‘Als er dreigementen bij komen kijken, houdt het voor mij op.’ Aan het woord is Tim Smolders, die met zijn transfer naar AA Gent tijdens de winterstop een einde zag komen aan een turbulente periode bij Charleroi.

T im Smolders is 28 jaar, maar ziet zichzelf als een ancien. Zo praat hij, zo voetbalt hij en zo leeft hij. Nooit een onvertogen woord, geen zotte uitspattingen, degelijkheid als norm. Het is ook geen toeval dat ‘de lange van Oosterlo’, zoals hij eerder in dit blad gedoopt werd naar aanleiding van een rootsverhaal, bij Charleroi best bevriend was met de oudere garde: Bertrand Laquait en Frank Defays op kop.

Sinds januari voetbalt Smolders bij AA Gent en woont hij met zijn gezinnetje (vrouw Lies en de twee dochtertjes Margaux en Pauline) weer in Vlaanderen, in Maldegem meer bepaald. Zijn contract bij Charleroi liep eind dit seizoen af en dus wilden de Zebra’s hem nog te gelde maken. In maart 2008 kreeg Smolders nochtans een nieuw contractvoorstel bij Charleroi, te nemen of te laten. Het bestuur, met name Mogi en Abbas Bayat, zegde letterlijk dat hij best tekende want dat hij anders niet meer zou spelen. Voor Smolders was het de druppel die de emmer van twee en een half seizoen chaos in het Zwarte Land deed overlopen. Uit principe weigerde hij ook latere, en verbeterde, contractvoorstellen. Zoals gedreigd werd Smolders gepasseerd in de voorbereiding op dit seizoen, trainer Thierry Siquet mocht hem niet opstellen of zou zelf zijn job verliezen.

Naar verluidt ging jouw weigering om bij te tekenen in Charleroi niet enkel over een te laag financieel bod, je had ook extrasportieve eisen. Zoals een contractverlenging voor Laquait en Defays, je goede vrienden. Klopt dat?

Tim Smolders: “Dat heeft Mogi in de plaatselijke krant verspreid, ja, maar ik zal je eens vertellen wat er gebeurde: op het einde van vorig seizoen hebben we met een spelersraad – Defays, Laquait, Kéré, Oulmers en ik – met Mogi samengezeten om de doelstellingen voor het seizoen erop te bepalen. Mogi noteerde onze wensen: een beter terrein, zekerheid omtrent de trainer, én dat Laquait en Defays zouden blijven. Dat was dus een vraag van de hele raad, maar enkele maanden later gaat Mogi in de pers verkondigen dat ik beloofde te blijven als op die eisen werd ingegaan.”

Dus het sprong dan toch puur op het financiële af?

“Uit dat eerste voorstel in maart sprak inderdaad heel weinig respect voor mij. Ik ken de normen bij Charleroi, maar daar kwam het helemaal niet in de buurt van.”

Nadien kreeg je wel betere voorwaarden.

“Dat is te laat, hé. Als ze zeggen: je tekent dit of je speelt niet meer … Vanaf dat moment was het voor mij afgelopen. Nu, ik besef dat ze die tactiek ook in andere clubs proberen, door eerst zo laag mogelijk te bieden. Maar wanneer er dreigementen bij komen, houdt het voor mij op. Ik herinner me dat gesprek nog goed. We zaten in de hoofdzetel in Chaudfontaine en het enige wat ik toen dacht was: trek uw plan met uw fleskes! Ze zijn waarschijnlijk geschrokken van het feit dat ik voet bij stuk hield, want ik vermoed dat ze er in het verleden al meermaals in geslaagd zijn om andere spelers op die manier door de knieën te krijgen.”

Een draai aan de werkelijkheid

Waar haalde je de moed vandaan om de machtige Bayats uit te dagen?

“Ik denk dat zij zich meer geënerveerd hebben dan ik. Op oefenkamp deze zomer hebben ze me wel tien keer bij zich laten roepen om nogmaals over een contract te discussiëren. De trainer werd daarin wat als speelbal gebruikt. Mogi wilde dat Siquet in de beste omstandigheden kon werken, maar stuitte telkens op een njet van de voorzitter en zo bleef dat spelletje duren. Ik ben rustig gebleven, maar zoiets kan je niet doen als je niet sterk staat. Ik had toch naam gemaakt, was door de supporters verkozen tot Speler van het Jaar en ik was fit. Want als je net op dat moment geblesseerd raakt, sta je natuurlijk nergens.”

De Bayats vroegen aan Siquet om jou niet langer op te stellen. Zo startte je tijdens de voorbereiding vaak op de bank en toch scoorde je geregeld bij je invalbeurten. Hoe ging je om met die situatie?

