De skyline van New York zal dit jaar iets minder impressionant zijn van op het dak van het Arthur Ashe Stadium. Toch gaat het tenniscircus gewoon zijn gangetje en zal er op leven en dood gestreden worden tijdens de US Open.

Het laatste Grand Slam van het seizoen zal waarschijnlijk volledig in de schaduw staan van de verjaring van de terroristische aanslagen. Het uitvoerig opgevoerde patriottisme kreeg net na de vorig editie alleszins een gevoelige knauw. Het Amerikaanse publiek kennende zal er ditmaal nog een schepje bovenop de landverheerlijking gedaan worden. De vedetten die elke dag weer met de nationale hymne de avondsessie op gang zingen zullen eens zo hard aangemoedigd worden. Het marinekorps dat plichtsmatig de vlag ronddraagt op het Centre Court zal een nog groter applaus in de wacht slepen. Enkel het afsluitend vuurwerk zou wel eens door de opgedreven veiligheidsmaatregelen verwijderd kunnen worden. Maar daar moeten de Amerikaanse tennissers dan maar voor zorgen.

Te beginnen met Andy Roddick. De jonge krachtpatser uit Florida is een geboren showman en wordt op handen gedragen door het thuispubliek. Met zijn woeste stijl en een manifest gebrek aan subtiliteit zal hij niet snel het hart van de klassieke tennisliefhebber sneller doen slaan, maar zijn ongebreidelde vechtlust en liters zweet zijn voldoende om de Amerikaanse tennisfans in te palmen. A-Rod speelde tijdens de editie 2001 al een opmerkelijk toernooi en wist als enige de ongenaakbare Lleyton Hewitt op de rand van de afgrond te brengen. Maar laat dat nu juist een plaats zijn waar de koele Australiër graag vertoeft.

Ook nu weer laat Hewitt weinig aan de verbeelding over : hij is de uitgesproken topfavoriet. De winnaar van vorig jaar loopt nog steeds over van de ambitie, en hij loopt nog steeds over zijn tegenstanders. Even deed hij het circuit opschrikken door in de eerste ronde van het toernooi in Toronto het onderspit te delven maar een week later was hij al weer zijn eigen nukkige zelf. De vechtmachine kwam in aanvaring met de ATP en gaf en passant elke tegenstrever een pak voor de broek.

Een van de slachtoffers was zelfs ouwe getrouwe Andre Agassi. Zo blijft de Australiër een van de enigste spelers die een positieve balans kan voorleggen tegenover de Amerikaanse veteraan. Het zegt voldoende over de hegemonie die de man van Steffie Graf de rest van het peloton heeft opgelegd tijdens zijn loopbaan. Een carrière die nog steeds hoge toppen scheert trouwens. In LA behaalde hij zijn drieënvijftigste toernooioverwinning en met vijf verliesmatchen in deze jaargang is hij veruit de efficiëntste speler van het pak. Voor de Slams is zijn doeltreffendheid evenwel niet representatief. Met een afzegging in Melbourne, een kwartfinale in Parijs en een tweede ronde in Londen zal de Vegaskid nu toch wel proberen die negatieve serie om te buigen in New York. Vorig jaar kon hij zich alleszins niets verwijten na zijn uitschakeling in de kwartfinale. In een wereldpartij botste hij toen op een ontketende Pete Sampras.

Een prestatie waar de koning van Wimbledon sindsdien halsstarrig naar op zoek is. Na twee minder geslaagde intermezzo’s met Gullikson en Higueras heeft Sampras opnieuw heil gezocht in de handen van Paul Annacone. Vorige keer had deze laatste afgehaakt om het vele reizen af te bouwen de Amerikaanse jeugdwerking verder uit te bouwen. Sampras’ nood om zijn lot weer te verbinden aan dat van zijn vroegere succestrainer ging zo ver dat hij ermee instemde om zelf ook te investeren in de jeugdopleiding en om op geregelde tijdstippen te sparren met de opkomende talenten. De kunde van Pistol Pete staat nog altijd buiten kijf maar zijn aura van onoverwinnelijkheid vertoont zodanig veel hiaten dat zelfs middelmatige spelers zich tegenwoordig een kans toedichten tegen Sampras.

Marat Safin heeft andere zorgen aan zijn hoofd. De vleesgeworden wispelturigheid had vurig gehoopt dit jaar de definitieve en langverwachte doorbraak te forceren. Met een finaleplaats in Australië leek hij de juiste weg ingeslagen maar sindsdien ging het van kwaad naar erger. De Rus is nooit een toonbeeld geweest van sereniteit, maar het komen en gaan van een reeks coaches en het uitblijven van comfortabele resultaten leverde hem meer en meer frustraties op. Het vertrouwen is ondertussen onder nul gezakt en zo zal het voor hem ook een bijzonder zware taak worden om zijn halve finale van vorig jaar te consolideren.

Yefgeny Kafelnikov, vierde man in het finale kwartet van 2001, is nog zo iemand die twijfelt aan zijn toekomst. De veelspeler uit Soltchi staat op een tweesprong. Een extra inspanning leveren om zijn hoog status te bestendigen of de teugels wat laten vieren en afzakken tot in de buik van het peloton. Vooralsnog probeert hij aan te klampen maar een favorietenrol is al lang niet meer weggelegd voor Kalashnikov.

