Voor Real Madrid was er Tottenham, en voor Tottenham was er Dinamo Zagreb, maar eerst was er Zadar. Daar, te midden van de rondvliegende obussen, werd het voetbaltalent van Luka Modric ontdekt. Reis naar de roots van de Kroatische middenvelder.

Om Modrici te bereiken, het dorp van de familie Modric, moet je weg van de Dalmatische kust richting het binnenland, waar de eerste flanken van het Velebitgebergte dreigend in de mist hangen. In Modrici wonen niet veel mensen meer. Voor het offensief van de Serviërs in september 1991 in een poging om Kroatië in tweeën te splitsen, was Modrici nog een dorp met zeshonderd inwoners. Vandaag is het een spookdorp waar nog slechts een honderdtal mensen wonen, vooral bejaarden. Een van hen komt uit zijn huis gesloft. Hij heeft een verwilderde blik en draagt een kostuumvest uit een ander tijdperk met nog slechts één knoop. Na een tijdje begrijpt hij waar we naartoe willen en wijst hij de weg naar het huis van de familie Modric. ‘Drie kilometer hogerop. Het was eigendom van de grootvader, die ook Luka heette.’

Het staat op de rand van het gehucht en lijkt op een postkantoor of nog op een oud douaniershuis aan een grens die allang verdwenen is. Errond staan borden in de met stenen bezaaide grond geplant, met het opschrift: ‘Opgepast, antipersoonsmijnen!’ Een overblijfsel van de frontlinie tijdens de eerste twee jaren van de oorlog in Kroatië. Van het ouderlijk huis van Luka Modric blijven slechts de vier buitenmuren en de stal over. De woonst werd compleet vernietigd in 1992, weet de oude man te vertellen. De familie was enkele maanden daarvoor, op een dag in september 1991, al halsoverkop gevlucht, net zoals de andere inwoners van het dorp. Ze trokken allemaal naar Zadar, de meest nabije grote stad. De Serviërs bevonden zich op slechts enkele kilometers. Op de parking van hotel Kolovare in Zadar verzamelden zich tweehonderdvijftig mensen. Het hotel was opgevorderd door de Kroatische autoriteiten voor de tijdelijke opvang van mensen die bedreigd werden door de oprukkende troepen. Op die dag in september is het hotel zogoed als leeg. Toen generaal Mladic de stad begon te bombarderen, op 17 augustus, zijn de laatste toeristen gevlucht. De oud-directeur van het etablissement, Slavko Pernar, weet het nog goed: ‘Ik heb hier gezinnen zien toekomen in bussen, in vrachtwagens van het leger, of met hun eigen auto. Ook de familie Modric was erbij: vader Stipe, moeder Radojka, Luka, zijn twee zussen, een oom en een tante. Hun bagage was niet meer dan een kleine zak.’

In Modrici bleven, ondanks de dreiging, alleen de ouderen achter, omdat ze hun land niet wilden verlaten, omdat ze te moe waren of omdat toch iemand op het vee moest letten. Niemand kon bevroeden dat die dag in september het begin zou zijn van een jarenlange oorlog. Net zoals alle anderen dacht ook het gezin Modric dat ze drie dagen later zouden kunnen terugkeren. En, net zoals alle anderen, zijn ze nooit teruggekeerd. Zeljko Zivkovic, de eerste trainer van Luka, denkt er als volgt over: ‘Het was zijn lot. Zonder de oorlog was hij in zijn dorp gebleven en zou hij nooit een van de beste middenvelders ter wereld geworden zijn.’ Voor hij naar Dinamo Zagreb, Tottenham en Real Madrid verkaste, bracht Luka Modric immers eerst enkele jaren in Zadar door. Met een bal onder zijn arm was hij op de vlucht voor de oorlog, maar op weg naar de training regende het soms obussen. Eerst werd hij nog te spichtig bevonden voor het voetbal, maar later zou hij de trots worden van de stad die hem adopteerde. Met dank aan… een hotelhouder.