“Siquet zat natuurlijk tussen twee vuren. Ik weet dat hij veel op het bestuur heeft ingepraat om mij toch weer te laten spelen. Anderzijds: als men zegt dat je ontslagen wordt wanneer je mij opstelt, dan begrijp ik dat je voorzichtig bent. Met Mogi viel nog te praten, had ik de indruk, maar met de voorzitter ( Abbas Bayat,nvdr) was dat absoluut niet het geval. Siquet heeft trouwens ruzie gemaakt met hem. Maar de trainer stond niet sterk in zijn schoenen: hij kreeg nooit de openlijke steun van zijn bestuur en moest tijdens de zomer ook heel lang wachten op een contractverlenging. Dat is al geen goede basis om het seizoen te beginnen. Eerlijk, soms dacht ik: als Siquet op zijn tanden bijt, speel ik wél. Maar nogmaals: ik begreep ook zijn situatie.”

Uiteindelijk kwam je op de vierde speeldag, tegen Cercle, toch aan de aftrap. Dankzij Siquet?

“Oulmers was geblesseerd en dat was de enige reden. Ja, ze hadden Miceli nog achter de hand, maar die was ook einde contract, ze konden mij eigenlijk niet langer naast de ploeg zetten.”

Met welk gevoel zat je de laatste maanden bij Charleroi?

“Ik snakte naar duidelijkheid. Al kon ik dat van me afzetten, want je wil toch altijd winnen en dat gaat alleen wanneer je als ploeg speelt.”

Charleroi is een vreemde ploeg, zeer wisselvallig en met een hoop karaktertjes in de kern. Zoals Mujangi Bia.

“Er waren er veel ergere dan Mujangi Bia, die wel vaker regels aan hun laars lapten. Elke dag waren ze te laat, voor de training en voor het eten. Ze lieten overal blikjes en kleren slingeren. Een gebrek aan discipline. Ik zei mijn gedacht daarover, maar op een gegeven moment houdt het op. Als ze na vijf waarschuwingen nog niet veranderen, geef je de moed op. Als ploeg kan je op die manier moeilijk iets bereiken. Als je op training loopt te mekkeren voor niets, ben je vijf minuten niet bezig met dat trainingspartijtje. Zulke dingen komen ook tijdens officiële wedstrijden tot uiting en zo kan je geen punten pakken en bijgevolg geen premies verdienen. Dat zorgt voor frustraties.”

Jij was in Charleroi aanwezig toen onze Franstalige collega van Foot Magazine, Stéphane Vande Velde, in december jongstleden aangevallen werd door Mogi Bayat. Later zou jij onze collega verdedigen.

“Hij kwam voor een interview met mij. Ik zat met een vijftal ploegmaats in het spelershome, er was daar nog een andere journalist aanwezig. Stéphane betrad de ruimte om ons goeiendag te zeggen, maar had de pech op Mogi te stoten, die hem meteen bij de keel greep. Wij stonden perplex, want het was om een belachelijke reden: zogezegd mocht Stéphane niet in het spelershome komen, maar die andere journalist stond daar ook. En dan lees je een dag nadien de uitleg van Mogi op de offi- ciële website en val je steil achterover: helemaal verdraaid. ( cynisch) Echt ronduit fantastisch hoe je op die manier een draai kan geven aan de werkelijkheid. Dan besef je nog eens dat je moet oppassen wanneer je met zulke mensen werkt.”

Geleerd van Xavi en Guardiola

In januari kreeg je eindelijk je transfer, naar AA Gent. Eigenlijk van de ene slechte grasmat naar de andere.

( lacht) “In die optiek was het inderdaad geen goede keuze, maar in Gent ligt volgend seizoen een nieuwe grasmat. Het veld ligt hier hobbelig. Oké, je kan aanvoeren dat dat voor beide ploegen geldt, maar Gent is een voetballende ploeg die graag snel combineert over de grond. Dan ben je in het nadeel.”

Bijgevolg speelt Gent beter voetbal op verplaatsing dan thuis, waar jullie vaker de lange bal gebruiken.

“Dat klopt. Bij thuiswedstrijden stellen we ons erop in dat vooral het resultaat belangrijk is, dan pas de speelstijl. Ook de trainer communiceert dat zo.”

Gent is stilaan de ploeg van de terugronde aan het worden.

“Het is goed dat we een reeksje kunnen neerzetten, maar we moeten ambitieus zijn en altijd meer willen.”

Volgens de technische staf ben jij van alle nieuwkomers diegene die de Gentse speelstijl het snelst oppikte. Omdat jij van nature iemand bent die verticaal speelt en diepgang zoekt. Voel je dat ook zo aan?

