Maandag staat het eerste Grand Slamtoernooi van het seizoen, de Australian Open, op het programma. Sabine Appelmans en Filip Dewulf nemen het tenniscircuit onder de loep.

This is the naked truth, this is the light. There’s only one place left to go : Auberge. Aldus Chris Rea. De Auberge waar wij de naakte waarheid over de tenniswereld anno 2003 willen achterhalen, is Auberge Napoleon in Meise. Gesprekspartners bij een overheerlijk avondmaal zijn Sabine Appelmans en Filip Dewulf, nog niet zo lang geleden de beste tennisspeelster en tennisspeler van ons land en momenteel behorend tot Belgiës meest gerespecteerde tennisanalisten. Of ze nog af en toe zelf het racket ter hand nemen ? Dewulf : “Ze hebben me onlangs nog gevraagd voor de Senior Tour. Normaal gezien moet je daar vijfendertig voor zijn. Maar omdat ik tennis als iemand van veertig, maken ze voor mij een uitzondering ( lacht).”

‘Ladies first’ luidt het spreekwoord. Maar laat ons toch eens beginnen met het mannentennis…

Filip Dewulf : Het mannencircuit is een machowereld. Ik wil niet gaan schoppen, want ik heb er jarenlang van geprofiteerd. Maar het is wel zo. Er is het aanzien, de uitstraling, het erotiserende effect. Er lopen altijd wel meisjes rond die proberen de topspelers te versieren.

Sabine Appelmans : Heel wat toppers hebben dan ook een model als vriendin. Voor de meeste is een tennisster te min. Wat dat betreft, is Lleyton Hewitt een uitzondering. Lleyton is iemand die totaal anders is op de baan dan erbuiten. Het is een superlieve gast, verlegen ook, maar op de baan verandert hij in een uitzonderlijk competitieve speler.

Maakt dat van hem het nummer één van de wereld, die honger, die wil om te winnen ?

Dewulf : Absoluut. Hij is de grootste vechter die ik ooit gezien heb. In het begin van zijn carrière werd hem zelfs verweten van té hard te zijn, bijna vijandig ten opzichte van zijn tegenstrever. Die houding heeft hij wel al wat gemilderd.

Appelmans : Maar hij blijft iemand met een enorme winnaarsmentaliteit, een vechter zoals Filip zegt. Zijn grote voorbeeld is niet voor niets Rocky Balboa. Voor de wedstrijd luistert hij ook vaak naar de muziek uit de Rocky-films om zich op te peppen.

Is hij speltechnisch niet de beste ?

Dewulf : Ik vind van niet. Er zijn lacunes in zijn spel, aanvallend. Je ziet hem zelden naar het net komen, zelfs niet op de korte bal. Roger Federer en Marat Safin, bijvoorbeeld, vind ik completer dan Hewitt. Qua stijl vind ik Federer de beste tennisser van het moment. Hij speelt bijna puur op techniek, kan op elke ondergrond uit de voeten. Maar Hewitt heeft die mentale kracht, hé, en is ook fysiek heel sterk.

Appelmans : Dat laatste is opvallend, want buiten de baan doet hij niets. Carl Maes ging in Filderstadt 40 minuten met hem lopen en Hewitt kon niet volgen. Maar om terug te komen op de vraag : qua intrinsieke klasse schat ik Safin zeker hoger in. Hij heeft een betere service, duikt meer aan het net op. Maar ja, Safin is Safin.

En dat wil zeggen ?

Appelmans : Als het ’s avonds gezellig is en er lopen mooie vrouwen rond, dan is dat belangrijker dan de wedstrijd van de dag nadien ( lacht). Hij heeft het moeilijk om zichzelf een bepaalde discipline op te leggen.

Dewulf : Hij veranderde ook al een keer of vijftien van coach. Hij is wispelturig, dat is zijn karakter. Komen de Grand Slams eraan, dan begint er plots een lichtje te branden : oh, nu moet ik gaan presteren.

Welke belagers van Hewitt mogen we nog verwachten dit seizoen ?