DIEET DER KAMPIOENEN

‘Zelfs toen het conflict op de spits gedreven werd en er bijna vijfduizend obussen per dag op de stad vielen, hebben we nooit onze academie gesloten’, herinnert Josip Bajlo, de huidige voorzitter van NK Zadar, zich nog. Destijds was hij sportief directeur van de club waar hij ondertussen zowat alle bestuursfuncties uitgevoerd heeft. Toen zijn maat Slavko Pernar, de hotelbaas, hem opbelde om eens te komen kijken naar een jongen die de hele dag met de bal stond te jongleren in de hal van het driesterrenhotel, sprong hij in zijn wagen en reed naar hotel Kolovare, twee kilometer verderop. ‘Ik dronk er een koffie en keek ondertussen naar dat kereltje van zeven jaar, mager maar snel.’ Net zoals Pernar ziet hij dat de jongen ‘anders’ is. Luka Modric, die een paar dagen eerder in het hotel was gestrand, gaat op dat moment nog niet naar school. De familie van tien personen bezet vier kamers op de tweede verdieping van het hotel. Slavko Pernar en Josip Bajlo nemen vader Stipe terzijde en leggen hem uit dat zijn zoon ‘speciaal’ is en dat het goed zou zijn dat hij eens zou komen trainen. Of dat hij op zijn minst eens zou komen kijken. De vader aanvaardt het voorstel en ziet er een middel in om de hyperactiviteit van zijn zoon te kanaliseren. De twee vragen ook aan Luka of hij bereid is te komen. Hij antwoordt dat ‘hij graag zou willen, maar dat hij niet weet of hij mag’. Hij twijfelt eraan of zijn papa de 25 euro inschrijvingsgeld kan ophoesten.

Twee dagen later begeven vader en zoon zich naar de training. Ze worden verwacht op het sportcomplex van Visnjik. Zeljko Zivkovic is de eerst trainer die hen de hand schudt, begin 1992. Twintig jaar later meet het mannetje van 65 jaar zorgvuldig zijn stappen af, als is hij een paleontoloog die op het complex speurt naar de resten van een magisch organisme. Hij toont de ravage die een obus aanrichtte op een handbalterrein waar de jeugdploegen trainden. Hij imiteert het tsjirpende geluid van een obus wanneer die de lucht doorklieft. Dan stapt hij verder naar een aanpalend basketbalveldje. Hij doet nog eens de eerste oefening voor die hij vroeg van Modric en legt uit: ‘Het was een heel eenvoudige oefening in het opdrijven van de bal. Op het einde van het veld moesten de spelertjes de bal tegen de muur trappen en opnieuw vertrekken.’ Modric deed het een paar keer. ‘Ik zag het gemak waarmee hij de oefening deed en zei tegen de andere jongens: ‘Jullie zijn al meer dan een jaar aan het trainen en jullie kunnen nog niet eens wat deze nieuweling kan.’ Ik heb met Josip Skoblar (oud-spits van Olympique Marseille van 1966 tot 1975, nvdr) gevoetbald en voor mij was Luka Modric uit hetzelfde hout gesneden: het soort talent dat geen trainer nodig heeft.’ Na slechts drie maanden houdt Zivkovic zijn job als trainer bij NK Zadar voor bekeken en gaat hij in het leger om zijn land te verdedigen. Luka Modric kruist dan het pad van een andere coach bij de club, Tomislav Basic, die in de daaropvolgende jaren zijn mentor en tweede vader wordt. ‘Hij is de sleutelfiguur in zijn ontwikkeling’, zegt Zivkovic zonder een spoor van jaloezie. ‘Basic sprak de hele tijd over Luka en probeerde iedereen te overtuigen van zijn talent. De jongen was nog geen tien jaar, maar Tomislav was toen al zeker dat hij de voetballer zou worden die hij vandaag is. Hij was ervan overtuigd, net als een orakel.’

Zelfs na zijn vertrek bij Zadar bleef Basic zijn pupil begeleiden. ‘Toen we bij Dinamo Zagreb zaten, belde hij ons geregeld’, weet Marijan Buljat nog, een Kroatische oud-international die ook bij Zadar werd opgeleid. ‘Dan wilde hij gerustgesteld worden.’ Basic wilde weten of ze het dieet der kampioenen volgden. ‘We antwoordden hem dat we veel groenten en vlees aten, terwijl we net een pizza voor onze neus hadden’, lacht Marijan aan de toog van The Bar, het café dat hij opende op het einde van zijn carrière, in dezelfde wijk van Visnjik. ‘Ze hebben veel tijd samen doorgebracht’, voegt Josip Bajlo eraan toe. Modric zal Basic nooit vergeten. Tot aan zijn dood. In februari vorig jaar zakte de middenvelder speciaal af van Madrid om de begrafenis bij te wonen op het eiland Vir.

