Tweeënhalf jaar na het WK geeft de Zuid-Afrikaanse regering toe dat het evenement geld heeft gekost, maar niemand tilt er zwaar aan. ‘Het WK heeft het land trots gemaakt en ons zelfrespect gegeven.’ Zuid-Afrika (Kaapstad) wil zich dan ook kandidaat stellen voor de OS 2024.

Zuid-Afrika (Kaapstad) wil zich dan ook kandidaat stellen voor de OS 2024. DOOR FRANÇOIS COLIN

Eind november vorig jaar pakte de overheid uit met het finale rapport over het wereldkampioenschap voetbal: ‘The 2010 FIFA World Cup Country Report’. De Zuid-Afrikaanse regering spendeerde 27 miljard rand (2,5 miljard euro) aan het toernooi. Ongeveer 1 miljard euro ging naar stadions, 1,1 miljard euro naar transport (wegen, spoorwegen, luchthavens) en bijna 400 miljoen euro naar haveninfrastructuur.

Over de inkomsten werden geen officiële cijfers bekendgemaakt. Alleen staat vast dat er 300.000 buitenlandse toeristen op het evenement afkwamen en dat hun bezoek bijna 400 miljoen euro voor de schatkist opleverde. Ruim onvoldoende om de uitgaven te dekken.

“De nalatenschap van het WK is niet in cijfers uit te drukken”, aldus minister van Sport Fikile Mbalula. “De trots en eenheid onder de Zuid-Afrikanen hebben het imago van het land, dat als onderontwikkeld en gewelddadig werd beschouwd, in de ogen van de rest van de wereld veranderd.”

Volgens de financiële analisten van GrantThornton bezorgde het WK de Zuid-Afrikaanse economie een boost van 6 miljard dollar. Ook econoom Dawie Roodt ligt niet wakker van de investering. “Voor dit bedrag zou ik het WK jaarlijks naar hier halen”, liet hij optekenen in The Star. “27 miljard rand is minder dan drie procent van wat de regering jaarlijks uitgeeft. Mijn conclusie is dat het geld goed is besteed.”

Geen witte olifanten

Niet alle economen zitten op deze lijn. Patrick Bond – van de universiteit van KwaZoeloe-Natal en al van bij de toewijzing een fervente tegenstander van de komst van het voetbalfeest – stoort zich nog steeds aan het WK: “Een Wereldbeker kan veel goedkoper als de FIFA rekening zou houden met de maatschappelijke behoeften van het land en zich niet zou blindstaren op luxe.”

Bond stoort zich vooral aan de stadions, waarvan een aantal als ‘witte olifanten’ staan te verkommeren. “Er zijn geen witte olifanten”, spreekt Mark Gleeson, voetbalcommentator bij SuperSport en correspondent van het persagentschap Reuters, dit tegen. “Alle stadions worden constant bespeeld. Door een voetbal- en/of een rugbyteam.”

Gleeson ontkent niet dat in een aantal steden de gemeente moet bijpassen om de arena’s te onderhouden. “Een van de kwalijkste erfenissen van het apartheidsregime was het gebrek aan voetbalfaciliteiten in de achtergestelde buurten”, meent minister Mbalula.

“De bouw van moderne voetbalstadions was noodzakelijk om onze achterstand goed te maken ten opzichte van hoofdzakelijke blanke sporten als cricket en rugby”, vindt Robin Pietersen, hoofd ontwikkelingsprojecten van de Zuid-Afrikaanse voetbalbond SAFA. “Dat is des te belangrijker omdat het voetbal een enorme impact heeft op de psyche van het hele land.”

Dat voetbal is de grote winnaar van de Wereldbeker. “De nationale competitie is een veel beter product geworden”, weet Mark Gleeson. “We hebben het op zes na belangrijkste tv-contract ter wereld en de liga is beter georganiseerd dan vroeger. Dankzij de moderne infrastructuur keerden ook de blanke toeschouwers, die bang waren om naar de stadions te gaan, weer terug.”

