Jan Hauspie

Met Standard-Anderlecht vrijdag ontmoeten Standardtrainer Laszlo Bölöni en Daniel Renders, assistent-trainer bij Anderlecht, elkaar voor de tweede keer dit seizoen op een voetbalveld. In augustus verloor Anderlecht op Sclessin de supercup (3-1). Beide mannen kennen elkaar al twintig jaar. December 1987 belandde Bölöni als speler bij RC Jet Brussel, dat toen werd getraind door Renders, maar waar Raymond Goethals als technisch directeur de sterke man was.

“Goethals en ik zijn hem samen op de luchthaven in Zaventem gaan ophalen”, herinnert Renders zich. “‘Luister, meneer Bölöni,’ zei Goethals, ‘bij Steaua was u de baas. U haalde de bal op bij uw keeper en tot u bij de keeper aan de overkant was, bleef de bal in de ploeg. Als u bij Jet de bal aan een ploegmaat geeft, ziet u hem nooit meer terug. ‘ (lacht) Dat was zijn goeiendag.”

Bölöni kwam van Steaua Boekarest, waarmee hij in 1986 de Europacup voor Landskampioenen had gewonnen, en speelde meer dan 100 interlands voor Roemenië. Met 34 jaar was hij een leeftijdsgenoot van Renders, toen de jongste trainer in eerste klasse. Beiden zijn 55 nu. Renders: “Ik sprak heel veel met hem. Tenslotte was hij een grote meneer voor Jet en wie was ik om te zeggen wat Bölöni moest doen? Het trainerschap zat al in hem, dat was duidelijk. Ik besprak de tactiek met hem, gaf hem de ploeg, vroeg of hij ze zag zitten en hoe hij dacht te spelen. Als je zo’n vedette in je ploeg hebt, is het belangrijk dat je hem helemaal mee hebt.”

Bölöni kwam midden in het seizoen 1987/88, degradeerde met RC Jet naar de tweede klasse en moest dan, net als de andere buitenlanders én Renders, na enkele maanden weg door zware financiële problemen. Beide mannen bleven contact met elkaar houden. Renders: “Elk jaar met Nieuwjaar stuurt hij mij een kaartje. Toen hij voor Standard had getekend, belde hij me direct op. Met RWDM speelden we ooit dankzij hem vriendschappelijk in Nancy, waar hij trainer was. Toen hij bij Rennes zat en ik daar ging scouten, zijn we samen iets gaan eten. En een paar jaar geleden was hij op Anderlecht. Hij had me voor kaarten gebeld en nadien hebben we samen een pint gedronken.”

Renders heeft uitsluitend schitterende herinneringen aan Bölöni. “Een echte gentleman. In meer dan twintig jaar trainerschap zit hij in mijn top drie van mooiste mensen die ik heb ontmoet. Zijn sterkte is dat hij zich aan iedereen kan aanpassen. Bij Jet speelde hij in een vrije rol. Hij had snel door welk vlees hij in de kuip had, dus hij speelde eenvoudig en rustig. Hij dacht voor de andere spelers. Ik zeg het: een echte trainer, toen al.”

JAN HAUSPIE

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content