AA Gent gaf tegen Anderlecht in extremis de zege nog uit handen. Piet den Boer nam de thuisploeg onder de loep.

Is AA Gent op basis van wat ze tegen Anderlecht toonden een titelkandidaat? Piet den Boer: “Gent kan een titelkandidaat zijn, als ze door schorsingen of blessures bepaalde spelers niet moeten missen. Ik denk dan vooral aan twee spelers: Milos Maric en Bojan Jorgacevic. Maric bepaalt het tempo van Gent, hij is een soort regisseur. Toen hij wegviel, werd Gent minder, vooral qua voetballend vermogen en rust in het elftal. De pressing die ze in de eerste helft naar voren zetten, raakten ze kwijt.

“Voorin heeft Gent problemen met de balvastheid. De spitsen zetten ook minder druk naar voren. Op de duur zag je Maric terugzakken, waardoor Anderlecht – na de twee wissels – kon opschuiven, met een goed invallende De Sutter, die heel beweeglijk was. De centrale verdedigers van Gent hadden meer moeite met Frutos en De Sutter dan met Lukaku hoewel die geen slechte wedstrijd speelde. Toen Maric eruit was, kon op het middenveld niemand meer de bal vasthouden en voorin werd er helemaal geen bal meer vastgehouden.”

Je gaf geen goeie punten aan de Gentse spitsen.

” Coulibaly scoorde wel, maar ik vond de Gentse spitsen tegen Anderlecht niet goed. Coulibaly zakt volgens mij te veel terug naar het middenveld. Leye werkt zich kapot, maar heeft nog coaching nodig, bijvoorbeeld over hoe je naar de goal loopt. Ook hij voetbalt nog te veel op gevoel.

“Gent trapte het eerste halfuur die bal alleen maar naar voren. Als je dan twee spitsen hebt die mekaar begrijpen, ben je razend gevaarlijk, maar ze liepen tegen mekaar op. Als je de lange bal hanteert, moet altijd een van de spitsen in de rug van de ander diep gaan. Omdat dat niet gebeurde, kwam die bal snel weer terug. Die slimheid mist Gent nog. De twee spitsen moeten leren de bal vast te houden. Gent heeft niet echt een targetspits. Op Mechelen zag ik ze iets meer op de counter spelen. Dat lukte goed, want die mannen voorin hebben wel snelheid, en Mechelen gaf achterin bij het aanvallen meer ruimte weg dan Anderlecht deed. Zelfs toen het in de slotfase naar voren drong, bleef de organisatie bij paars-wit overeind.”

Zie je in de manier waarop Gent speelt de hand van de trainer?

“Je ziet in elk geval bezieling. Ze werken voor mekaar. Het is een leuke ploeg om te zien, ze kunnen goed voetballen, maar ze willen ook knokken. Wat Preud’homme goed deed, was Lukaku uit de zestien houden. Daardoor konden de voorzetten niet voor gevaar zorgen.

“Gent kan best twee systemen aan, het is geen counterploeg. Als ze meer ruimte krijgen, zijn ze wél gevaarlijker. Alleen moet je in topwedstrijden de slimheid erbij hebben. Maric heeft die slimheid, Bernd Thijs, die achter hem het vuile werk schitterend opknapte, heeft dat ook. Voorin heeft Gent die slimheid niet, terwijl bij Anderlecht Boussoufa geen goeie wedstrijd speelt maar bij momenten toch rust brengt.”

Sturende spelers

Maric is tegelijk het sterke en het zwakke punt van Gent.

“Ja. Ik vind hem goed en leuk om naar te kijken. Hij heeft een heel vrije rol, maar wat ik extra aan hem apprecieer, is dat hij ook voor het elftal werkt. Hij recupereert ballen, tackelt zelfs, terwijl hij ook ruimte voor zichzelf kan creëren. Alleen moet je daar iets voor en iets achter zetten. Achter hem staat Thijs. Zet hem achter twee spitsen die ook een een-tweetje kunnen opzetten, die afhaken en weer diep gaan. Dan kan hij een mooie speler worden voor de Belgische competitie. Het probleem is dat Gent nu afhankelijk van hem is. Als hij het niet doet, hoe overbrug je dan die veertig, vijftig meter van achteren naar voren?”

Welke andere spelers van Gent kunnen volgens jou doorgroeien naar de top?

“Het centrale verdedigende duo achterin deed het goed. Stef Wils viel me jaren geleden al op. Een heel lieve jongen maar keihard in de duels, al heeft hij tegen Anderlecht correct gespeeld. Wils zou best een stapje hoger kunnen zetten. Hij heeft kracht, is groot, is sterk in duels en zoekt simpele oplossingen. Als je dat allemaal hebt als verdediger, ben je al heel ver. Ik vind hem onder Michel beter geworden, maar hij kan nog verder doorgroeien.

“De keeper vind ik ook goed, een mooie atleet met uitstraling. Maar op twee, drie plaatsen kan het nog beter wil Gent top zijn in België. Ze missen sturende spelers, ook al hebben ze nog aardige voetballers achter de hand. Van zo’n El Ghanassy heb ik op Mechelen best genoten, dat is zo’n speler waarvoor de mensen naar het stadion komen, die met één beweging drie man in de wind zet. Alleen kon je die tegen Anderlecht niet inzetten, want als er een lange bal komt, kan hij die ook niet vasthouden. Rechtsachter Rosales vond ik opbouwend niet slecht, maar verdedigend gaf hij Boussoufa te veel tijd zodat hij elke keer die voorzetten kon geven. Custovic vond ik geen goeie wedstrijd spelen.”

Besluit: Gent is een ploeg voor play-off 1, maar nog niet voor de titel.

“Wil je kampioen spelen, moet je elke week twee spelers in je elftal hebben die een zeven of een acht halen, en moeten de anderen een zes spelen. Tegen Anderlecht vond ik Maric een zeven, samen met de twee centrale verdedigers en de keeper. Thijs was een zes en een half, de rest een zesje. Gent heeft een goed elftal met kracht, maturiteit, ervaring en gestalte. Voor plaats twee en drie kan het meedingen, voor de eerste plaats moeten ze wat bijhalen: een goeie verdediger aan de zijkant, op het middenveld een meer bepalende speler naast Thijs en Maric, plus een goeie spits. Toen Jacobs voorin bij Anderlecht meer beweging wilde, bracht hij De Sutter in. Lukaku zat niet best in de wedstrijd. Telkens als hij werd aangespeeld, waren Suler of Wils net iets scherper. Maar als hij de bal had, verloor hij weinig duels, speelde hij terug met de binnenkant voet. Hij is technisch sterk, heeft kracht. Dat wordt echt een topper.”

door geert foutré

“Gent heeft niet echt een targetspits.”