Het zou een huzarenstuk zijn als Laszlo Bölöni Standard naar een nieuwe titel leidt. Maar ook zonder trofee zal de Roemeen indruk gemaakt hebben.

‘Hij is een topper zoals je er in België weinig tegenkomt.’

Het kan verrassend klinken, maar Laszlo Bölöni en Ariël Jacobs lijken op mekaar”, geeft Jean-François Lecomte, de keeperstrainer van Standard, aan. Hij kent de trainer van Anderlecht omdat hij in diens periode bij La Louvière met hem samenwerkte. “Sommigen vinden hen streng na de wedstrijd, maar ik kan je verzekeren dat ze in de dagelijkse omgang met de spelers best in zijn voor een grap en een grol. Het zijn harde bolsters met een zachte pit. En het is een plezier om met zulke mensen te kunnen samenwerken. Luciano D’Onofrio nam de nodige tijd om na te denken over wie hij als opvolger van Michel Preud’homme zou kiezen. Dat mocht niet de eerste de beste zijn. Met uitzondering van Erik Gerets waren wellicht alle Belgische trainers ten onder gegaan aan de druk van de vergelijkingen met de ‘heilige’ Michel. Met Bölöni sloeg de grote baas van Standard in ieder geval de nagel op de kop. De Roemeen heeft respect voor het werk van vorig seizoen, maar hij kijkt ook vooruit.”

“Voor ons is hij als een tweede vader”, zegt Christian Benteke. “Ik kom pas piepen als profvoetballer en zijn ervaring brengt me veel bij. Na de trainingen geeft hij me nog raad bij het afwerken en zegt hij me hoe ik mijn lichaamshouding kan verbeteren. In de loop van zijn carrière heeft hij al heel veel jongeren op de goede weg gezet.”

Altijd cool

Frans Masson, T3 van Standard, is eveneens onder de indruk. “Bölöni is een topper zoals men er in België niet veel tegenkomt. Hij heeft een enorme bagage en je kan elke dag wel iets van hem leren.”

Dominique D’Onofrio, technisch directeur van Standard, is dezelfde mening toegedaan. “Het valt meteen op dat hij enorm intelligent is. Hij is een man van de wereld. Hoewel hij de finale van de Europabeker voor landskampioenen won en meer dan honderd interlands speelde, bleef hij studeren om uiteindelijk zijn diploma van tandchirurg te halen. ‘Waar een wil is, is een weg’ is zowat het devies van zijn leven. Hij leefde onder het communistische juk, maar gaf zijn ideeën over vrijheid nooit op. Hij beschikt over een sterke persoonlijkheid en hij heeft over alles een gefundeerde mening. Als coach leerde hij erg veel in Portugal en zeker ook in de Franse opleidingscentra. Vandaar dat hij zo doordacht met de jongeren omgaat. Dat ze zich moeten verkleden in de kleedkamer van de min-21-jarigen en daarna te voet naar de installaties van de A-kern moeten gaan, is niet toevallig. Bölöni wijst er hen zo symbolisch op dat ze nog een lange weg moeten afleggen. Benteke zal daar bij zijn terugkeer van Genk misschien raar van hebben opgekeken en Cyriac, die al een grote vedette is in Ivoorkust, eveneens, maar Bölöni bewijst hen op die manier echt een dienst. Hij wil zo hun frisheid vrijwaren. Zo goed met de jeugd werken kadert in onze filosofie: Standard trad dit seizoen vaak aan met een team waarvan de gemiddelde leeftijd net boven de 20 jaar lag. Binnen twee tot drie jaar zal Benteke een van de beste diepe spitsen in eerste klasse zijn. En dan zal nog vaak worden verwezen naar wat Bölöni hem allemaal heeft geleerd.”

Bölöni mag tijdens persconferenties nog soms cynisch of hautain overkomen, de spelers stellen het erg op prijs dat hij kalm blijft. “In een seizoen volgen de stressmomenten elkaar op”, zegt Marcos daarover. “Vorig seizoen was de titel voor Preud’homme zo’n obsessie dat hij zijn zenuwen niet de baas kon, terwijl onze huidige coach altijd cool blijft. Dat belet hem niet om erg stipt en veeleisend te zijn. En dat was nodig ook. Standard heeft niet alleen bevestigd, het is ook tactisch sterker geworden.”

