelijkheid. Wij huren de infrastructuur immers van de nv Stayen, geleid door Marieke Höfte, de partner van Roland Duchâtelet. Dat kan perfect, dat is gewoon een huurder-huisbaasrelatie. Alleen moeten die structuren duidelijk losgetrokken worden: aan de ene kant de nv Stayen, met de infrastructuur. Aan de andere kant het sportieve, STVV. Het was een hele oefening om dat allemaal mooi te onderscheiden en op papier te zetten.”

Klopt het dat STVV vijf procent van zijn budget afstaat aan de nv Stayen voor de huur van de infrastructuur?

“Dat is zelfs minder.”

Nochtans is dat wat er nu gezegd wordt: Duchâtelet blijft sowieso toch een deel van de touwtjes in handen houden door die connectie met de nv Stayen.

“Dit is een stadsontwikkelingsproject dat veel ruimer is dan het voetbal zelf. STVV is daarin een wezenlijk onderdeel, maar niet het allerbelangrijkste.”

Stoort het u dat u voorgesteld wordt als de rechterhand van Duchâtelet?

“Zoals gezegd, dat is allemaal duidelijk uit elkaar gehaald. Wat we nu nog moeten doen is de omvorming van een vzw naar een nv. Bedoeling is dat voor mei 2012 rond te hebben.”

Wat met Herman Schueremans? Oorspronkelijk werd hij toch als kandidaat-overnemer bij STVV genoemd?

“Dat klopt, ik heb eerst een voorstel gedaan samen met Herman, maar dat is niet gelukt. Koper en verkoper geraakten er niet uit bij het stellen van de laatste voorwaarden.

“Herman en ik kennen elkaar al lang. Torhout/Werchter heeft destijds nog autosponsors gezocht en ik was de contactpersoon bij Toyota toen. We zijn zeer gelijk denkend en gelijk werkend. Ik zag mogelijkheden met hem erbij. Zeker met het gegeven dat Stayen niet enkel een voetbaltempel moet worden maar een heus spektakelgebeuren, in die optiek is ook dat kunstgrasveld gelegd. Hier moeten BMX-wedstrijden, paardenjumpings, rallycrossen en concerten kunnen doorgaan. Ik ben zeker dat Herman nog een belangrijke raadgever en supporter van STVV zal blijven. Hij zal me wel helpen.”

Waarom stappen tegenwoordig zoveel ambitieuze zakenlui in de voetballerij?

“Iedereen zal wel zijn verhaal hebben, maar het algemene antwoord is: het voetbal wordt steeds professioneler. Een kwestie van geld en gezond beleid. Ik kom zelf uit het marketinggebeuren, ik kwijlde toen ik de fanshop van Manchester United in Singapore zag. Als ik de merchandising zie van baseballclubs in Japan, of de communitybuilding van Amerikaanse sportclubs zoals de Red Sox of de Celtics. Ik ben ervan overtuigd dat je door het typische Haspengouwse gevoel uit te spelen ook zoiets kan opbouwen.

“Deze streek is de bakermat van de Belgische beschaving. De Romeinse heirbanen, de eerste Romeinse villa’s, de tumuli ( grafheuvels, nvdr). Het Prinsdom Luik heeft er daarna voor gezorgd dat er een aparte cultuur ontstond die taaloverschrijdend was. Daarom is Sint-Truiden geen provincieclubje, het is de ‘hub’ van een heel grote regio. De mensen die wat anders zijn: rebels denkend, rad van tong, hart op de goede plaats en die de anderen maar laten kwaken, terwijl ze zelf hun ding doen.”

En die verbondenheid bent u misschien des te harder gaan voelen, net omdat u zo vaak in uw leven in het buitenland vertoefde.

“Dat kan. Een soort terugkomen naar de bron. Maar ik zie dit niet als een fin de carrière, integendeel, mijn beste professionele jaren moeten nog komen.”

De profliga wil de strijd aanbinden met belangenvermenging binnen de Belgische competitie. In hoeverre behoort een samenwerking met het Standard van Duchâtelet dan nog tot de mogelijkheden?

“De profliga heeft me al het vuur aan de schenen gelegd. De eerste vergadering werd er al meteen op die wisselwerking gewezen. Maar dan zeg ik: die goede contacten hebben Standard en STVV altijd al onderhouden. Volkomen logisch, gezien de nabijheid.

