Zvonko Milojevic en Olivier Doll keren zaterdag met Lokeren terug naar het Astridpark, waar ze jarenlang paars-witte shirts versleten. ‘Als ik mag kiezen wie kampioen wordt, noem ik Anderlecht’, zegt de goalie. ‘Maar ik ga straks geen opendeurdag houden.’

Wanneer kwam jij alweer aan bij Anderlecht ?” vraagt Olivier Doll (32) als hij aan de zijde van Zvonko Milojevic (35) staat. “Toen René Vandereycken er nog trainer was”, antwoordt de keeper. “Juist,” peinst Doll, “in de tijd dat ik nog snel was.” Lachend sloffen ze door de catacomben van Daknam.

Doll en Milojevic hebben heel wat gemeen. Beiden zijn dertigers, spendeerden verscheidene jaren bij Anderlecht, kozen na hun verblijf in Brussel voor een vervolg van hun carrière bij Lokeren en zijn altijd te vinden voor een grapje.

Milojevic : “Toen ik al bij Lokeren speelde en Doll nog bij Anderlecht voetbalde, zei ik hem na een wedstrijd dat hij naar Lokeren moest komen. Dat was om te zwanzen. Een jaar later stond hij hier !”

Doll : “En tegen Brugge had hij me gevraagd om een penaltyfout te maken zodat hij de held kon zijn !” De twee duiken van plezier bijna onder de tafel.

Jullie ontvingen onlangs Brugge en Standard. Zaterdag geven jullie de derde titelkandidaat, Anderlecht, partij. Wie haalt het volgens jullie ?

Doll : “Ik heb de indruk dat het een duel wordt tussen Standard en Anderlecht. Volgens mij zijn dat de twee ploegen die de meeste capaciteiten in huis hebben om kampioen te worden. Standard is de voornaamste kanshebber. De Luikenaars beschikken over een uitgebalanceerd geheel. Ze bezitten kracht, techniek én ervaring. Het is een heel homogeen team.

“Brugge creëerde begin deze maand tegen ons na de rust een resem kansen en domineerde ons de hele tweede helft, maar bij hen voelde ik niet echt een blok.”

Milojevic : “Het voordeel van Anderlecht en Standard tegenover Club is dat de eerste twee ploegen meer voetballers hebben die individueel het verschil kunnen maken. Cruciaal bij topploegen zijn de spelers op de flanken. Zij kunnen door hun acties het centrum desorganiseren en daarna naar binnen komen of een goede pass afleveren. Je hebt meer oplossingen voorhanden als je daar jongens hebt die iets kunnen forceren. Bij Standard bezetten Conceição en Rapaic die sleutelposities, bij Anderlecht zijn dat Wilhelmsson en Mpenza of Akin. Het zijn spelers die in één-tegen-éénsituaties iemand met een dribbel kunnen uittellen.

Portillo en Balaban zijn jongens die voor gevaar zorgen in de centrale zone. Maar daar krijg je tijdens wedstrijden meestal te weinig ruimte om iets te doen.”

Doll : “Een kwaliteit van de Anderlechtspelers is dat ze variëteit in hun spel brengen. Paars-wit geeft er de voorkeur aan om kort te spelen, om combinatievoetbal op de mat te leggen. Als dat niet lukt, kunnen ze met enkele lange ballen een oplossing vinden. Ook Standard kan dat. Daarom zeg ik dat die twee ploegen het compleetst zijn.”

In de heenwedstrijd hielden jullie een punt thuis tegen paars-wit. Het werd toen 2-2. Wat zijn de belangrijkste verschillen tussen het Anderlecht van toen en dat van nu ?

Milojevic : “De grootste verandering is dat Nicolas Frutos de plaats van Jestrovic heeft ingenomen. Frutos is een heel ander type. Nenad gaat altijd naar de keeper, zoekt contact. Hij is een speler die steeds actief is, nooit opgeeft en altijd op de limiet speelt. Frutos meet meer dan twee meter en moet het hebben van zijn gestalte.”

Doll : “Een imposante speler.”

