Opstaan en weer vallen, dat is het seizoen van Club Brugge. Zondagavond verloor het zijn tweede derby van het seizoen. En dat kwam hard aan. Onder meer bij Jeroen Simaeys.

Jeroen Simaeys: “Ik ga zeker niet zeggen dat het fantastisch was, maar ik vond ons wel de dominante ploeg. Als iemand verdiende te winnen, waren wij het. Alles onder controle, veel balbezit en heel wat centers in de box. Er schortte alleen wat in de laatste tien, twintig meter. Ik vond het raar dat we niet scoorden. De trainer zei het aan de rust nog: doe zo voort, we maken wel een doelpunt.”

Hoe kom je uit dit gebrek aan regelmaat?

“Ikzelf probeer me vooral eerst op mezelf te concentreren en er alles uit te halen wat erin zit. Als iedereen dat zou doen, zouden we al een heel stuk verder staan. Nu, ik kan niet in het hoofd van anderen kijken, maar dat is mijn oplossing voor het probleem. Meestal wordt hard werken toch beloond.”

Is er voldoende discipline?

“Na alles wat al is gebeurd, vind ik dat een moeilijke vraag. Het zou mooi zijn als er niet zo veel over de spelers van Club Brugge wordt gesproken.”

Niet alleen over spelers. De teammanager werd vorige week donderdag ontslagen, dinsdag al kreeg de scout zijn vooropzeg.

“Het is niet echt volledige rust op dit moment. Dat is wel duidelijk.”

Wat kan een psycholoog hier uitrichten?

“Als sommige jongens daar nood aan hebben of daar beter van kunnen worden omdat ze daardoor wat meer rust in hun hoofd krijgen, moet je dat natuurlijk doen.”

Zie je het eerder individueel of ook inzake teambuilding?

“Ik denk dat het om individuele gevallen gaat, als ik het goed lees in de krant. Ik ervaar niet echt dat er binnen de club problemen zijn tussen spelers. Ik kan iedereen ’s morgens een hand geven en in de ogen kijken. Natuurlijk is er een keer een ambraske, maar dat is elk jaar hetzelfde.”

Dat jullie Nabil Dirar weer opnamen, is daar een bewijs van?

“Dat zal ook wel wat uit halve noodzaak zijn geweest en dat is positief bedoeld. Als hij fit is en goed speelt, is hij gewoon een heel goeie voetballer. Dat is natuurlijk de hoofdreden waarom hij terugkomt. We hebben hem nodig.”

Dringt een trainerswissel zich op?

“Dat denk ik niet. Er zijn een aantal dingen gebeurd waar de trainer machteloos tegenover staat.”

Net als tegen Lierse begonnen jullie met acht Belgen aan de wedstrijd. Wordt zo gezocht naar meer eenheid?

“Ik vind dat je niet moet kijken naar alleen Belgen, alleen dit, alleen dat … Als er een goeie buitenlander is, moet je die gewoon opstellen. Niemand zal van Vargas zeggen: die komt uit Venezuela, kijk eens. Als je het goed doet, wordt het geapprecieerd, uit welk land of regio je ook komt. Het is niet omdat het slecht gaat dat je nu moet zeggen dat het de schuld is van de buitenlanders. Er zijn ook dingen met anderen gebeurd waar de trainer niet gelukkig mee is.”

Komend weekend moeten jullie naar Stayen. Bang van de verplaatsing?

“Bang? Absoluut niet. We hebben vaak alles in eigen hand, tegen Cercle ook. Op een bepaalde manier is dat toch geruststellend. Het doet me nog wel iets, terugkeren naar mijn oude ploeg, maar elk jaar is er minder volk dat ik er ken. Als ik binnenkom, denk ik nog wel eens: ah, de goeie oude tijd …”

door peter t’kint

“We hebben Dirar nodig.”