“Trouwens, als u mij vraagt van wie ik al het meest advies heb gekregen, dan zal ik u misschien verrassen, maar dat is Vincent Mannaert. Ik kan ook terugvallen op mensen zoals Herman Van Holsbeeck – zijn vrouw was ooit nog secretaresse bij Toyota – Pierre François en Patrick Vanoppen, die ik pas recent beter heb leren kennen. Een heel gedreven man met wie ik een bepaalde verwantschap voel. Al zal je mij niet snel in een Kanariepak zien rondlopen.” ( grijnst)

Geen paniekaankopen meer

Zijn er zaken die u verbaasd hebben tijdens uw eerste maand als clubvoorzitter?

“Verbaasd niet, wel geschokt. Dat je plots een publiek figuur bent en bijna vogelvrij verklaard wordt. Men is bijvoorbeeld gaan opdiepen dat ik ooit een dochtertje verloren heb toen ik in Saoedi-Arabië woonde. Ik heb de fout gemaakt op die vragen te antwoorden, want dat heeft weer oude wonden opengereten… Dat zijn dingen die ik niet verwacht had.”

U staat nochtans voor openheid. Als CEO bij KIA hebt u zelfs ooit een test met een leugendetector gedaan om aan te tonen dat de beloofde condities op de wagens wel betrouwbaar waren.

“Klopt. Hier bij STVV ben ik kort na mijn aanstelling als voorzitter ook gaan samen zitten met vertegenwoordigers van elf supporterclubs van STVV, waarbij ze allerlei vragen konden stellen. Dialoog is gezond. Op een bepaald moment vroegen ze mij hoe het zit met de aankoop van nieuwe spelers: een spits en een rechterflank. Ik heb uitgelegd dat we daar onze tijd voor zullen nemen en zeker geen paniekaankopen zullen doen à la Ishiaku of Tisza. Die kosten handenvol geld en hebben nul rendement. Een nieuwkomer zal hier eerst testen ondergaan: fysiek en mentaal. Sommige makelaars doen daar lastig over, maar het zij zo. Daarenboven moeten spelers in het plaatje van Brepoels passen en last but not least moeten ze financieel haalbaar zijn. Dat zijn verschillende parameters, die vul je niet op 1-2-3 in.”

Grote namen moet de STVV-fan dus niet verwachten van u?

“En waarom niet? In Christian Benteke waren we erg geïnteresseerd, alleen wilde de speler zelf niet, hij wil naar het buitenland. Als je zulke dingen uitlegt aan een supporter, begrijpt hij je beter.”

Wat is uw sportieve ambitie met STVV?

“Mooi voetbal brengen, voetbal waar de supporter achter kan staan. We moeten een middenmoter worden die af en toe voor een uitschieter zorgt en meedoet voor een Europees ticket. Zoals twee jaar geleden. Hoger mogen we niet mikken, daarvoor ontberen we – momenteel – de nodige achterban.”

Als u Patrick Decuyper bij Zulte Waregem hoort verkondigen dat hij binnen de drie jaar het budget zal verdrievoudigen, wat denkt u dan?

( schudt het hoofd) “Andere mensen mogen die ambitie hebben, maar in Sint-Truiden kan dat niet. Tenzij hier morgen iemand vijftig miljoen euro op tafel legt, zoals in Hoffenheim. Ik ent mijn model liever op Villarreal, een stadje in Galicië dat vergelijkbaar is met Sint-Truiden. Zij hebben dat zeer clever uitgebouwd. Ze spelen trouwens ook in het geel.” ( glimlacht)

Een stukje rebellie

U bent ook veel bezig met geschiedenis. Wat precies?

“De laatste tijd vooral met de communautaire geschiedenis van België, hoe dat heeft kunnen leiden tot de situatie van vandaag. Want historisch heeft Limburg bijvoorbeeld nooit iets gehad met West-Vlaanderen. Qua mentaliteit hebben Truienaars veel meer gemeen met Luikenaars. Maar dan met een taalverschil. Net zoals je dat in Zwitserland tegenkomt. Daar spreken ze ook verschillende talen maar hebben ze allemaal dezelfde mentaliteit.