Sluwe vos

Is de grootste troef van Bölöni niet dat hij de tegenstander in verwarring kan brengen? “Hij is tactisch zeer sterk en de manier waarop hij het spel ziet, is indrukwekkend”, legt Dominique D’Onofrio uit. “Vooral op het Europese toneel heeft dat indruk gemaakt. In de duels tegen Liverpool en Everton benaderde de tactiek de perfectie. In de competitie moesten we langer zoeken naar een wedstrijd die we als ankerpunt voor ogen konden houden. Uiteindelijk gebeurde dat in het duel tegen Club Brugge. In principe is de coach een grote voorstander van 4-3-3. Hij bracht dan ook al snel veranderingen aan in het 4-4-2-systeem van vorig jaar. Door het vertrek van MarouaneFellaini was hij verplicht om op die weg voort te gaan. Hij heeft het tactische repertorium van de ploeg uitgebreid. Op dat vlak was het team vorig seizoen al zeer sterk, maar nu is het nog meer onvoorspelbaar geworden voor de tegenstander. Europees viel Standard op door een sterke organisatie, een gezonde agressiviteit, het feit dat het de gereputeerde tegenstanders met open vizier tegemoet trad en de snelheid van de omschakeling. Bölöni heeft geen complexen. Hij bewees dat Standard zelfs Liverpool kan doen wankelen. Om dat doel te bereiken, zette hij Milan Jovanovic op links. Axel Witsel en Igor De Camargo kregen een centrale rol. De 4-4-2 werd een 4-2-3-1.

Vooral op vraag van Jovanovic en Dieumerci Mbokani schakelden de Rouches in het competitieslot terug over naar de 4-4-2, die eigenlijk offensiever is. Had de coach de competitie overschat door soms te voorzichtig te zijn? “Zeker niet”, vindt Dominique D’Onofrio. “De Belgische competitie is absoluut niet gemakkelijk. Een goed team valt in blok aan en verdedigt ook in blok, maar dat lukt niet altijd even goed. Toch toont Bölöni altijd zijn waarde door de jongens te motiveren.”

Bölöni praat zelden of nooit over de tegenstander, terwijl hij zelf probeert om zijn kaarten zo goed mogelijk te verbergen. Wie herinnert zich niet dat Steven Defour begon te manken toen er journalisten in de buurt waren, terwijl hij de zondag nadien gewoon aan de aftrap stond? De ervaren Bölöni weet dat een goede coach soms ook de media om de tuin moet leiden en daarin is hij een sluwe vos.

De paniek die eventjes ontstond toen Mohamed Sarr geblesseerd uitviel, kon de coach opvangen door kalm te blijven en het vertrouwen te schenken aan Tomislav Mikulic. “Dat hij altijd zo sereen blijft, is ook een grote troef”, zegt Dominique D’Onofrio nog. “Door een grotere tactische diversiteit is dit team nog sterk gegroeid in vergelijking met vorig jaar. Dankzij Bölöni zijn Defour en Witsel tactisch rijper geworden.”

Harde werker

Het eenjarig contract van Bölöni bij Standard loopt af. Hij zou contacten hebben in Frankrijk en werd ook al geciteerd als mogelijke bondscoach van België en Roemenië. In zijn vaderland is de toestand rampzalig. Het ene schandaal volgt het andere op, en zowel scheidsrechters als clubvoorzitters zijn slag om slinger betrokken bij corruptie. Bölöni heeft er dan ook niets bij te winnen om daar te tekenen. Bij Standard voelt hij zich als een vis in het water. Enkele maanden geleden verklaarde hij in dit blad al dat hij meer kan zijn dan een trainer voor de Rouches. “Als de club het wil, kan ik ook zeer nuttig zijn als adviseur”, klonk het. “Ik weet wanneer ik een jongere in de kern kan opnemen, wanneer we iemand voor veel geld kunnen laten gaan enzovoort.”

Kortom, de coach en de club zitten op dezelfde golflengte. Dat bleek ook nog onlangs toen de Roemeen verklaarde dat hij Luciano D’Onofrio nooit zal verraden. Hij houdt Standard dus op de hoogte van zijn contacten, al houdt dat geen garanties in voor de toekomst. Bölöni weet dat zijn werk bij Standard nog niet af is, en het is voor iedereen duidelijk dat hij graag nog wat voort zou werken met de jonge jongens in zijn kern. Bovendien krijgt hij van iedereen heel veel appreciatie. Diverse medewerkers van de club zeggen dat ze nog nooit een coach zo hard hebben zien werken. Ook in het putje van de winter kan je hem soms om 20 uur nog enkele jeugdspelers onder handen zien nemen om hun passing of hun volleys te verbeteren. En als ze dat met lange tanden doen, dan geeft hij hen de opdracht om er nog dertig bij te doen.

Kat en muis?

De directie van Standard zal snel met de onderhandelingen starten over een eventuele contractverlenging. Het lijkt er sterk op dat de coach, tegen de clubtraditie in, aanstuurt op een meerjarig contract. Maar Standard wil de financiën goed in het oog blijven houden. Volgens Dominique D’Onofrio zal Standard hoe dan ook zijn houding tegenover trainers niet veranderen. “Vorig seizoen wilden we echt wel Preud’homme houden, maar hij was het die verkoos om te vertrekken. Nu hopen we ook dat we met Bölöni kunnen doorgaan en daarom starten we de onderhandelingen over een contractverlenging al begin mei.” Vorig seizoen wierp het kat- en muisspelletje over het al dan niet aanblijven van Preud’homme enigszins een donkere schaduw over alle vreugde om de titel. Zou Luciano D’Onofrio dat scenario echt nog eens herhaald willen zien? Wellicht niet …

door pierre bilic

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content