Dewulf : Ik verwachtte vorig seizoen al de doorbraak van Robredo, maar die blijft wat hangen. Youzhny, de Rus die het beslissende duel won in de Davis Cupfinale, vind ik wel aardig tennissen. Carlos Moya ook, die een heel goed seizoenseinde heeft gekend.

Appelmans : En dan is er nog Srichapan Paradorn, die over een heel eigen stijl beschikt. Hij brengt iets nieuws, iets exotisch.

Dewulf : Het wordt wel afwachten hoe hij dit jaar gaat reageren. Iedereen kent hem nu. Het wordt moeilijk voor hem om te bevestigen.

Er wordt geklaagd over een gebrek aan persoonlijkheden in het mannentennis. Ben je het daarmee eens ?

Dewulf : Er is momenteel een generatiewissel aan de gang. Sampras, Agassi en nog een paar anderen gaan binnenkort verdwijnen van de scène. Ondertussen is de nieuwe generatie, Hewitt, Ferrero, Haas, Federer, aan het overnemen. Allemaal prille twintigers die nog niet die uitstraling hebben. Maar binnen dit en een paar jaar hebben zij misschien wel een bepaald palmares bij elkaar getennist dat hen meer uitstraling geeft.

De ‘oude garde’ bewees vorig seizoen wel dat ze nog niet afgeschreven is.

Appelmans : Ongelooflijk knap vind ik dat. Agassi en Sampras hebben al alles bewezen en toch is er nog die drang om te winnen. Dat zijn de echte kampioenen, hé.

Waartoe zien jullie Xavier Malisse in staat ?

Dewulf : Hij kan nog progressie maken. Afgelopen seizoen was het eerste waarin hij gestabiliseerd is op mentaal niveau. Kan hij dat volhouden, zie ik hem zeker een vaste waarde in de toptwintig zijn.

Appelmans : Een vaste waarde in de toptwintig met af en toe een uitschieter. Volgens mij is hij in staat om een Grand Slamtoernooi te winnen. Hij nam een heel goeie beslissing door met David Felgate als coach in zee te gaan. Daarmee heeft hij de basis gelegd van zijn resultaten van vorig seizoen. Voordien was hij vooral op zoek naar zichzelf.

Van Belgische zijde zijn er verder nog de broertjes Rochus.

Dewulf : Olivier is misschien wel de meest talentvolle speler waar ik ooit tegen speelde. Maar de lengte, het gewicht dat je in je slagen legt, kan je niet wegsteken in het moderne mannentennis. Hij moet veel meer meters maken op het terrein dan zijn tegenstanders, waardoor hij nooit fris aan de volgende wedstrijd kan beginnen. Je merkt dat ook : op de eerste ronde van Grand Slams speelt hij vaak heel goed, zorgt hij voor verrassingen, maar verderop in het toernooi krijgt hij het altijd moeilijk.

Laat ons overstappen naar het vrouwentennis. Het mannentennis is een machowereld, hoorden we al, bij de vrouwen heerst er dan weer veel jaloersheid, nijd ?

Appelmans : Dat is zo. Dat gaat van tennisresultaten tot juwelen en liefjes. Dan gaat Hingis met García en moet Kournikova nog wat beter doen met Enrique Iglesias ( lacht). In die zin is het vrouwentennis enorm veranderd. Er zijn de kledij, de liefjes, heel de glamour errond. Dat is het sterke punt van het vrouwentennis geworden, maakt dat het zo populair is. Serena Williams in haar Kameroen-outfit, Serena die zelf haar kledij ontwikkelt : dat is interessant om in Vogue te zetten. Steffi Graf die alleen maar over tennis wil praten, is dat niet.

Veel mannelijke tennissers lieten zich in het verleden laatdunkend uit over het vrouwentennis – denk maar aan McEnroe of Krajicek. Is er nu al meer sympathie vanuit die hoek ?