“Belgen zijn in de geschiedenis meestal slachtoffer geweest van allerlei conflicten, dat vertaalt zich naar de mentaliteit van een volk. Zeker naar marketing toe is dat interessante kennis. In de autosector kon ik daardoor inspelen op het verschil in emotionaliteit bij het aankoopgedrag van een Antwerpenaar of een Waal. Het marktaandeel van Kia lag bijvoorbeeld in Wallonië drie keer zo hoog als in Antwerpen. Dat had niets te maken met beschikbaar inkomen, wel met hoe een volk zich wil profileren.”

Bent u bekommerd over het lot van dit land?

“Van origine ben ik een Waal, maar als tiener ben ik me gaan afzetten tegen mijn ouders en reed ik met een gele VL-sticker op mijn fiets rond. Ik zat op een internaat met Hollandse conventuelen ( orde van franciscanen, nvdr) die ons het Vlaams nationalisme inpeperden.

“Later ben ik naar het buitenland getrokken en leerde ik de absurditeit daarvan inzien. In Saoedi-Arabië heb ik me murw moeten uitleggen waarom er daar telkens drie delegaties handelsmensen uit België passeerden. Van Vlaanderen, Wallonië en de federale staat. Het is logisch dat als iemand drie verschillende verkopers van eenzelfde firma over de vloer krijgt, dat die zich dan afvraagt: ja maar, wie probeert er mij hier een loer te draaien? Die mensen in Saoedi-Arabië kennen BHV niet, hè.”

U hebt ook in Japan gewoond en in Chicago gestudeerd. Uw buitenlandse ervaringen zijn erg divers. Welke ervaring blijft u het meeste bij?

“Saoedi-Arabië, omdat je daar met het fanatiek religieuze geconfronteerd wordt. Onze dochters zijn daar geboren, ze dragen trouwens een Arabische naam. We hebben er ook de eerste Golfoorlog meegemaakt. Ik zat met zowat 400 gezinnen in een building die binnen kanonsbereik lag van de Iraakse troepen.

“Het was spannend, maar tegelijkertijd zorgde die ervaring voor een enorme voldoening, omdat mijn vrouw en ik daar iets betekend hebben. De Amerikanen werden massaal teruggeroepen, wij waren de enigen die wilden blijven.”

Waarom?

( klopt op tafel) “Dat is de aard van de Haspengouwer. Wij zijn degelijke mensen. Ik vond wat die Amerikanen deden vaandelvlucht. De ene dag nog grootsprakerig en met hun vlag vooraan de villa wapperend, maar de volgende dag op aanraden van hun ambassadeur allemaal weg. Dat doe je niet. Zeker niet als er anderen zijn die hulp nodig hebben.”

Hebt u zich kunnen aanpassen aan dat religieuze fanatisme?

“Wij gingen daarin mee. Mijn vrouw heeft zonder schroom vanaf de eerste dag haar sluier aangedaan wanneer ze op straat kwam. Ze heeft het één keer zonder geprobeerd, maar daar kwamen meteen boze reacties op. En daar ga je niet zomaar tegenin.”

Probeerde u toch af en toe te rebelleren?

“Op een intelligente manier wel, ja. Ik heb ginds een hulpgroep van expats opgericht. Er werden in bepaalde middens veel minderheden misbruikt, tot verkrachting toe. Met de meer machtige expats, de westerlingen, probeerden we die mensen te helpen. We hebben ook eens met Kerstmis een pater laten overvliegen, om een katholiek feestje te bouwen. Wat eigenlijk totaal verboden is daar. Ik ben niet eens zo gelovig, maar dat was dan toch een stukje rebellie.”

U zal er waarschijnlijk wel veel mensenkennis opgedaan hebben die u later van pas kwam in het zakenleven?

“Ik leerde dat je rekening moet houden met gevoeligheden van mensen. Dat je niet altijd je doel bereikt door recht tegen iets in te gaan. Dat heb ik met Guido Brepoels ook al mogen ervaren. ( lacht) Guido moet je niet commanderen, dat werkt niet. Dus streef ik naar harmonie.”

DOOR MATTHIAS STOCKMANS

“Ik kwijlde toen ik de fanshop van Manchester United in Singapore zag.”

“De profliga heeft me al het vuur aan de schenen gelegd.”

“In Saoedi-Arabië heeft mijn vrouw vanaf de eerste dag haar sluier aangedaan wanneer ze op straat kwam.”

“Je bereikt niet altijd je doel door recht tegen iets in te gaan.”

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content