Wanneer heeft je ma voor het laatst een boterham voor je gesmeerd? “Dat is geleden van mijn zestiende, geloof ik. Tot dan smeerde ze er elke dag voor Kenny en mij. Daarna was het aan ons. In eerste instantie deden mijn broer en ik dat altijd last minute, net voor we vertrokken. Nadien leerde ma ons om die boterhammen de avond voordien al klaar te maken, zodat we ze ’s morgens gewoon nog uit de koelkast moesten nemen.

“Eerst nam ik telkens vijf sneden mee. Later waren er dat zo veel niet meer, want dan mocht ik ’s middags buiten de school gaan eten. Vanaf toen haalde ik regelmatig een broodje… Of een hamburger, als ik wat geld overhad. Die at ik op in het café waar mijn klasgenoten en ik ’s middags gingen kaarten. Dat heb ik thuis eigenlijk nooit verteld.

“Qua beleg vroeg ik vroeger altijd hetzelfde: de helft met choco, de helft met kaas. De choco is intussen weggevallen, maar kaas kan ik nog elke dag eten. En soms blokpaté. Meer variatie zit er niet in. Mijn vriendin zegt dat ik af en toe iets anders moet proberen, maar ik blijf liever bij mijn gewoonte.”

Ben je goed in karting?

“Dat valt mee. Toen ik nog bij Geel zat, deden we dat met de ploeg eens. Ik eindigde als zevende van de dertig. Ik mankeer een beetje durf om een echte topper te zijn. Ik rijd hard en geef goed gas. Maar als het echt link wordt, ben ik iets terughoudender dan andere waaghalzen en dat tikkeltje maakt het verschil.”

Moest je vroeger nog vaak blokken op de speelplaats?

“Als ik op school aankwam en ik had een kwartiertje over, dan haalde ik telkens snel mijn handboek nog even boven om er zeker van te zijn dat ik niks over het hoofd gezien had. Maar dat had in de eerste plaats met een beetje onzekerheid te maken. Doorgaans had ik de avond voordien wel gestudeerd zoals het hoorde. Als ik nu voor het voetbal mijn tas heb klaargemaakt, ga ik in mijn hoofd ook elke keer nog eens het lijstje af: scheenlappen, handdoek, schoenen … Ik durf mijn tas zelfs nog eens open te trekken, om honderd procent zeker te zijn.

“Op school zat ik niet echt in een richting waar veel geblokt moest worden. Ik volgde schrijnwerkerij, omdat ik graag met mijn handen werkte. Ik haalde dat diploma, maar deed er niks mee. Op mijn achttiende begon ik in de koekjesfabriek waar mijn ouders werkten, in het magazijn. Daar moest ik vrachtwagens laden en lossen met een heftruck.

“Toen mijn vriendin en ik onlangs bouwden, merkte ik wel dat mijn opleiding schrijnwerkerij van pas kwam. Ik ben nu niet bang van grof werk, ik durf aan iets te beginnen. Zo legde ik de elektriciteit in ons nieuwe huis. Als zoiets mij even voorgedaan wordt, ben ik direct vertrokken.”

Uit een studie bleek onlangs dat in België maar 59 procent van de mannen zijn slips zelf koopt. Hoor jij daarbij?

“Ja. Vroeger kocht ma die, maar die zaten vaak niet strak genoeg. Dan had ik zo’n onderbroek twee seconden aan en begon ik commentaar te geven. Op den duur zei ze: ‘Ga ze dan zelf halen.’ Ik kies meestal boxershorts, in een neutrale kleur: zwart, grijs of donkerblauw.”

Met welke vrouw zou je graag eens een boxershort gaan kopen?

“Ik heb altijd een boon gehad voor Julia Roberts. Een heel pure vrouw. Als ik vroeger wist dat er een film op tv kwam waarin ze meespeelde, stond mijn video altijd geprogrammeerd. Die heeft niks nodig om mooi te zijn.”

Zit er een schapenvelletje over het stuur van je wagen?

( lacht) “Nee. Mijn eerste auto had dat wel. Een knalrode Ford Fiesta was dat. Ik had die overgekocht van mijn grootvader. Toen ik bij hem de eerste keer vertrok met die auto, liet ik dat schapenvelletje mooi zitten waar het zat, maar onderweg deed ik het er snel af. Mijn vader zei wel dat die wol nuttig was, dat je daardoor in de winter nooit een koud stuur hebt, maar als achttienjarige zag ik dat toch niet echt zitten.”

In deze rubriek laten we dit seizoen afwisselend een Belgische voetballer uit de Belgische competitie en een Belgische voetballer uit een buitenlandse competitie aan het woord.

KRISTOF DE RYCK

De slips die ma kocht, zaten niet strak genoeg

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content