COMPLIMENTEN VAN DE CHEF

In de gangen van hotel Kolovare wordt Luka Modric een attractie. Als sponsor van de club legt het hotel de scheidsrechters te slapen aan de vooravond van de match. ‘Ik zei hem: ‘Laat hen een keer zien wat je kan”, herinnert Slavko Pernar zich. Dan ging Luka de bal ophouden in de gang, voor het oog van de arbiters. Na enkele maanden is Pernar of ‘Tonton’ – zoals iedereen hem noemt – de chaperon geworden van alle gevluchte families. Links en rechts steekt hij wat kuna (benaming voor de Kroatische munt) toe en hij verricht wonderen met de 3,50 euro subsidie van de regering om elke dag vlees op het bord te brengen van de talrijke gezinnen die hun toevlucht zoeken bij hem. Het gezin van Stipe Modric heeft het zwaarder dan de andere. Stipe is maar een simpele soldaat. Hij vertrekt regelmatig naar het front op ongeveer twee kilometer van de grenzen van de stad, komt dan terug naar Zadar, geeft zijn geweer af in de kazerne en brengt enkele dagen met zijn familie door. Op 18 december 1991 verneemt hij dat Luka, de grootvader die in Modrici was achtergebleven, gedood werd in de buurt van zijn huis.

In Zadar gaat Luka Modric ondertussen vier keer per week te voet naar de training. De meest intense gevechten zijn in 1992 achter de rug, maar het risico om door een obus geraakt te worden, is nog steeds reëel. ‘Ik was niet alleen bang voor hem, maar voor alle kinderen van de club’, geeft Josip Bajlo toe. Vanaf 1993 gaat het conflict over in een oorlog met een lage intensiteit. Een klein regionaal kampioenschap wordt opgericht zodat de clubs uit Dalmatië weer de smaak van de competitie te pakken krijgen. Na enkele weken van experimenteren krijgt Luka Modric zijn plaats als spelmaker. ‘Hij had de intelligentie en het vermogen om heel snel te beslissen’, zegt Zeljko Zivkovic. ‘Op die leeftijd verliest een kind acht op de tien ballen. Hij verloor er geen een.’ ‘Dat viel mij ook op,’ zegt Romeo Jozak, de technisch directeur bij de Kroatische voetbalbond die hem al enkele jaren daarvoor gezien had tijdens een proefperiode bij Dinamo Zagreb. ‘Op welke positie hij ook speelde, hij verloor geen enkele bal.’ Maar behalve Tomislav Basic praatte niemand over Modric. ‘Iedereen zag zijn talent, maar in die tijd dacht niemand dat hij het zo ver zou schoppen’, is de mening van Slavko Pernar. Zelfs niet de scouts en coaches van Hajduk Split, de grootste club in Dalmatië. ‘Ze vonden hem te frêle voor het voetbal, achteraf bekeken zaten ze er helemaal naast’, lacht Zeljko Zivkovic. Hij vertelt een anekdote die veel zegt over de blindheid van het bestuur van Hajduk: ‘Op een dag voetbalden we in Split en vroeg iemand me waar die kleine zat die zo goed was. Het was de chef-kok van het restaurant van het stadion. Hij was de enige die het talent van Luka opgemerkt had. Hun trainers en hun scouts hebben zich altijd laten misleiden door zijn kleine gestalte.’

GESTREEPTE POLO

De parking van hotel Kolovare was het voetbalterrein geworden voor de kinderen van de vluchtelingen. Slavko Pernar keek vaak naar hen: ‘Luka had niet alleen talent, hij had ook ongelooflijk veel zin om vooruitgang te boeken en te werken. Je mag dat gerust ambitie noemen.’ ‘Op die parking hebben we alles geleerd’, vindt Marijan Buljat, zijn ex-ploegmaat bij Dinamo Zagreb die een van zijn beste vrienden geworden is: ‘Wat hij daarna gerealiseerd heeft, is een voortzetting van alles wat hij in al die jaren op straat geleerd heeft.’

