Na de promotie naar de eerste klasse maakte Lille OSC (LOSC) bekend dat het zijn engagement bij Royal Mouscron-Péruwelz (RMP) voortzet. Maar sindsdien wordt daar nog maar weinig over gecommuniceerd. “We hebben niets te verbergen”, zegt Jean-Michel Vandamme, sportief adviseur van LOSC-voorzitter Michel Seydoux. “We zijn gewoon hard aan het dossier aan het werken.”

In eerste moeten er volgens artikel 1422 van het bondsreglement minstens zes in België opgeleide spelers op het wedstrijdblad staan. Daar geraakte RMP in tweede niet aan. “De reden is van financiële aard”, beweert Vandamme. “Goeie Belgen zijn veel duurder. Anders waren tachtig procent van de A-kern Belgen. Ik zou een as van Belgen willen: een doelman, een verdediger, een middenvelder en een spits. We zullen het proberen. Ik hoop dat het lukt.”

Vier jaar al helpt LOSC RMP, de laatste twee seizoenen als meerderheidsaandeelhouder. In die tijd steeg RMP van vierde naar eerste. Maar tegenwoordig staat het project zwaar onder druk omdat LOSC met financiële problemen kampt. “Elke normale Franse club heeft het moeilijk”, zegt Vandamme. “Omdat de laatste jaren de spelerssalarissen geëxplodeerd zijn én omdat supplementaire belastingen het Franse voetbal heel veel pijn doen. Bovendien zijn wij ernstige mensen. Daarom installeerden we binnen de profliga met het DNCG (Direction nationale du contrôle de gestion, nvdr) een onafhankelijke commissie om op de rekeningen van de Franse profclubs toe te zien. We moeten erg opletten wat we doen, maar we zullen overleven. Dankzij onze jeugdopleiding en intelligente rekrutering zullen we eruit geraken. Jonge spelers gaven ons altijd al zuurstof.”

Maar net de samenwerking met RMP kadert in die ontwikkelingsstrategie van jonge spelers. Het biedt LOSC de kans zijn beloften op een hoger niveau wedstrijdervaring te laten opdoen dan in zijn tweede elftal in de Franse vierde klasse. “Het is een prachtig project, ik hoop dat het nog jaren blijft duren”, aldus Vandamme. “Maar het kost geld, elk jaar meer dan een miljoen euro, én het kost ook tijd om voldoende return te creëren. Economische problemen kunnen ervoor zorgen dat je niet alles kunt ontwikkelen wat je volgens de sportieve strategie zou willen ontwikkelen. Zoals ik al zei, moeten we langs de DNCG passeren, halverwege juni, en daar wordt veel beslist: welke speler kunnen we nog houden en welke niet? In welke mate kunnen we nog voortdoen met Moeskroen?”

De voorbije jaren gaf ook de verkoop van spelers LOSC zuurstof. Onder meer die van Eden Hazard aan Chelsea. En nu is er Divock Origi, die al in verband werd gebracht met Liverpool en Arsenal. “Op dit moment is er absoluut niks”, verzekert Vandamme. “Divock is echt wel een groot talent, maar moet nog veel leren en zich verder ontwikkelen.”

Niet alleen het oordeel van de DNCG kan een schaduw werpen over het project met RMP. Er is ook het feit dat de aandelen van meerderheidsaandeelhouder Michel Seydoux te koop zijn. KV Oostendebaas Marc Coucke deed al een bod, eerst alleen en daarna met een groep. “De voorzitter wil de club al twee jaar verkopen en er klopten al veel kandidaat-kopers op de deur, maar hij is er nog altijd”, besluit Vandamme. “Het gaat niet alleen om geld. Hij wil vooral dat LOSC in goeie handen overgaat.”

DOOR CHRISTIAN VANDENABEELE

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content