Met Stanley Aborah presenteert Ajax een derde talent uit de GBA-opleiding. Sinds de voorbije zomer is ex-directeur opleidingen bij GBA Urbain Haesaert hoofdscout voor Ajax in België.

Let maar eens op, voorspelde Urbain Haesaert een paar weken geleden : “Straks komt er wéér een van onze jeugdproducten van Germinal Beerschot in de kern bij Ajax.” Lovend omschrijft hij de kwaliteiten van Stanley Aborah, Belg van Ghanese afkomst en net 17. “Een échte nummer tien, een speler voor het grote Ajax uit de gouden jaren. Met maar één nadeel : een grote mond. Hij kan niet zwijgen tegen de scheidsrechters en de tegenstanders. Maar wat een talent !” Nauwelijks zijn zijn woorden koud of de zoon van de vroegere middenvelder van Germinal en Kapellen debuteert in de basis van Ajax tegen Heerenveen. Vier dagen later krijgt hij de handen van 50.000 toeschouwers in de Arena op elkaar met een geslaagde invalbeurt in de Champions League.

Urbain Haesaert kletst zelden uit zijn nek. Dat deed hij ook niet toen hij in een vorig leven gedreven en met een gedegen organisatie met bescheiden eersteklassers resultaten haalde. Met Waregem schakelde hij in 1985 AC Milan in eigen huis uit en haalde hij de halve finales van de Uefacup en met Lokeren greep hij net naast de landstitel. Bij de opslorping van Beerschot door Germinal hield hij na twintig jaar het hoofdtrainerschap voor bekeken om zich met hetzelfde enthousiasme toe te leggen op de jeugdwerking. Met succes. GBA werd vorig jaar na doorlichting van alle eerste- en tweedeklassers door de VUB tot beste jeugdopleiding in België uitgeroepen. Vijf jeugdspelers maken al deel uit van de kern bij GBA. Nog eens acht anderen zetten de stap naar Ajax. Niemand keerde wenend terug, geen enkele werd met een onvoldoende doorgestuurd. Thomas Vermaelen, Tom De Mul en Stanley Aborah zitten in de Amsterdamse A-kern. Sinds vorige zomer maakt ook Haesaert zelf deel uit van het organigram van Ajax, als hoofdscout voor België.

Urbain Haesaert : “Wat me drijft, is de passie om jonge mensen de kansen te geven die ze verdienen. Toen De Mul naar Ajax kon, had hij aanbiedingen van twee andere clubs. Onlangs vroeg ik hem nog : had je daar even ver gestaan, dezelfde kansen gekregen als in Amsterdam ? Waarschijnlijk niet. Sterker nog. Als Tom De Mul bij GBA blijft, weet ik niet of hij in Antwerpen het eerste elftal haalt. Ik twijfel daar sterk aan. Door de grote instroom van buitenlanders wordt de speelgelegenheid voor jongere talenten ingekrompen.”

Waarom zit De Mul wel en Prince bijvoorbeeld niet bij Ajax ?

“Omdat daar voorlopig een hele goeie speler staat met wie hij in de weegschaal ligt. De Mul was op dat moment beter dan degene die bij Ajax op die positie speelde. Wanneer een jeugdspeler naar Ajax gaat, moet hij over maximale slaagkansen beschikken. De Belgische spelers die nu bij Ajax zitten, hadden bij hun overgang meer in huis dan wat Ajax op dat moment op hun positie had. Ajax neemt elders niet wat het zelf heeft. De spelers die ik opmerk, moeten op zijn minst beter zijn dan de spelers die bij GBA voetballen.”

Vorige maand vertrok met de 15-jarige verdediger Toby Alderweireldt de achtste jeugdspeler van GBA naar Ajax. Heb je in het begin niet gedacht dat het uitwisselingsproject niet zou slagen, met die schuchtere Vlamingen in het harde Holland ?

“Eén enkele keer zal ik mijn twijfels gehad hebben, maar dat ze er nog allemaal zijn, zegt genoeg. De eerste die naar Amsterdam vertrok, was Thomas Vermaelen. Geen slechte student, hoor. Het schoolsysteem in Nederland maakt de combinatie studie-topsport mogelijk. Om twee uur wordt een jongen van school afgehaald, om halfdrie staat de training op het programma en na het eten krijgt de jongen in kwestie studiebegeleiding. Ik stel vast dat onze bescheiden Vlamingen toch allemaal aarden in Nederland.”

Hoe begint zo’n samenwerking ? Ben je bij Ajax op cursus geweest ?

“Neen. Toenmalig hoofd opleidingen Hans Westerhof vroeg me om uit te leggen hoe ik de jeugdwerking zag. Ik zette de missie op papier : waar we naartoe wilden en hoe we dachten dat doel te bereiken. Westerhof gaf aan dat onze ideeën volledig strookten met de Ajax-visie. Het is niet zo dat ik richtlijnen uit Amsterdam kreeg. Toen Ajax vroeg of ik iets nodig had, noemde ik één naam : Simon Tahamata. Simon is nuttig bij het overbrengen van voetbalintelligentie, het aanleren van pass- en trapvormen. Want de manier waarop je een bal aanneemt, bepaalt meestal de uitvoeringssnelheid. Simon werkt in Amsterdam met de D’tjes en E’tjes, samen met ArnoldMuhren.”