‘Het lag voor de hand dat hij zou slagen in de sport’, vindt Anita Mustac, zijn lerares toen Luka naar het Sime Budiniccollege ging in de Vostarnicawijk. Ze toont de klasfoto uit 2000, zoals die verscheen in de lokale krant Zadarski list in het begin van het schooljaar. Hij staat er op de eerste rij, stijf als een modelleerling, met een gestreepte polo waarvan alle knoopjes dicht zijn. ‘Hij verschilde niet zo veel van de anderen. De kinderen wisten dat hij begaafd was, maar hij werd niet bewierookt of benijd.’ Zoals iedereen die Luka als kleine jongen gekend heeft, omschrijft ze hem als ’timide’, ‘gereserveerd’ en ‘kalm’. ‘Luka was een goede leerling, maar zijn zus Jasmina was nog beter en veel zotter. Ik weet nog dat ze me ooit vroeg of ze een waterpistooltje mocht meenemen om me op de laatste dag van het schooljaar nat te spuiten. Zoiets zou Luka nooit durven vragen hebben.’ Op school proberen de leraars de kinderen van de vluchtelingen te integreren ‘zodat ze zich niet anders zouden voelen.’ Anita Mustac legt uit: ‘Op die leeftijd was het voor de kinderen moeilijk om de politieke situatie te begrijpen. In de klas werd er niet over gesproken en zij stelden er ook geen vragen over. Net zoals alle kinderen die hun huis hadden moeten achterlaten, was hij redelijk op zichzelf.’ Marijan Buljat: ‘Het verwondert mij niet dat hij bij Real Madrid zo goed overeenkomt met Cristiano Ronaldo. Ik denk dat het overlijden van de vader van Ronaldo en de speciale jeugd van Luka maken dat ze iets gemeenschappelijks hebben. Ze zijn eigenlijk vrij gelijkaardig. Ondanks zijn verlegenheid haat Luka het om te verliezen en wil hij alles analyseren. Of je nu met hem voetbalt, op de PlayStation speelt of tennist, hij wil pas stoppen als hij gewonnen heeft. En als hij verliest, wil hij weten waarom. Ik was bij hem toen Real Madrid twee jaar geleden uitgeschakeld werd door Borussia Dortmund in de Champions League. We zijn om vijf uur ’s nachts gaan slapen nadat we de match drie keer herbekeken hadden. Hij wilde elke minuut van de wedstrijd analyseren.’

GEEN CRACK

Ondanks het gebrek aan interesse van de scouts van Hajduk Split mag hij bij de buren aan de Dalmatische kust toch eens twee dagen gaan testen. De proefperiode neemt de twijfels over zijn capaciteiten om fysiek overeind te blijven op het hoogste niveau, niet weg. Tomislav Basic werkt op niet-officiële basis voor Dinamo Zagreb en stelt Luka Modric voor bij de club uit de hoofdstad in 2001. ‘Wij hadden ongeveer dezelfde twijfels’, herinnert Romeo Jozak zich, in die tijd verantwoordelijk voor de opleiding bij Dinamo. ‘Hij is er geraakt zonder in de kijker te lopen. Bij die generatie van 1985 zaten heel wat goeie spelers, sommigen beter dan hij. Hij werd dus niet beschouwd als een toekomstige crack.’ Na enkele dagen besluit Dinamo hem te houden. ‘Het was meer een gok dan wat anders’, geeft Jozak toe. ‘We hadden opgemerkt dat als een speler niet wist wat hij met de bal moest doen, dat hij die dan aan Luka gaf, die toen al een gave had om het leer bij zich te houden.’

Luka Modric gaat daarop weg bij Zadar en vestigt zich in het opleidingscentrum van Dinamo. NK Zadar ontving toen 6500 euro. ‘Ik was de enige die hem niet wou laten gaan’, blikt Josip Bajlo vandaag met spijt terug. ‘Maar ik had niet genoeg invloed op de voorzitter van de club. Ik had hem graag gehouden tot zijn negentien jaar. Maar goed, het was zijn lotsbestemming.’ Voor hij naar Zagreb trekt, komt Luka Modric samen met zijn familie een laatste keer gedag zeggen in het bureau van Bajlo. ‘Dat was het moeilijkste moment van zijn carrière’, denkt Marijan Buljat. ‘Alles zou nieuw zijn, het zou moeilijker worden, hij verliet het gezin ook. Maar schijn bedriegt: hij is heel sterk. Ik heb hem nooit zien huilen. De oorlog heeft hem harder gemaakt.’

DOOR JOACHIM BARBIER IN ZADAR – FOTO’S BELGAIMAGE

‘Zonder de oorlog zou hij nooit een van de beste middenvelders ter wereld geworden zijn.’ ZELJKO ZIVKOVIC

‘Het verwondert mij niet dat hij bij Real Madrid zo goed overeenkomt met Cristiano Ronaldo.’ MARIJAN BULJAT

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content