Appelmans : Ik denk dat de mannen nu zelfs een beetje jaloers zijn op de populariteit van het vrouwentennis. Maar qua tennis is het nog altijd hetzelfde beeld. Een beeld dat ook wel klopt, moet ik toegeven. Het verschil tussen de top en hetgeen erachter komt, is veel groter bij de vrouwen. Daar zal geleidelijk aan wel verandering in komen, maar dat vergt nog wat tijd.

Dewulf : De laatste jaren hebben de vrouwen hun fysieke achterstand alvast ingehaald. Je hebt altijd nog… ja gevallen als Monica Seles – ik blijf het er moeilijk mee hebben. Je laat ze twee keer links-rechts lopen en ze moet bij wijze van spreken een half uur steun gaan zoeken.

De zusjes Williams staan op één en twee. Is dat enkel een gevolg van hun fysieke kwaliteiten ?

Appelmans : Dat is zonder twijfel de belangrijkste factor. Maar ook hun ingesteldheid speelt een rol. Al van toen ze hun eerste stapjes in het circuit zetten, dachten ze dat ze zóveel beter waren dan de rest. Ze hebben een enorm geloof in zichzelf – ( kijkt naar Dewulf) iets wat wij ook hadden kunnen gebruiken ( lacht). Serena is technisch beter dan Venus. Het loopt bij haar allemaal wat vlotter.

Dewulf : In tegenstelling tot Venus maakte Serena de laatste twee jaar een duidelijke progressie, zowel op technisch als op tactisch vlak. Ze probeert al eens door crossballen haar tegenstandster uit het terrein te halen en echt op techniek te spelen. Maar soms doet ze van die onbegrijpelijke dingen…

Moeten we tot dezelfde conclusie komen als bij de mannen, dat de intrinsiek beste speelster niet op nummer één staat ?

Appelmans : Technisch zijn Justine en Kim beter. In zijn totaliteit, qua spelinzicht kent Kim haar gelijke niet.

De Williamsen zijn volgens jullie dus niet ‘untouchable’, vertrokken voor enkele jaren hegemonie ?

Appelmans : Nee.

Dewulf : Kim heeft op de Masters getoond dat alles mogelijk is. De Belgische meisjes hebben allebei veel vertrouwen gewonnen in hun jaar van de bevestiging.

Appelmans : Het zal in elk geval vooral van Kim en Justine moeten komen om de Williams-zusjes te bedreigen. Capriati is volgens mij haar top voorbij. Davenport verwacht ik wel opnieuw op niveau, maar niet in die mate dat ze de Williamsen zal voorbijsteken. En dan heb je nog Hantuchova, die een mooi agressief tennis speelt en bovendien naar het net durft op te rukken.

Zien we Martina Hingis nog opnieuw aan de absolute top ?

Dewulf : Ik vrees van niet. Ik denk niet dat ze de moed zal kunnen opbrengen om extra hard te trainen om haar gebrek aan kracht weg te werken.

Appelmans : Ze is vroeg opgebrand, maar je weet nooit. Niemand had verwacht dat Capriati ooit nog zou terugkomen, Seles heeft ook heel diep gezeten, dus… Om nu al Hingis af te schrijven, lijkt me nog wat vroeg.

Justine Henin-Hardenne lijkt mentaal broos. Ze zit blijkbaar zo met die nummer één-positie in haar hoofd…

Appelmans : Enerzijds vind ik het bewonderenswaardig dat ze haar ambities durft uit te spreken om nummer één te worden, maar anderzijds moet ze dat ook van zich kunnen afzetten. Ze zet zichzelf wat te veel onder druk.

Dewulf : Dat vormt een wezenlijk verschil met Kim. Of ze nu een demonstratiewedstrijd speelt of de finale van Roland Garros, ze gaat daar perfect hetzelfde mee om. Justine is wellicht ook te veel bezig met de onderlinge strijd met Kim.

Appelmans : Bij Kim kon je al van heel jonge leeftijd zien dat ze had wat nodig is om het te maken. Ze is echt gemaakt om aan de top te tennissen. Van haar spreidstand staan zelfs de mannelijke tennissers te kijken.