Komt het gevaar dan weer uit Spaanssprekende hoek ? In hun annexatiedrang laten voornamelijk de Argentijnen zich niet onbetuigd op de harde ondergrond. Guillermo Cañas, de vechtjas met een reukje aan, gaf nog maar eens zijn visitekaartje af in Toronto. Hij versloeg op weg naar een luisterrijke overwinning vijf jongens uit de toptien en katapulteerde zichzelf zo, mede door zijn verbluffend seizoen, tot schaduwfavoriet in New York.

Carlos Moya maakte de laatste jaren enkel brokken met zijn rug. Blijkbaar is het volledig herstel ingetreden en werkt hij nu volop aan de restauratie van zijn carrière. De flegmatieke Spanjaard is dit seizoen bezig aan een opmerkelijke opmars en groeit stilaan uit tot het zwarte beest van Leyton Hewitt. Moya heeft als gravelspecialist het voordeel het lange rallywerk van de Australiër gemakkelijk aan te kunnen en maakt met de alomtegenwoordige forehand veel meer punten dan het nummer één van de wereld. Een rol als outsider voor de titel lijkt hem dan ook op het lijf geschreven.

Met wel een andere technische invulling als Moya maar een in grote lijnen zelfde spelstijl heeft Xavier Malisse tot nu toe van zich laten spreken De jongen met de paardenstaart zou dat graag laten duren op zijn favoriete ondergrond. Toch moeten er u ook weer geen wonderen verwacht worden van de twintiger uit Hulste. Met de Wimbledonervaring in de achterzak en een verse plaats in de toptwintig van de wereld is de ambitie van Malisse gerechtigd, maar het is net nog maar een jaar geleden dat hij door onverantwoord gedrag bijna in de eerste ronde van Flushing Meadows zijn koffers mocht pakken. Sindsdien heeft Xavier wel een metamorfose ondergaan en heeft hij zijn bekende regelmaat nog kunnen opsmukken met enkele spraakmakende prestaties. Hopelijk zal ook op de US Open zijn naam positief over de tongen gaan.

Over onze Belgische meisjes wordt er de laatste tijd heel wat minder gepraat. Gewenning van het grote publiek, kleine of grotere blessures en niet meer die constante stroom van positieve resultaten maakt dat beide meisjes iets minder in de belangstelling staan. Het zal hen worst wezen. Zo kunnen ze in volle sereniteit toewerken naar het laatste grote rendez-vous van het jaar.

De blessure aan de pink van Justine Henin zou wel eens een geluk bij een ongeluk kunnen zijn. Fris zal ze zitten en ook het verwachtingspatroon zal hoegenaamd niet de pan uitswingen. Als het misloopt, kan ze nog steeds haar gebrek aan ritme en voorbereiding inroepen. Een positie waarin de Waalse graag vertoeft. Niets moet, alles kan.

Dat Kim Clijsters wel degelijk nog altijd tot veel in staat is bewees ze op de twee eerste voorbereidingstoernooien van Stanford en San Diego. Ze speelde weer fris van de lever en moest enkel het hoofd buigen voor de buitenaardse Venus Williams. In LA, een week later, moest ze dat voor een veel minder hoogaangeschreven tegenstandster. Vermoeidheid, ook waarschijnlijk van de overbelaste arm, was de hoofdoorzaak van die uitschuiver. Het gaf haar alleszins de gelegenheid de batterijen op te laden en zich te focussen op het verbeteren van haar vierde ronde vorig jaar.

Frisheid zal hoe dan ook een item zijn op de US Open. Er is de laatste maanden heel wat afgetennist door de toppers, waardoor bijvoorbeeld uit blessure terugkerende meisjes als Chanda Rubin en Lindsay Davenport mentaal en fysiek beter ogen dan heel wat kleppers. Hun honger naar de bal is nog zichtbaar. Vooral Davenport staat er sneller dan verwacht. Ze had zeven maanden nodig om een lastige kraakbeenoperatie te boven te komen, maar na enkele toernooien neemt ze zonder al te veel moeite haar plaats in de wereldhiërarchie opnieuw in. Ze zal zeker een rol van betekenis spelen maar of ze iets kan veranderen aan de vooraf geprogrammeerde finale is een ander paar mouwen.

De familie Williams heeft alleszins al heel wat zitjes gereserveerd voor Super Saturday. Nog steeds komt er schrikwekkend weinig volk in de buurt van de twee zwarte parels. Enkel Serena liet zich op een misstap betrappen. Haar eerste optreden na Wimbledon, en een maand zonder toernooi, is echter bijna vanzelfsprekend een beetje roestig en geen referentie voor haar klasse.

Maar wie weet : misschien valt er zelfs een verrassing uit de lucht en kan iemand de alleenheerschappij doorbreken. Het is hoe dan ook een positief gegeven dat meisjes als Davenport en Hingis terugkomen na lange weken revalidatie om wat extra pigment te geven aan het ingedommelde vrouwencircuit.

New York, the city that never sleeps is weer klaar voor veertien dagen toptennis. De infrastructuur van het Arthur Ashe Stadium en de omliggende banen is het neusje van de zalm. De randanimatie zal de snelverveelde toeschouwers proberen te entertainen en de vaderlandsliefde zal hopelijk binnen de grenzen blijven. Toch zal ground zero nooit veraf zijn en zullen de veiligheidsnormen beduidend hoger liggen dan vorig jaar. Het geweld op de baan zullen ze alleszins niet kunnen indijken. Dat zal escaleren naarmate het toernooi voortschrijdt. Hopelijk met enkele racketaanslagen van Belgische makelij.

door Filip Dewulf

Lleyton Hewitt loopt nog steeds over van de ambitie, en hij loopt nog steeds over zijn tegenstanders.

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content