Bij Gent zeggen ze : we hebben zo veel jaren zoveel geld in de jeugd gestopt en er is niemand doorgebroken. Waarom daar nog geld in pompen ?

“Zo redeneren veel clubs. Maar het is een totaal foute redenering. De kortetermijnpolitiek die in veel clubs gevoerd wordt, is dodelijk. Daar gaat ons voetbal alleen maar mee achteruit. Je moet een kortetermijnpolitiek hebben. Als je geen oplossingen hebt in de club, moet je overleven. Maar wat op termijn ? Wij leverden toch een aantal jongeren af aan de A-kern bij GBA : Agyeman Dickson, Mohamed Messoudi, Kenny Thompson, Nico Van der Linden, die nu in tweede klasse zit, Prince Asubonteng en Moussa : toch vijf spelers van een sterke lichting die bij de scholieren Belgisch kampioen werd. Dat betekent voor de club een hele kostenbesparing.

“Het grote probleem in België is dat men geen geduld heeft. Van eigen spelers houdt men niet op te benadrukken wat ze niet kunnen. Een vreemde is altijd goed, ook al is hij niet goed opgeleid. Ik zag vorig jaar alle thuiswedstrijden van Germinal Beerschot. Mijn conclusie is dat 99 procent van alle buitenlanders die ik zag aantreden niet de kwaliteiten hadden om destijds in de A-kern te belanden van het Lokeren waar ik trainer was in de tijd van Lato, Larsen en Lubanski. Ik zie spelers in eerste klasse zonder positiespel, die geen linker- of rechtervoet hebben. Dat valt me nu al een paar jaar op. Dit heeft te maken met een gebrek aan basisopleiding.”

Afrikanen zijn wel meester over de bal.

“Afrikanen zijn doorgaans technisch goed, ze beheersen de bal, maar voetbal is een collectieve sport. Je kan overal lopen en overal in de weg lopen met al je technische bagage. Sommigen leren dat nooit. Techniek en voetbalintelligentie zijn één.”

Bedoel je dat we te snel naar Afrikanen grijpen ?

“We miskijken ons vaak op hun dribbelkunsten. Talent ontwikkel je door veelzijdig en gedreven bezig te zijn. Als je de hele dag voetbalt, gaan techniek en balbeheersing naar een hoger niveau dan wanneer je onvoldoende uren met die bal werkt. Maar naast techniek tellen ook inzicht en voetbalintelligentie. Wat heb je aan een dribbelvaardige speler die steeds de bal verliest ?”

Kan je daar überhaupt iets aan doen ?

“Vroeger kreeg ik nogal eens de naam een verdedigende trainer te zijn. Omdat ik aan scouting deed en de tegenpartij ontleedde op sterke en zwakke punten, tot en met de strategische fasen. Wie toen bij balverlies een organisatie neerzette, was een verdedigende trainer. Verdedigen is, ook in Nederland, heel lang taboe geweest. Men ging uit van de klasse, dat men altijd balbezit had. Maar dat is niet zo. Preben Larsen moest ik niet leren hoe te scoren, wel wat hij moest doen bij balverlies. Een half jaar duurde het vooraleer hij oppikte dat hij efficiënter ging spelen door iets schuin onder zijn tegenstander positie te kiezen bij balverlies. Hierdoor moest hij veel minder energie verspelen bij zijn verdedigende taak, waardoor hij veel frisser in de aanval kon trekken. Bondscoach Sepp Piontek kon zijn ogen niet geloven toen hij Larsen een half jaar later terugzag.

“Leeftijd was voor mij nooit een criterium om een speler een kans te geven. Wie er klaar voor is, moet spelen. Bart Mauroo was zeventien toen ik hem met Waregem in Milaan tegen Paolo Rossi opstelde.”

Er is, zeggen clubs, onvoldoende geld voor jeugdwerking. Wie moet betalen ?

“Nog altijd bepaalt de bond de verdeling van de Champions-Leaguegelden aan de jeugd op basis van gegevens die een boekhouder netjes op papier kan zetten. Dat zou beter gebeuren op basis van de resultaten van het VUB-onderzoek. Het is niet omdat je een goed medisch kabinet hebt en een paar dokters dat je de beste jeugdopleiding hebt. Centraal in jeugdopleiding staat de ontwikkeling van jeugdspelers en de vraag : hoe maken we ze beter ? Wat telt, is wat je ziet op het veld : waar nemen de verdedigers plaats als de keeper de bal heeft ? Met welke voet neemt een speler de bal aan en met welke speelt hij deze door ? Het zou ook helpen als de overheid de verdiensten van jeugdtrainers niet extra belast. Veel jeugdtrainers in eerste klasse verdienen geen 500 euro per maand. Daarvoor geven ze vier trainingen per week, moeten ze naar een wedstrijd en kruipen ze ’s avonds na training nog eens achter hun bureau om de voorbereiding van trainingen en wedstrijden uit te werken en te evalueren. Dat is 25 euro per sessie en daarop worden ze nog eens belast. Hoe verkoop je dat aan je vrouw ? De overheid heeft het altijd maar over de jeugd. Wel, stel wie zich met jeugdvorming inlaat vrij van die extra belasting, dan motiveer je misschien meer bekwame mensen. Of herzie je criteria voor subsidies aan de clubs. Antwerp krijgt wél jeugdsubsidie van de stad, GBA niet. Omdat GBA een NV is en Antwerp een vzw. Ja zeg.”