Milojevic : “We hebben geluk dat we niet tegen beide spelers moeten spelen. Anders, Doll, problemen hé ( lacht).”

Problemen waren er ook tegen Brugge. Maar jij loste ze allemaal op, Zvonko. Viel jouw mond ook open, Olivier, toen je zag wat hij allemaal uit zijn kooi ranselde ?

Doll : “Ik ken hem al jaren en weet wat zijn kwaliteiten zijn. Dat hij onwaarschijnlijke reddingen verrichtte, was voor mij geen verrassing. Maar tegen Brugge kreeg hij heel veel moeilijke ballen te verwerken en hij hield ze allemaal tegen. Je hebt zo van die dagen waarop alles lukt. Ik herinner me nog een stage met Anderlecht, toen we Milo nog niet goed kenden. Hij ging daar ook zo tekeer, stond subliem te keepen. Wij keken naar elkaar en vroegen : ‘Wie is dat toch ?’

“Zijn grootste kwaliteiten heeft hij op de lijn, hij beschikt over heel sterke reflexen en een goede anticipatie. Maar hij is veel meer dan een lijnkeeper. Hij plukt ook voortreffelijk lange ballen uit de lucht. Voor de verdediging biedt dat een zekerheid. Je hoeft niet constant angstvallig in je rug te kijken.”

Milojevic : “Bij een keeper is het belangrijk dat hij op alle onderdelen meer dan 50 procent haalt. Als je tien op tien haalt op de lijn en drie op tien op hoge ballen, ben je geen goede doelman.”

Jullie speelden al heel vaak samen.

Milojevic : “Ja, en de samenwerking met Doll verloopt super. Meestal kan ik op het veld voorspellen wat hij gaat doen in verschillende situaties. Ik kan er altijd op rekenen dat de spits die hij in de gaten moet houden, niet aan de bak komt. Ofwel zorgt Doll voor balrecuperatie, ofwel maakt hij een fout ( lacht).”

Doll : ” Ej, ej ( lacht).”

Milojevic : “We overlopen vóór de match ook telkens de sterke punten van de tegenstander. Bij bepaalde spitsen spreken we af wie er gaat komen. Als Doll tegen mij zegt : ‘ Tailson is sterk in de lucht, jij moet er staan als de bal tussen de verdediging en de doelman wordt gedropt’, dan kan er geen misverstand zijn.”

Doll : “Ook naast het veld heb ik een goede verstandhouding met Milo. Hij is positief en eerlijk. In dit milieu ontmoet je veel mensen die achter je rug praten of niet altijd correct zijn. Hij liet zich daardoor niet aantasten. Dat is zijn grote waarde.”

Zvonko, na Lokeren-Club zei je dat het je plezier deed dat je Anderlecht met je supermatch een beetje had geholpen in de titelstrijd.

Milojevic : “Ik was inderdaad blij dat ik voor mijn ex-club iets kon doen. Als ik mag kiezen wie kampioen wordt, noem ik Anderlecht. Maar dat betekent niet dat ik tegen paars-wit opendeurdag ga houden. Ik ben prof en voor mij is het belangrijkste dat Lokeren wint.”

Met welk gevoel gaan jullie zaterdag terug naar het Astridpark ?

Doll : “Sportief gezien is het een wedstrijd als alle andere. Maar voor ons komt er toch telkens een dimensie bij. Je hebt er kleine herinneringen aan alles en aan iedereen.”

Milojevic : “De eerste keer dat ik tegen Anderlecht moest voetballen, had ik een speciaal gevoel. Nu ervaar ik dat in veel mindere mate. Het is een plezier om tegen hen te spelen. Ik beleefde er zes mooie jaren die ik nooit zal vergeten. Maar dat is nu voorbij en de blik is op de toekomst gericht.”

Doll : “Ik kende bij Anderlecht enkele moeilijke periodes. Die waren onder andere te wijten aan blessures. Maar globaal gezien houd ik een positief gevoel over aan mijn tijd in Brussel en dat draag ik mee. Ik ben blij dat ik daar tien jaar geweest ben. Maar hier zit ik ook goed.”

