Fransman, geboren op 17 januari 1985 in Metz. 1,82 meter – 78 kilo. Profiel: de vrijgezel.

J ulien Gorius: “Neen, ik was niet de laatste om naar huis te gaan na de kwalificatie. Ik ben samen met drie andere spelers – Mununga, Grondin en Chen – naar huis gereden om in Brussel nog een glas te gaan drinken en zij zijn bij mij blijven slapen. Ik ben, denk ik, om vijf uur, halfzes ’s ochtends thuisgekomen. Tja, je plaatst je niet elke dag voor een bekerfinale, hé. Je moet van de goede momenten profiteren. Net zoals ik geprofiteerd heb van de degradatie van Brussels om naar een eersteklasser als KV Mechelen te gaan. Er moesten advocaten aan te pas komen omdat de voorzitter mij te veel stokken in de wielen stak en te veel transfergeld vroeg onder andere. Zo heb ik Brussels, hoewel ik het liever anders gespeeld had, toch kunnen verlaten.

“Maar ik heb wel nog altijd een appartement in Brussel, ik heb er vrienden en het ligt niet ver van hier. Brussel is groot, je bent er niet snel rond: er blijven dingen om te ontdekken. Ik woon liever in Brussel dan in Parijs. Brussel is een hoofdstad, maar je kan er nog altijd overal naartoe wandelen. Mijn vriendin werkte er ook, maar nu ben ik weer vrijgezel. Sinds kort pas. Het was even moeilijk om weer alleen te zijn, maar dat vergeet je vanaf het moment dat je weer in het stadion bent. Ik heb altijd alles op het voetbal gezet. Dan doe je soms opofferingen in je relatie. Het is in een relatie zoals op het veld: als het niet goed gaat, moet je jezelf vragen durven te stellen.

“In het begin moest ik mij aanpassen aan de nieuwe spelers en het nieuwe systeem. Ik kreeg blessures die ik nog nooit had gekend. Maar nu, vind ik, zit ik stilaan aan mijn niveau.

“Wat mijn relatie betreft: de ‘rouw’ – als je het zo mag noemen – was vlug over. Ik leef van dag tot dag nu. Geen probleem. Maar ik ben niet iemand die vaak uitgaat. Ik ga liever bij vrienden langs. En ik vind nog méér plezier in het voetbal. Ik ben Fransman, dus mijn familie woont ginder en ik heb hier in België zelf weinig heel goede vrienden. Behalve het voetbal heb ik hier eigenlijk niet veel.

“Soms doet het goed je te herbronnen bij je ouders of vrienden, maar verder ben ik eigenlijk iemand die eerder solitair is, introvert, kalm, discreet. Ik heb al sinds mijn veertiende zonder mijn ouders leren leven. In Frankrijk bleef je de hele week in opleidingscentra – van zondagavond tot vrijdagavond. Dus ik heb er geen problemen mee om alleen te zijn. Je boekt er veel vooruitgang mee ten opzichte van leeftijdgenootjes. In mijn hele adolescentie heb ik een andere jeugd gekend dan de meeste jongeren, maar mijn plezier zat nu eenmaal in het voetballen. Dat is voor andere mensen soms moeilijk te begrijpen, dat je liever naar een wedstrijd in tweede klasse gaat kijken dan in de cinema te zitten. Nu zijn veel van mijn vrienden jaloers op mij, want wie droomde er als kind niet van om profvoetballer te worden?” S

door raoul de groote – fotografie: Jelle Vermeersch

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content