Wat vinden jullie van de beschermde rol die vader Clijsters op zich neemt ?

Appelmans : Op zich speelt hij een belangrijke en positieve rol voor Kim. Ze moet zich enkel maar concentreren op haar tennis. De rest wordt voor haar geregeld. Lei Clijsters schept ook een heel goed klimaat voor Kim. De meeste tennisvaders zetten heel veel druk op hun kinderen, dat doet hij niet.

Dewulf : Klopt, die samenwerking werkt uitzonderlijk goed. Maar soms is de bescherming van Lei misschien wel wat té rigoureus. Dan bedoel ik vooral in de benadering naar de media. Het is toch dankzij de media dat vrouwentennis populair is en dat de topspeelsters zoveel geld verdienen. Op dat gebied hebben de toppers toch een verplichting ten opzichte van de media en de fans, die iets meer willen te weten komen dan alleen maar de uitslag van de wedstrijd. Anderzijds is ze een wereldster en krijgt ze allicht énorm veel voorstellen. In die zin herhaal ik dat Lei een heel positieve rol speelt in de begeleiding van zijn dochter.

Iets anders : als je de lichaamsbouw van Serena Williams bekijkt, kan je je afvragen : is dat allemaal nog wel natuurlijk ?

Appelmans : Ik denk niet dat we daar iets moeten achter zoeken. Kijk naar de atletiek, de gekleurde atleten ten opzichte van de Europese.

Dewulf : Dat is ook niet allemaal zuiver, hé.

Appelmans : Dat klopt, maar het is bewezen dat zwarte mensen gemakkelijker hun spieren ontwikkelen.

We krijgen straks Epo-tests op de Australian Open. Geloven jullie dat dopinggebruik gangbaar is in het tennis ?

Dewulf : Ik heb geen bewijzen, maar volgens mij wel. Ik begeef me hier op gevaarlijk terrein, maar bij de evolutie van Fernando Gonzalez, bijvoorbeeld, stel ik me vragen. Echt ongelooflijk hoe hij beweegt. Zijn coach, Horacio De la Peña, is ook iemand die over lijken gaat.

Appelmans : De zus van De la Peña werd ooit nog betrapt op dopinggebruik. Al een hele tijd geleden trouwens, toen ik zelf nog maar net kwam kijken.

Dewulf : De kracht die Gonzalez ontwikkelt met zijn forehand is ongelooflijk. Nooit gezien. Tactisch doet hij soms van die heel rare dingen, maar puur op kracht zet hij dat dan recht. Vreemd. Cañas, bijvoorbeeld, kwam vroeger niet vooruit. Hij veranderde zijn spelstijl niet, maar nu gaat hij wel alle ballen terughalen. Door meer te trainen kan je veel verwezenlijken, maar niet alles.

Je hebt blijkbaar vooral twijfels bij de Spaanse en Zuid-Amerikaanse spelers, maar is het niet tekenend dat Venus Williams en Jennifer Capriati steigeren als er gesproken wordt over strengere controles ?

Dewulf : Ik moet opletten wat ik zeg, maar Capriati vind ik er niet uitzien als iemand met een grote uithouding, maar ze heeft die wel. Maar ja, zo kan je bij iedereen wel vragen stellen, zeker. Ik heb tegen Korda gespeeld op Wimbledon, waar hij betrapt werd. Dat was duidelijk zichtbaar ( grijnst).

Appelmans : Mary Pierce heeft een tijdje geëxperimenteerd met creatine, maar ze kreeg nadien wel een terugslag. En Smashnova, wat is er met haar gebeurd, zeg ? Je ziet de spieren echt op haar rug liggen. Iedereen zegt : dat is niet normaal, maar je kan dat niet bewijzen, hé. Dat blijft het probleem.

door Roel Van den broeck en Frédéric Vanheule

‘Xavier Malisse is in staat om een Grand Slamtoernooi te winnen.’ (Sabine Appelmans)

‘Justine is te veel bezig met de onderlinge strijd met Kim.’ (Filip Dewulf)

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content