“Mijn spel kan ik niet meer veranderen: ik probeer voor doel te komen en probeer ook te helpen waar ik kan. Je moet mij niet vragen drie man te dribbelen en dan te scoren. Ik zoek liever oplossingen met andere spelers.”

Het enige probleem bij Gent was dat jij in het begin vaak de combinatie zocht, maar dat de ploegmaats dat niet altijd zo begrepen. Dat is nu gebeterd?

“We hebben veel baldragende aanvallers voorin lopen, ik leerde dat ik soms een tel langer moet wachten om de bal in te spelen. Het is logisch dat zoiets tijd vraagt, vanaf volgend seizoen moet de trein vertrokken zijn. Ik ben rond de winterstop ook vijf weken uit roulatie geweest met een knieblessure, daardoor liep ik een achterstand op die ik nu begin te voelen. Ik zit minder fris. Al van in januari is het vooral aanklampen. Het wordt belangrijk dat ik deze zomer een volledige voorbereiding kan meemaken. Ik streef naar regelmaat en dat kon ik bij Gent nog niet brengen zoals bij Charleroi … al speelde ik hier wel al goede wedstrijden, hoor.”

Je speelt hier als offensieve pion in een driehoek op het middenveld. Je beste plek?

“In feite is het ideale scenario dat die driehoek flexibel is en dat de drie middenvelders elkaar inwisselen. Zodat de tegenstander niet meer weet wie waar loopt. In een ver verleden heb ik zo ooit eens met Club Brugge op Barcelona mogen spelen tegen een middenveld met Xavi en Guardiola. Dat was een perfect geoliede machine waarbij je geen bal raakte. Dat is wat ik beoog.”

Binnenkort keert Bernd Thijs terug, de plaatsjes worden duur op het middenveld.

“Wie ambieert een topclub te worden, kan niet met een kern van elf man werken. Alle posities móéten dubbel bezet zijn. Sowieso vallen er op een seizoen altijd wel mensen uit door schorsing of blessure. Ik bekijk de zaken steeds op langere termijn.”

Hulptrainer Stan Van den Buijs verklaarde dat jij zelfs af en toe weer naar de spits kan verhuizen, zoals in je begindagen bij Brugge. Zou je dat nog kunnen?

( grijnst) “Oei, dat weet ik niet. Ik zou het wel doen, maar ik weet dat mijn kwaliteiten niet daar liggen. Ik bezit niet de explosiviteit van bijvoorbeeld een Mbaye Leye. Bij Brugge ben ik destijds wel als spits begonnen, maar nu voel ik me honderd procent middenvelder. Om spits te staan ben ik niet sterk genoeg met mijn rug naar doel. Met mijn groot loopvermogen kom ik op het middenveld beter tot mijn recht. Ik loop liever vijf kilometer in één tempo, dan één kilometer met drie spurtjes in.”

Ruiz ontbolsterde na de winterstop helemaal. Hij wordt steeds bepalender voor Gent, betekent dat dat jullie meer moeten werken in de schaduw nu?

( denkt na) “Het is zijn verdienste dat hij nu bepalender werd. Het is wel duidelijk dat hij zich nu goed in zijn vel voelt.”

Niet hard genoeg

Eigenlijk had niet Daniel Tözsér maar jij nu bij Genk moeten zitten.

“Dat heb ik ook gelezen in een reactie van voorzitter Harry Lemmens en mijn makelaar bevestigde dat. Maar goed, zij hebben afgelopen zomer voor een andere weg gekozen. Het had ook Genk kunnen zijn.”

Ooit zat je dicht bij een overgang naar Spanje. Elche toonde twee zomers geleden concrete interesse. Een gemiste kans?

“Ik heb nooit een papier gezien, al hoorde ik wel dat het concreet was. Maar ik lag nog onder contract bij Charleroi. Elche moest via de club passeren en daar stopt het. Ik had Elche nochtans zien zitten, en mijn vrouw ook.”

De geboortestad van je vrouw is Brugge. Nooit spijt gehad dat je het niet bij Club Brugge kon waarmaken?

“Misschien wel, maar ik kan mezelf daarin niets verwijten. Ik was daar op dat moment niet klaar voor. Niet hard genoeg om mij af te sluiten van de kritiek die ik er kreeg. Een deel van het publiek keerde zich tegen mij. De spelers die toen op de bank zaten, zijn nu allemaal titularis in hun club. Sindsdien is het wat minder en hebben ze in Brugge misschien spijt dat ze die ploeg van toen niet hebben bijeengehouden. In een carrière moet je ook wat geluk kennen.” S

door matthias stockmans – beelden: reporters

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content