Kampioen van de veelzijdigheid

© BELGAIMAGE

Zou iemand nog denken aan die koude dag in januari 2014, toen Wout van Aert voor het BK veldrijden in Waregem na een valse start werd uitgesloten en er over hem schamper werd gedaan?

Iemand met zo’n ingesteldheid, klonk het lacherig in vipruimte, kon toch nooit een goed renner worden? Wout van Aert wist toen – hij was nog amateur – met zijn woede geen blijf. Hij gooide zijn fiets weg en brak daarbij zijn kader. Het was een opwelling van een renner die zichzelf nu doorgaans goed kan controleren, maar toen met zichzelf geen blijf wist. De dag nadien versloeg Van Aert in Otegem alle profs. De ergernis zat toen nog duidelijk in zijn lichaam. Het gebeurde in die periode wel meer dat Van Aert puur op woede koerste. Zoals een paar weken later toen hij in Hoogerheide wereldkampioen veldrijden werd. Hij klopte zijn rivaal Mathieu van der Poel op een parcours dat diens vader Adri had uitgetekend. Over de diskwalificatie van Waregem sprak toen niemand meer.

Wout van Aert wist waarom hij naar Jumbo- Visma wilde overstappen.

Met zijn zege in Milaan-Sanremo schuift Wout van Aert dichter en dichter bij de galerij van toprenners. Zijn veelzijdigheid wordt geprezen en zelfs hoger aangeslagen dan die van Tom Boonen. Het hoort bij de wielersport dat er snel vergelijkingen worden gemaakt, zoals nu ook Remco Evenepoel ervaart.

Wout van Aert heeft blijk gegeven van een zelden gezien staaltje van karakter. Na de huiveringwekkende val die hij vorig jaar in de Tour maakte, leefde hij weken tussen hoop en wanhoop. De revalidatie was lang en zwaar, de onzekerheid over de toekomst knaagde. Zou hij daar nu nog eens aan denken? En aan de periode dat zijn moreel werd ondermijnd door problemen met zijn vorige sponsor, die zouden uitmonden in een proces voor de arbeidersrechtbank? Van Aert wist heel goed waarom hij naar het Nederlandse Jumbo-Visma wilde overstappen. Hij kon er doorgroeien in een ploeg die hem geen enkele druk oplegde. En hij paste zijn trainingsvolume aan: meer op volume en kracht, minder op explosiviteit. Daardoor kweekte hij meer spiermassa. Het was mee de basis voor de explosie van de afgelopen week. Naast de begeleiding in een ploeg die zeer begaan is met de mentale balans van een renner. Ook en vooral in moeilijke momenten.

Wout van Aert heeft voor zichzelf altijd een duidelijke weg uitgetekend. De Kempenaar is in alle opzichten een perfectionist. Als hij een minuut minder lang traint dan gepland, is hij ongelukkig. Heel lang ging hij er gebukt onder dat het in Belgische kampioenschappen veldritten voor hem altijd tegenvielen. Toen hij dan in 2016 de driekleur pakte, viel er een last van hem af. Maar hij ging niet zweven. Zo is Wout van Aert niet opgevoed: toen er te veel lof over hem in de kranten stond, verstopte zijn moeder die. Sinds die dag ook was het voorbij met de cassante uitspraken waarmee hij in zich in zijn jeugdige overmoed wel eens durfde te vergalopperen.

Wout van Aert is van alle markten thuis. Hij wint massaspurten en tijdritten, zoals vorig jaar in de Dauphiné voor het eerst bleek. En hij verteert hoogtemeters, zoals hij in de Strade Bianche toonde. Van Aert is de kampioen van de veelzijdigheid. Hij blijft een uitmuntende veldrijder, de discipline waaraan hij zijn hart heeft verpand. Ook de felle duels die hij met Van der Poel uitvocht en waarin hij telkens tot het uiterste werd gedreven, hebben zijn ontwikkelingsproces versneld.

Nog maar goed een jaar is het geleden dat sommigen vragen hadden over de kwaliteiten van Wout van Aert als wegrenner. Ook al was hij in 2018 al eens derde geëindigde in de Strade Bianche, waar hij in volle koers een hongerklop kreeg, na de aankomst door zijn benen zakte en begon te hyperventileren. Het voedde de twijfels. Tot hij dan in april 2019 in een helse finale van Parijs-Roubaix deel uitmaakte van een kopgroep, maar werd achteruitgeslagen door een val. Hij krabbelde overeind en dichtte in grootste stijl en met een van pijn doordrongen gelaat de kloof. In de finale ging dan, heel logisch, het licht uit.

Samen met Remco Evenepoel wordt Wout van Aert door iedereen in de armen gesloten. Hun populariteit zal nu nog meer groeien. Twee renners met een verschillende karakter, maar met dezelfde onbevangenheid. Ze zijn mondig en zeggen als exponenten van een nieuwe generatie waar het op staat. Maar vooral ze brengen het wielrennen terug tot hun essentie: liever sneuvelen op het slagveld dan rekenen en speculeren.

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content