Cheikhou Kouyaté, de Senegalese middenvelder die vorige zomer door Anderlecht aan KV Kortrijk werd uitgeleend, keert na dit seizoen terug naar Brussel. “In principe wel,” zegt trainer Ariël Jacobs, “dat was altijd de afspraak. In de heenronde speelde hij weinig, maar toen wij aangaven dat we hem dan maar zouden terughalen in december, veranderde dat plots. Als je een speler uitleent, is dat toch altijd in de hoop dat hij speelt. Dat is uiteindelijk gebeurd, dus hij heeft ervaring kunnen opdoen op het niveau van eerste klasse. Dit moet voor hem een gewonnen jaar zijn geweest.”

Hein Vanhaezebrouck zegt niet te weten van een signaal dat Anderlecht Kouyaté in de winterstop zou terughalen als hij niet vaker speelde. “Mij heeft dat alleszins op geen enkele manier bereikt”, aldus de Kortrijktrainer. “Op de Pro Licence informeerde Johan Walem(Anderlechts beloftetrainer, nvdr) wel een keer naar zijn situatie. Ik vertelde hem dat hij er nog niet klaar voor was, maar vooruitgang maakte en dit seizoen zeker nog veel zou spelen.”

Anderlecht haalde Kouyaté vorige zomer weg bij FC Brussels en leende hem vervolgens meteen uit aan Kortrijk. “Cheikhou is een heel positieve, aangename jongen om mee te werken”, zegt Vanhaezebrouck. “Hij komt dan wel van Anderlecht, maar heeft geen kapsones en vedetteneigingen. Hij is eenvoudig en luisterbereid. Soms is hij iets te gemakkelijk, mag hij wat meer gedreven zijn, wat ernstiger in de uitvoering. Dat is ook de reden waarom het een tijdje duurde alvorens hij in de ploeg kwam. Hij maakte progressie qua positiespel en snelheid van uitvoering. Nu speelt hij eenvoudiger, meer in dienst van de ploeg, maar dat moet nog beter worden. Zijn lat moet niet op het niveau van Kortrijk liggen, maar op dat van Anderlecht. Fysiek is hij sterk, maar hij moet die fysiek nog beter leren gebruiken.”

Volgens Vanhaezebrouck heeft Kouyaté, negentien nog maar sinds december, potentieel. “Hij is groot, sterk, snel en beschikt over een groot loopvermogen. Zijn voeten zijn redelijk, daar is zeker nog werk aan. Hij is ook heel nuttig in de zestien meter: hij is er zeer aanwezig, kan koppen en scoren. Zijn defensieve kopspel is uitstekend, aanvallend moet het nog verbeteren. Bij ons is hij van de twee verdedigende middenvelders degene die het meest bijsluit.”

Na Kortrijk-Standard (0-2) begin februari had Laszlo Bölöni één speler gezien bij de thuisploeg waar hij in Luik iets mee kon, zei hij. Dat was Kouyaté. Vanhaezebrouck gelooft zelfs dat de Senegalees het in een gerenommeerde buitenlandse competitie kan maken. “Als ik zie welke donkere jongens er bij Arsenal meedoen, denk ik: dat potentieel heeft Cheikhou ook. Alleen wordt daar echt ontwikkelingsgericht gewerkt met zulke gasten. Daarom denk ik dat zijn slaagkansen groter zijn bij een goede buitenlandse club dan bij Anderlecht. Cheikhou zal bij Anderlecht sowieso wat tijd nodig hebben om zich aan te passen. En hij is niet iemand die zich profileert in een groep. Ik vraag mij af: zal hij zich bij Anderlecht niet laten wegblazen door bepaalde mannen? Zullen ze hem niet te gemakkelijk opzij kunnen schuiven?”

In Brussel komt Kouyaté in aanmerking voor de posities die nu door Lucas Biglia en Jan Polák worden bekleed. Van hen wordt aangenomen dat ze na dit seizoen vertrekken, maar daar is Ariël Jacobs lang niet zeker meer van. Biglia mag dan onlangs een Europees (Italiaans) paspoort hebben verworven, “in het voetbal is het ook crisis”, aldus de trainer. En over Polák: “Een Champions Leagueclub mag hij vergeten. Stel dat hij naar Aston Villa kan, speelt hij UEFA Cup. Jan heeft al veel geld verdiend in zijn carrière, voor hem telt nu het sportieve. Als Anderlecht de CL haalt, zie ik hem zich niet haasten om weg te gaan.”

JAN HAUSPIE & CHRISTIAN VANDENABEELE

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content