Als je na verscheidene jaren bij Anderlecht voor Lokeren kiest, is dat dan mee ingegeven door de wetenschap dat je hier zekerder kan zijn van een basisplaats ?

Milojevic : Hier krijg je na één, twee of drie slechte wedstrijden nog de kans om een en ander in de volgende match recht te zetten. Dat maakt het makkelijker om je te concentreren. Kijk naar wat Zitka en Peersman overkwam. Wisselen na één foutje, zo verlies je twee keepers. Een rotatiesysteem, nee, dat is het niet hoor. Toen ik bij Anderlecht speelde, was Filip De Wilde zonder twijfel de nummer één. Was Filip klaar en fit, dan speelde hij, niet ik. Dat verliep schitterend. Het is heel belangrijk om het vertrouwen van de trainer te voelen.

“In Anderlecht moet je natuurlijk ook omgaan met een hogere druk. Maar de beloning is dat je kan aantreden in de Champions League, de droom van elke speler.”

Doll : “Je gaat me misschien gek verklaren, maar ik hield van de druk bij Anderlecht. Het stoorde mij niet. Als je bij paars-wit een contract tekent, weet je dat het erbij hoort. Zeggen dat je er niet presteerde omdat er te veel druk was, is altijd een slecht excuus. Een speler die niet goed is, is niet goed. Punt.

“Hier ligt de druk lager. Ik compenseer dat met liefde voor het spel en de blijvende goesting om telkens te winnen. Bij Lokeren heb je als speler ook minder concurrentie, maar dat maakt mij niet relaxed. Een speler moet zichzelf elke week in vraag stellen.”

Zijn jullie tevreden met de plaats van Lokeren in het klassement ?

Milojevic : “We horen thuis tussen de vijfde en de tiende plaats.”

Doll : “In een logisch klassement zou het moeilijk zijn voor ons om hoger gerangschikt te staan. We kunnen iedereen ambeteren gedurende negentig minuten. Dat is interessant en amusant. Maar om de topvijf te bereiken zouden we meer regelmaat in onze prestaties moeten krijgen. Tegen Brugge halen we dit seizoen een zes op zes, tegen Roeselare slechts één op zes.

“Maar goed, ik denk dat we nu staan waar we moeten staan, zeker als je rekening houdt met de problemen die we kenden.”

Drie trainers in één seizoen, dat is niet ideaal.

Milojevic : “Zeker niet, maar het kan gebeuren. Drie coaches betekent drie visies op voetbal. Maar eigenlijk mag dat geen probleem vormen, we zijn profs. Iedereen heeft erg zijn best gedaan, er is immers één constante bij alle trainers : je moet altijd karakter tonen en een goede mentaliteit aan de dag leggen.”

Doll : “Elke coach heeft zijn manier van werken. Dat vraagt van de spelers telkens wat aanpassing. Maar je mag dat niet aangrijpen als excuus en moet geen problemen zoeken waar er geen zijn. Het is nu eenmaal de situatie zoals ze zich heeft voorgedaan. Muslin kreeg een ander contract aangeboden, hij mocht vertrekken. Blijkbaar was dat gunstig voor alle partijen. En wat Anthuenis betreft… Tegenover de gezondheid stelt het voetbal niets voor.

“Als je ziet hoe Cossey het nu aanpakt, merk je onmiddellijk dat dit de beste oplossing is. Mocht iemand anders zijn gekomen, dan was het seizoen voorbij tegen de tijd dat die man zich zou hebben ingewerkt en de spelers zich zouden hebben aangepast. Cossey kent de club en de spelers goed. Hij wordt gerespecteerd door de groep.”

Wat is belangrijk in het spel dat hij jullie wil laten spelen ?

Doll : “Milo ( lacht) !”

Milojevic : “Nee, nee. ( lacht) Een goede organisatie, daar legt hij de nadruk op. We moeten een blok vormen. Zo kunnen we via een snelle tegenaanval doelpunten maken. Lokeren wordt geen counterploeg. Maar als we bijvoorbeeld zaterdag tegen Anderlecht punten willen rapen, is dat de enige manier. Daar moet je realistisch in zijn.”

KRISTOF DE RYCK

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content