Heel wat financiële experts geloven zelfs dat Zuid-Afrika aan de economische crisis ontsnapt is omdat het aan het einde van het vorige decennium massaal in infrastructuur investeerde. Blijft echter de vraag of de bouw van stadions moreel verantwoord is in een land dat kreunt onder de armoede. “Het voetbal moet niet opgezadeld worden met een schuldgevoel”, gelooft Gleeson. “De stadions kosten het land jaarlijks 4 miljoen euro. Dat is geen 4 miljoen euro die anders naar de bouw van ziekenhuizen, scholen of woningen zou gaan. De schatkist is niet leeg. Hetzelfde geldt voor de wegeninfrastructuur. Thabo Mbeki, de vorige president, had een transportplan uitgetekend tot 2020. Wat in vijftien jaar gebouwd zou worden, is vanwege het WK in drie jaar afgewerkt. Met alle voordelen van dien.”

Dat het WK het land verenigd heeft, is echter een fabel. “Wat is verenigd?”, oppert Gleeson. “Er is een veel grotere mix tussen de rassen dan vroeger, maar de blanken wonen nog steeds hier en de zwarten daar. Het is niet zo dat ik elke avond vijf inwoners van Khayelitsha (een beruchte township in Kaapstad, nvdr) bij mij thuis uitnodig om te eten. Maar ik denk ook niet dat dit bij jullie gebeurt. Wij hebben een ‘kleuren-apartheid’ zoals in de VS, Brazilië en ieder land in West-Europa. Wat veranderd is, is dat we voor dezelfde club supporteren en in het stadion in elkaars armen vallen als ons team scoort. Na de match keren we echter naar onze eigen buurt terug.”

Ontgoocheld in het ANC

Het WK heeft geen einde gemaakt aan de schrijnende armoede, het groeiende leger werklozen en de beschamende sloppenwijken. Nog altijd is er een grote zwarte meerderheid en een blanke minderheid, die over het algemeen welvarend is. Steeds meer zwarte mensen dreigen hun geduld te verliezen. Zij hebben de overtuiging dat de politie en het gerecht nog even vijandig tegenover hen staan als ten tijde van de apartheid. Het bloedbad van Marikana, waar in augustus van vorig jaar 44 stakende mijnwerkers het leven verloren door politiekogels, is voor hen daar het ultieme bewijs van.

Er is een toenemende ontgoocheling in het ANC, de partij van Nelson Mandela. Te veel publieke functies worden toebedeeld aan het partijkader. Vaak vanwege hun verdiensten in the struggle, zoals de antiapartheidsstrijd hier heet, en ondanks het gebrek aan de juiste bekwaamheden. In de perceptie van de massa leeft het idee dat het ANC regeert voor de eigen elite en niet voor de bevolking. Het ontbreekt Zuid-Afrika aan een geloofwaardige en sterke oppositie, omdat de meeste zwarten zich niet kunnen indenken dat ze niet zouden stemmen voor de partij die hen bevrijdde van het blanke juk.

“Er bestaat inderdaad veel teleurstelling over de post-Mandelaregeringen”, aldus Mark Gleeson. “Zuid-Afrika is voor veel mensen het romantische verhaal van Nelson Mandela die na 25 jaar uit de gevangenis kwam, de blanken vergiffenis schonk en de Regenboognatie stichtte. Dat is blabla, gewoon niet realistisch. Maar dit is, ondanks de corruptie die nieuw is, nog altijd een land dat redelijk vreedzaam is en waar het heerlijk leven is. Ja, de kans bestaat dat de boel op sociaal vlak ontploft, maar aan pessimisme hebben we niets. Laat ons van de zon genieten.” ?

“Voetbal heeft een enorme impact op de psyche van het hele land.”

Robin Pietersen

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content