‘Als het leven zo mooi is, moet je toch aan bepaalde principes blijven vasthouden.’ Of hoe Erwin Lemmens na zes jaar Spanje ook bij het Griekse Olympiacos Piraeus vooruit wil.

AA Gent had gekund, na zes jaar Santander en Espanyol in Spanje. “Maar ik mocht niet in België tekenen”, geeft Erwin Lemmens met een glimlach toe. “Want als ik eerlijk moet zijn : mijn vriendin wou in het buitenland blijven. Het is als voetballer heel belangrijk dat je vrouw honderd procent achter je staat. Ook in het buitenland. Er zijn heel veel voetballers die daarom niet slagen, maar ik heb een vriendin uit de duizend. Ze wil niks liever dan dat ik met haar in het buitenland zit. Zij beslist eigenlijk gewoon waar ik moet blijven ( lachje).

“Ik was vrij en AA Gent was redelijk concreet, maar ik heb dat wat afgehouden, want er was ook interesse van andere clubs in Spanje – Málaga, Alavés, Murcia, Santander – maar op een gegeven moment heb ik beseft dat ik Spanje wat beu was. Ik wou eens iets anders, want de persoonlijke druk was wat weggevallen. Tachtigduizend man op Real Madrid is niet niks, maar het was op den duur echt zomaar een wedstrijd gaan spelen en terug naar huis. Dan wist ik : dit is het moment voor een andere uitdaging. Ik had me eerst voorgenomen naar Engeland te gaan. Maar mijn vriendin vond dat te koud : dat paste na zes jaar Spanje niet in haar plaatje ( grijnst). Dus zou het een zuiders land worden.”

Via een andere dan zijn gebruikelijke makelaar – René Vijt en Walter Mortelmans in plaats van Dirk Degraen – kwam Erwin Lemmens bij het Griekse Olympiacos Piraeus terecht. Daar, in Piraeus, het havengedeelte van Athene, zitten we nu in de koelte van de lounge van het Marriott Ledra, terwijl de hotelmanager ongevraagd maar gastvrij een paar drankjes brengt. Te midden van het chique marmer en de bruine fauteuils weerklinkt nu en dan de bel van de lift die mensen af- en aankondigt. “Het nadeel zit altijd in het begin : je zit op hotel en dat is mooi als vakantie, maar toch niet om er als voetballer te wonen. Ik heb nu een ruim appartement gevonden en als de meubels binnenkomen, kan ik een normaal leven beginnen. Dit is hier nu nog een beetje het luxeleven : opstaan en ’s avonds naar de training gaan. Alles wordt voor je gedaan. Ik had het me heel anders voorgesteld, maar vanaf de eerste dag ben ik bij een topclub binnengekomen. Ik kom van Spanje, waar ik zes schitterende jaren heb meegemaakt in echt goeie clubs met een professionele begeleiding, dus ik had gedacht dat het hier minder zou zijn, maar als ik alles op een rijtje zit, is de begeleiding zelfs nog een stap vooruit.”

Maar het voetbal is anders. “Olympiacos is aanvallend voetbal – logisch het is de grootste club van Griekenland. Maar ik hoor van Rivaldo dat het gewoon man op man is : elf tegen elf mandekking. Daarom ook is het niet zo makkelijk om wedstrijden te winnen. Enorm veel schoppen en kaarten ook, publiek dat het veld opkomt. Dan weet je : het wordt keihard. Zo snel mogelijk scoren is het belangrijkste, denk ik. De spelsituaties zijn voor een keeper ook heel anders dan in Spanje, wat het moeilijker maakt voor mij. In Spanje bijvoorbeeld dekken ze altijd de linkerkant af als de bal links is en ga ik iets meer naar rechts om de hoek te verkleinen. Hier springen ze dan op het laatst toch naar rechts, dan ligt de linkerhoek helemaal open. Dat ben ik niet gewoon.

“Ze liepen in het begin ook gewoon met elven vooruit : elk probeerde zijn eigen goal te maken. Daar is de trainer hard op aan het werken en je ziet het dag na dag verbeteren. Ik had altijd gehoord en gelezen dat hij een toptrainer was. Ik heb er met Timmy Simons ook bij de nationale ploeg eens over gepraat, dus toen de interesse kwam, zag ik dat meteen zitten. Het is voor Sollied een beetje van nul beginnen, want ze zijn dat hier helemaal niet gewoon. Maar op dit moment staan we al een serieuze stap verder : in de oefenwedstrijd op Valencia wisten de spelers al veel beter wat te doen. Over een paar weken zal dat blindelings gaan.”

Ook hijzelf evolueert. “In Spanje was ik vrij gewoon van hoog te spelen, hier moet ik iets meer naar achteren spelen. Twee, drie meter naar voren of naar achteren : als doelman is dat een omschakeling.”

Sportief is Olympiacos, zegt hij, een stap vooruit. Al belandt hij hier in den beginne evenzeer op de bank : bij Espanyol het laatste seizoen als doublure voor Carlos Idriss Kameni, in Piraeus gaat Antonios Nikopolidis, de Griekse nationale doelman, hem voor. “Maar het blijft, denk ik, een serieuze stap vooruit. Doublure zijn van een Nikopolidis of doublure zijn van Kameni, dat is toch iets anders. Kameni heeft een goed seizoen gekend bij Espanyol, gewonnen tegen Madrid, de ploeg draaide goed en dan is het voor mij niet ideaal om achter zo iemand te zitten. Ook omdat ik daar niks van kan leren : hij is 20, heeft niet die ervaring en hij teert op gekke reflexen zoals ik vroeger.

