Karim Belhocine, de 31-jarige Frans-Algerijnse aanvoerder van KV Kortrijk, deed er heel lang over om in de eerste klasse te raken. Waarom komt hij nu pas tot bloei?

Hij moet zelf ook even nadenken over de vraag. “Ik begon al een beetje later te voetballen dan de anderen,” zegt hij na een korte stilte, “en vegeteerde lang in de derde en de vierde klasse. Het probleem in Frankrijk is dat men je er heel snel in een categorie klasseert: ofwel ben je iemand voor de Ligue 1 en de Ligue 2 ofwel ben je dat niet. Bovendien speelt daarna ook steeds meer het economische aspect: jonge spelers zijn interessanter omdat de kans groter is dat er bij doorverkoop meer winst op gemaakt kan worden.”

Onbekende voetballer

Hij groeide op in de buitenwijken van Lyon. Op zoek naar werk emigreerden zijn grootouders in de jaren zestig van Algerije naar Frankrijk. KarimBelho-cine komt uit een gezin met negen kinderen. Het leven in de banlieue was hard. Nog altijd praat hij er liever niet over. “Het was een moeilijke buurt, papa was werkloos en het huishouden was kroostrijk”, vertelt hij. “Maar achteraf bekeken denk ik dat het daardoor is dat ik zo goed besef dat werkgelegenheid vinden en hard werken het belangrijkste is om zo’n situatie om te keren voor de volgende generatie. Onze vader is fier dat nooit iemand van ons stommiteiten uitstak en dat we allemaal min of meer geslaagd zijn in het leven. Een van mijn jongere broers speelt rugby bij Mâcon in de Franse tweede klasse en is Algerijns international.

“Ik was een jaar of tien toen ik mij aansloot bij Saint-Priest, een derdeklasser die een beetje samenwerkte met Olympique Lyon. Als kind geloof je dat alles mogelijk is en ik droomde ervan om profvoetballer te worden. Mijn vader vertelt nog dikwijls de anekdote dat ik op de lagere school moest invullen welk beroep ik later wou uitoefenen en dat ik ‘voetballer of arts’ opschreef. Ik ben toch blij dat ik er de helft van realiseerde. ( lacht) Want ik twijfelde enkele keren, zeker tijdens mijn adolescentie. Ik was een laatbloeier. Tot een jaar of zeventien was ik altijd de kleinste en de magerste.

“Toen ik negentien was, werd ik gevraagd door de vierdeklasser Vaulx-en-Velin. Ik deed in die tijd uitzendbaantjes, onder meer in de bouwsector. Een tijd trainde ik ook kinderen voor een sociale organisatie die actief was in moeilijke buurten. Daar kwam ik iemand tegen die nog bij Olympique Lyon had gespeeld en die een man kende die jonge spelers een kans kon geven in Portugal. Ik was meteen geïnteresseerd, want veel kennissen van mij speelden al tien jaar in National en CFA ( derde en vierde klasse in Frankrijk, nvdr) zonder te evolueren. Ik vertrok naar de Portugese tweedeklasser Espinho. Dat bleek een prachtige plek langs de Atlantische Oceaan op dertig kilometer van Porto te zijn, maar de club was instabiel. Ik raakte geblesseerd, er was geen medische verzorging, ik werd niet meer betaald en op mijn appartement werd de stroom afgesloten. Ik was er alleen, het was een moeilijke tijd, maar ik kwam er sterker uit.

“Een jaar later speelde ik voor US Forbach, een vierdeklasser tegen de Duitse grens in Lotharingen en het seizoen erop trok ik naar de derdeklasser Tresillac in de Dordogne. Daar trof ik een trainer met Italiaanse roots die mij toonde dat mijn fysieke mogelijkheden nog niet helemaal ontwikkeld waren. Toen de club met financiële problemen begon te kampen, kwam ik bij de Belgische tweedeklasser Virton terecht. Na mijn tweede jaar daar meldde KV Kortrijk zich een eerste keer, maar ik zat op dat moment in Clairefontaine voor mijn trainersdiploma en de onderhandelingen raakten niet rond. Kortrijk promoveerde daarna naar eerste en toen zette ik wel de stap.”

Bekende Lyonees

Hij is polyvalent en een pusher. Bij Hein Vanhaezebrouck was hij belangrijk en ook bij Georges Leekens is hij dat. Nu Brecht Verbrugghe geen basisspeler meer is, draagt Karim Belhocine zelfs de aanvoerdersband. Hij is een centrale middenvelder die inzetbaar is op de posities 6, 8 en 10 en de ploeg in nood ook al grote diensten bewees centraal in de verdediging.

“Het is voor iemand als ik die graag constant zelf in de strijd zit toch telkens weer wennen om dan achterin dikwijls gewoon te moeten staan toekijken hoe het spel zich voor mij ontwikkelt”, zegt hij. “Maar ik speel waar de trainer het mij vraagt en ik ben altijd blij als ik het team van dienst kan zijn. Misschien kan ik als verdediger een extra lange carrière maken.” ( lacht)

Hij woont nu met zijn vrouw en twee kinderen in Noord-Frankrijk. Buiten het seizoen voetbalt hij thuis wel eens in zaal met andere geboren Lyonezen als Karim Benzema (Real Madrid), Frédéric Kanouté(Sevilla FC) en Laurent Courtois (Grenoble). Op 2 juli werd hij 31, maar wellicht moet het beste van zijn professionele voetballoopbaan nog komen.

Eind dit seizoen loopt zijn tweejarig contract af. KV Kortrijk legde hem al een nieuw voor, maar tot een akkoord kwamen de partijen nog niet. “Er is een nieuwe afspraak gepland”, zegt hij. “We zullen zien. Ik wil niet te lang wachten om een beslissing te nemen. In elk geval ben ik hier graag. Ik hou van deze club. In Virton en in Frankrijk had men mij gewaarschuwd voor de mentaliteit, maar Vlaanderen bevalt mij. Mijn indruk is dat als je wil werken je er gerespecteerd wordt.

“Dertig is zeker voor een laatbloeier als ik geen barrière. Ik ben nog altijd in ontwikkeling. Bij de tests zit ik zowel qua conditie als qua snelheid bij de besten.”

Van zijn vliegangst wil hij zich bevrijden. Vorige winter moest assistent-trainer Yves Vanderhaeghe hem nog met de wagen zo’n 1800 kilometer ver tot in de stageplaats aan de Costa Blanca brengen. “Ik vond in Frankrijk iemand die mij kan helpen”, zegt hij. “De beste manier om van die fobie te genezen, is gebruik te maken van het vliegtuig.”

door christian vandenabeele

Vlaanderen bevalt mij.

Mijn indruk is dat als je wil

werken je er gerespecteerd wordt.

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content