In de zomer van 2008 streek bij UR Namen de Italiaan Fabio Cordella neer. Hij zou samen met een vage groep zogenaamde investeerders de tweedeklasser overnemen. Veel beloftes en weinig daden later kwam het eind oktober 2008 tot een breuk. Kort voordien was de ploeg met 0-5 onderuitgegaan tegen FC Brussels. Enkele uren voor die wedstrijd kreeg Sport/Voetbalmagazine ingeseind dat het resultaat geregeld zou zijn. Na afloop kwam het in het stadion tot een hoogoplopende discussie rond de Italiaanse hulptrainer van Namen, Dario Marigo.

Cordella: “Dario heeft toen twee spelers van Slavische origine, Cvetkovic en Blagus, stevig aangepakt op hun ondermaatse prestatie. Tijdens die discussie is hij bedreigd door vijf personen die hem verboden nog verder met die spelers te praten. Ik kende ze niet: ze waren wel altijd in Namen, maar ik ben nooit aan hen voorgesteld. Ik heb Dario bij de arm genomen opdat het niet uit de hand zou lopen en we zijn vertrokken. Een uur later heb ik mijnheer Baudart gebeld en hem eens goed mijn gedacht gezegd: als een potentiële overnemer die probeert je club te helpen voor je eigen ogen wordt bedreigd en je reageert niet, waar gaan we dan naartoe? Hij wist niet wat te zeggen, alsof hij bang was.”

Jean-Claude Baudart, toenmalig voorzitter: “Die discussie ging tussen Bojo Ban en Marigo. Langer dan vijf minuten heeft ze niet geduurd en bedreigingen heb ik niet gehoord. Ik ben wel degelijk tussenbeide gekomen. Dervisaj en Bojovic waren er ook, maar hebben zich niet gemoeid. Integendeel, Dervisaj heeft nog geprobeerd de boel te kalmeren.

Of Yuri Selak erbij was, weet ik niet meer. Ik denk niet dat het hun stijl is mensen te bedreigen.”

Daar schijnt Cordella minder zeker van te zijn. “Van toen af ben ik me gaan realiseren dat er vreemde dingen gebeurden. De sfeer was zo agressief dat ik bang werd. Die nacht is die angst heel concreet geworden. Ik woonde in een huis van de voorzitter. Tijdens mijn slaap is er ingebroken. Geen idee hoe ze binnen zijn geraakt, maar ineens stonden ze daar, met hun wapens. De boodschap was duidelijk: als ik mijn project in Namen niet direct opgaf, zou ik serieuze problemen krijgen. Dát is de reden waarom het uiteindelijk niet is doorgegaan. Niet omdat we bang waren, maar omdat we voor het voetbal waren gekomen, niet om oorlog te voeren.”

Baudart: “Ach, die roman over die gemaskerde mannen! Er is toen geen enkel spoor van inbraak vastgesteld. Behalve dat verhaal van Cordella is er dus niets. Hij heeft me niet eens gebeld op dat moment. Mijn gsm ligt nochtans altijd open ’s nachts.”

Over één zaak wil Baudart geen misverstand laten bestaan: “Ik ben altijd erg voorzichtig geweest. Cordella noch Curtak heeft ooit enige sportieve verantwoordelijkheid gedragen in de club. Geen van beiden heeft ook ooit een euro geïnvesteerd, tenzij om het salaris van hun eigen spelers te betalen. Curtak heeft zijn beloftes nadien trouwens niet gehouden. Ik wil ook benadrukken dat noch Cordella en zijn trouwe luitenant Dario, noch Curtak of Ban ooit de minste indruk hebben gewekt dat ze wedstrijden wilden arrangeren. Nooit hebben ze me iets in die zin voorgesteld, zelfs niet al lachend of bij wijze van grap.”

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content