“Een topclub vraagt van een doelman rust en uitstraling, niet het spektakel. Die rust heeft Nikopolidis wel. Achter zo iemand zitten, geeft je wél de kans om bij te leren. Hij wordt 34, die reflexen worden minder, dat voel ik aan mezelf ook, dat is niet meer zoals toen ik 19 jaar was, dus dan komt er een moment dat je meer op positiespel gaat spelen. Dat zie ik bij hem heel sterk. Op stilstaande fasen staat hij altijd perfect en daar probeer ik dan ook op te trainen. Hem uit het doel spelen, moet mijn streefdoel zijn. Als ik dat kan waarmaken en titularis worden, dan is mijn carrière praktisch geslaagd, denk ik. Dat is ze eigenlijk op dit moment al, maar dan zijn de puntjes op de i gezet.

“In Spanje heb ik van de zes vier schitterende jaren meegemaakt. Het tweede jaar ben ik ertussenuit gevallen door een blessure en ook het laatste jaar raakte ik geblesseerd. Mijn laatste droom was voor een ambitieuze topclub te spelen en die heb ik, denk ik, met Olympiacos gevonden. Het niveau van de competitie hier is niet zoals in Spanje, maar ligt, denk ik, toch hoger dan in België. Uiteindelijk zitten ze rechtstreeks in de Champions League. Maar het moeilijkste zal zijn : in de goal terechtkomen. De nationale doelman opzijzetten, is niet gemakkelijk. Maar daar ga ik keihard voor werken.”

Erwin Lemmens is een van de weinige Belgische spelers die al jaren in het buitenland voetballen zonder geweeklaag. “Ik ben het gewoon buiten mijn land te wonen. Uiteindelijk heb ik het veel minder moeilijk hier dan het eerste jaar dat ik naar Spanje ging : ik sprak geen Spaans en er was er maar één die wat Engels sprak. Je moest direct op je eigen benen staan. Maar de kracht van mijn vriendin heeft mij er toen helemaal bovenop geholpen. Daar heb ik wel een hard karakter van gekregen. Ik voelde me hier daardoor al meteen thuis. De eerste keer dat ik naar Spanje ging, was alles nieuw. Die stress is nu volledig weg. Maar België achterlaten was op een ander vlak wel niet zo moeilijk als Spanje achterlaten.”

De liftbel tingelt.

“De vriendschappen die je in zes jaar Spanje hebt opgebouwd, dat verwatert nu, terwijl je weet dat je je familie in België daarna toch nog te zien krijgt. Ik had een goeie relatie met Roberto Carlos, Larsson, Van Bronckhorst, Kluivert en dat moet je lossen. Dat is spijtig, maar dat hoort ook bij het beroep. Ooit kom ik ze misschien nog wel eens tegen.”

Het zuiders leven is relaxed. “Maar je moet kunnen werken als er moet gewerkt worden. Dat is het moeilijke, het professionele ervan. Als het leven zo mooi is, elke dag dertig, vijfendertig graden, moet je toch aan bepaalde principes kunnen vasthouden. Dat moet je jezelf opleggen. Bijvoorbeeld niet de hele dag in de zon gaan liggen als je alleen ’s avonds traint. Anders kan je niet presteren. Je bent hier tenslotte niet op vakantie. Eens je dat begint te denken, loop je op je laatste benen. Ook Rivaldo, toch al 33, denkt hier zo nog niet, wat betekent dat de professionele ingesteldheid hier toch hoog ligt.”

Hijzelf is er 29 nu. “Niet zo oud voor een doelman, maar de jaren zijn veranderd : nu wordt een voetballer sneller moe, mentaal dan, omdat de druk, de concentratie, het reizen, vermoeidheid meebrengen.

“Het spijtige is misschien dat ik zo vroeg uit België ben weggegaan. Ik ben vertrokken op mijn drieëntwintigste, ik had anderhalf jaar gespeeld. Dus ik denk dat weinig mensen mij kenden om wie ik was. Santander was bovendien een club die weinig mensen kenden. Maar voor mij was dat een soort van trailer die voorbijkwam en die stappen die ik zag, wou ik beklimmen. Elke stap moet er een vooruit zijn en in de planning die ik heb uitgedokterd, zou ik graag tot mijn 34ste in het buitenland blijven en wat genieten van het voetballeven en de landen waarin ik terechtkom. Het werk blijft het belangrijkste, maar ik probeer daarnaast ook te genieten van de levensstijl ter plaatse.”

Veel heeft hij nog niet van het Griekse leven kunnen zien. “Maar wát ik er al van zag, lijkt me beter dan het leven in Barcelona. Barcelona is een schitterende en misschien wel nieuwere stad, maar Athene is echt een Europese stad waarin sinds de Olympische Spelen enorm veel is vooruitgegaan. We zouden in Spanje blijven wonen, maar nu heb ik iets van : dit lijkt mij ook wel iets. Ik heb net mijn huis van de club gezien, ik zou het direct kopen. Tegen een berg waarvan je de hele stad, de zee, de haven en het stadion ziet. Ik denk dat we met zes of zeven Spaanssprekenden zitten. Grieks zal, denk ik, niet nodig zijn om te leren, maar ik ga toch proberen een aantal dingen te kunnen zeggen.”

Hij sluit niet uit dat hij er straks nog twee, drie jaar in België bij doet. “Als ik hier mijn contract uitdoe, zal ik negen jaar in het buitenland gevoetbald hebben. Dan ben ik het aan mijn familie en vrienden ook wat verplicht toch nog twee jaar in België te gaan spelen en hen te laten meegenieten van die laatste jaren.”

Door de lobby weerklinkt nog eens het sonore liftsignaal. Buiten wacht een auto met chauffeur van de club. Over een uur begint de training.

Raoul De Groote

‘Mijn vriendin beslist waar ik moet blijven.’

‘Ik wou eens iets anders, want de persoonlijke druk was wat weggevallen.’

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content