Germinal Beerschot krijgt tot eind volgend seizoen wel geld van Ajax voor de jeugdwerking. Volgend jaar bedraagt dat nog de helft van het eerste seizoen.

“Dat klopt. Ik heb dat destijds zelf nog mee afgedwongen.”

Gaat dat geld rechtstreeks naar de jeugd ?

“Nee. In een extreem besparingsjaar zoals vorig seizoen kan ik begrijpen dat je alles samen gooit om te bekijken waar er moet en kan worden gesaneerd. Eigenlijk zou de controle over het jeugdbudget bij de jeugdvoorzitter, secretaris en directeur opleidingen moeten zitten.”

Zal er na de inlevering van vorig jaar niet nóg duchtig in de jeugdwerking gesnoeid worden als de toelage van Ajax straks achterwege blijft ?

“Dat is niet zeker, ik hoop dat de samenwerking voortgezet wordt. Aan de clubs om te beslissen. De club die niet aan jeugdopleiding doet, is op termijn verloren. Waar gaat die goed opgeleide spelers halen als iedereen met opleiding stopt ?”

In Afrika, zoals Beveren.

“Dat is een school, hé. Die talenten stromen daar niet vanzelf binnen. Jean-Marc Guillou zal wel zo slim zijn om op tijd te vertrekken als hij geen aanvoer meer ziet. Niet iedereen heeft het talent om opgeleid te worden tot topvoetballer. En als hij morgen verhuist, is dat dan kortetermijnpolitiek of langetermijnpolitiek geweest ? Het verschijnsel Beveren is geen goede zaak voor het Belgische voetbal. Wat heeft onze nationale ploeg daaraan ?”

Het is wel twintig jaar geleden dat de supporters van Beveren nog zulke goeie voetballers zagen op de Freethiel. Bovendien kunnen die spelers met hun loon van hier ginder heel hun familie onderhouden, misschien een heel dorp. Iedereen gelukkig !

“Is het de taak van een eersteklasser in het Belgisch voetbal om een heel dorp in Afrika te onderhouden ? Akkoord : ze spélen goed voetbal, het is leuk om naar te kijken. Op korte termijn was het waarschijnlijk een nuttige zet en noodzaak voor Beveren om te overleven, waarvoor begrip. Maar wat daarna ? Die vraag moet elke club zich stellen. Als je zestien buitenlanders in je kern wil, moet je niet aan jeugdopleiding doen. Richt dan FC Minerva op. Jeugdopleiding dient om spelers te laten doorstromen. GBA heeft momenteel een schitterende lichting bij de min-elf. Je kan ook zeggen : pfft, het duurt nog minstens acht jaar, daar wachten we niet op. Wel : schaf het dan af.”

Het voorbeeld van Beveren zet andere clubleiders aan om hetzelfde te doen.

“Waar moeten die gaan scouten ? Ajax heeft zijn projecten in Ghana en Zuid-Afrika afgesloten. Hoeveel spelers rekruteerde het daar in al die jaren ? Véél minder dan bij Germinal Beerschot.”

Wordt er over het algemeen door de eersteklassers goed gewerkt ?

“De laatste jaren zie ik bij een aantal clubs toch goeie dingen. Er wordt meer met een rode draad doorheen alle leeftijdscategorieën gewerkt. Het zwakke punt blijft de doorstroming, het aantal spelers van de eigen jeugd dat een kans krijgt in de kern. Er zijn in eerste klasse te veel buitenlanders die eigen talent blokkeren. Aanvullen wat je niet hebt, dat kan, maar blokkeren, wat levert dat op ? Waarom moet een buitenlander slechts achttien procent belasting betalen en een Belg bijna vijftig procent ?”

Trainers zullen altijd de voorkeur geven aan ervaren spelers omdat die meer zekerheid bieden.

“( Droog.) Ik heb in heel mijn loopbaan al veel ervaren spelers zien falen. Kompany van Anderlecht maakte misschien een paar fouten tegen Inter, maar meer ervaren spelers waren die dag helemaal onzichtbaar. Dan liever een jong talent dat nog uit zijn fouten kan leren.”

door Geert Foutré

Geert Foutré

‘Veel jeugdtrainers in eerste klasse verdienen geen 500 euro per maand. Hoe verkoop je dat aan je vrouw ?’

‘Trainers kiezen voor ervaring. Maar ik heb in mijn loopbaan al veel ervaren spelers zien falen.’

‘Als je zestien buitenlanders in je kern wil, schaf dan je jeugdwerking af.’

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content