Opwijk, op twintig kilometer van Brussel, ademt nog de landelijke rust waar Jacky Munaron wel van houdt. Het is de streek van de broers Swat en Leo Van der Elst. Regisseur Stijn Coninx, bekend van films als Daens en Marina, heeft hier een tijd gewoond. Op zijn 58e heeft de oud-doelman van Anderlecht, FC Liégeois en Standard nood aan de teruggetrokkenheid van Opwijk om zijn ambities te overdenken nadat AA Gent eind vorig seizoen zijn contract als keeperstrainer niet verlengd had. Dat betekende een klap voor Munaron. Het leven deelt geen geschenken uit.

“Ik sta in stand-by”, zegt hij. “Ik heb dat nooit eerder meegemaakt. Het is hard om niet te kunnen werken terwijl de clubs in eerste klasse op kruissnelheid komen. Ik wacht op het perron en ik weet dat er weleens een trein zal stoppen. Dan stap ik daar zeker op, want ik ben nog gemotiveerd. Ik kan prat gaan op een mooi palmares, ik heb nog goesting en ik ben zeker niet versleten. In mijn vak moet je in topconditie zijn en dat ben ik. Het is een kwestie van tijd. Ik heb geen idee waarom de Buffalo’s mij niet meer moesten. Ik heb ook geen zin om daar uitleg over te vragen. Ik ben er vier jaar geweest, maar sinds april voelde ik dat de wind gedraaid was. Geruchten gaan snel rond in het voetbal: Francky Vandendriessche had links en rechts verteld dat hij zijn maat Hein Vanhaezebrouck zou volgen naar Gent. Ik had liever gehad dat Michel Louwagie me dat direct verteld had. Te oud? Te duur? Dat is belachelijk. Maar ik wist het wel: echte menselijke warmte bestaat niet in dit wereldje. Gent kon me niks verwijten en – of ik het nu moeilijk heb of niet – heeft simpelweg een bladzijde omgeslagen. Ik heb echt niet het gevoel dat ik al 58 ben. Goesting hebben is belangrijk, en dat heb ik nog altijd. Ik zit niet vrolijk te wachten tot de hemel weer opklaart. Het is niet de eerste keer dat ik de vuisten moet ballen. Ik heb heel wat zweet gelaten om me door te zetten bij Anderlecht of mijn carrière opnieuw te lanceren in Luik of Standard van dienst te zijn. Dat heeft me een pak zelfvertrouwen bezorgd. Daardoor kan ik tegen een stootje, al zijn het dit keer mijn kinderen die ervoor gezorgd hebben dat ik weer terugvecht. Ik ben altijd een vechter geweest, maar mijn kinderen nog meer dan ik.”

Jacky denkt daarbij aan zijn jongste zoon Maarten (23), die met een opmerkelijke moed vecht tegen lymfeklierkanker. Hij had er net zijn eerste chemokuur op zitten toen Gent Munaron inlichtte dat zijn contract niet werd verlengd. Maarten, Sven, Nathalie, Jacky en zijn vrouw Linda bieden de tegenslagen eendrachtig het hoofd. De kinderen versturen tweets om hun papa onder de aandacht te houden.

“Ze zijn ongelooflijk”, bevestigt Jacky. “Soms hebben we het weleens over het verleden. Ik heb met Anderlecht alles meegemaakt en Constant Vanden Stock gaf me eens een compliment dat ik nooit zal vergeten. Het was na de tweede testwedstrijd tegen Club Brugge in 1986. Ik stond de tweede helft in een schietkraam, maar ik pakte alles, en achteraf zei de voorzitter mij: ‘Dit is uw titel.’ Ik heb ook gelukkige tijden gekend in Luik, of als keeperstrainer bij Aalst, Anderlecht, Trabzonspor, Gent, de Rode Duivels en de olympische nationale ploeg. Er komt nog een vervolg, dat weet ik, maar de gezondheid van Maarten gaat nu voor alles. Ik heb heel wat titels en bekers gewonnen, maar hij is de echte kampioen.”

DOOR PIERRE BILIC

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content