Mazzu wint aan krediet

© belgaimage

Kampioen KRC Genk heeft onder de nieuwe trainer Felice Mazzu zijn start niet gemist. Met dank aan de nieuwkomers Ianis Hagi en Benjamin Nygren, en enkele onverwachte blijvers.

Het is bijna middernacht op zaterdag 20 juli wanneer Sander Berge de mixed zone van de Luminus Arena binnen wandelt. Hij heeft een dik uur tevoren na de landstitel ook zijn tweede prijs met KRC Genk gewonnen, de supercup. Iedereen wil van hem horen of het zijn laatste prijs met de Limburgers is geweest, en wat eventueel zijn nieuwe bestemming wordt.

Een logische vraag. Al een jaar geleden vreesde Genk dat Berge voor het eind van de zomermercato weg zou zijn. Dat dacht hij zelf ook lang, maar naarmate de eerste wedstrijden elkaar opvolgden, kreeg de Noor steeds minder zin om te vertrekken, omdat hij merkte hoeveel kwaliteit er op het veld stond, hoe veel honger er in het team school en hoe fijn de mentaliteit was.

Na de titel meldde het bestuur dat enkele spelers (Berge, Samatta, Trossard) weg mochten bij het juiste bod. Sander Berge verlengde niet eens meer de huur van zijn appartement, een duidelijk signaal dat hij niet meer rekende op een terugkeer naar Genk. Maar na zijn vakantie bood hij zich gewoon weer op training aan, en ging hij bij leeftijdsgenoot Joakim Maehle inwonen, met wie het ook naast het veld goed klikt. ‘Ik moet in ruil wel elke dag voor hem koken’, zuchtte Berge.

Ianis Hagi moet fysiek nog groeien, maar kan intussen wel op elk moment voor een flits zorgen.

In het duel om de supercup was de Noor samen met de nieuwe kapitein Sébastien Dewaest, die twee keer scoorde, alomtegenwoordig en dé man op het veld. Telkens het tempo stokte en hij geen ploegmaat vrij vond, ging hij zelf, bal aan de voet, op wandel. Hij slalomde langs één, twee tegenstanders, die hem probeerden uit balans te brengen, maar zelf tegen de grond gekwakt werden, zonder dat de Noor ook maar een halve fout maakte. Het zorgde voor ooh’s en aah’s en op de tribunes, ook op de persbanken. Hier liep geen speler die tegen zijn goesting zijn laatste dagen bij zijn oude club sleet, maar een voetballer die, mocht hij blijven, een topkandidaat wordt om de Gouden Schoen te winnen. Dé vraag is: staat een derde prijs in België winnen nog in Sander Berges planning?

Vragen over zijn onmiddellijke toekomst schudde hij die avond even vlot van zich af als de Mechelse middenvelders op het veld kort daarvoor: ‘Die vraag wordt nu al twee jaar gesteld, sinds ik hier ben, en ik ben hier nog. De club weet wat ik wil, en ik weet wat de club wil.’ En als zo’n transfer niet lukt? ‘Dan neem ik hier mijn verantwoordelijkheid. De Champions League is iets waar iedereen als kind van droomt.’

Een week eerder sijpelde op het trainingskamp in het Noord-Limburgse Horst, zo’n uurtje rijden van Genk, voor het eerst de hoop door dat Berge misschien toch niet vertrekt. Hij zou neen gezegd hebben tegen een club uit de Premier League (Sheffield United).

Het is simpel, zegt TD Dimitri de Condé. ‘Er zijn aanbiedingen voor Sander, maar hij staat niet open voor een club uit de lagere regionen in de Premier League. Sander kreeg nog geen aanbieding die voor hem een enorm veel betere keuze is dan het CL-verhaal met Genk. Mocht die er toch komen, en het bedrag is wat wij verwachten, dan mag hij gaan, maar in dat geval gaan we hem niet vervangen. Komt die aanbieding er niet, dan zet hij hier een volgende stap, als leider op het veld, in de Champions League. Op zijn leeftijd zijn dat ook twee uitdagingen die kunnen tellen. Vergeet niet dat Sander nog 22 moet worden.’

Ally Samatta speelde gewoon mee tegen Kortrijk, ook al ging iedereen ervan uit dat hij zou vertrekken.
Ally Samatta speelde gewoon mee tegen Kortrijk, ook al ging iedereen ervan uit dat hij zou vertrekken.© belgaimage

Vrijdag had Berge het in de eerste competitiematch tegen KV Kortrijk al een stuk moeilijker om door de vijandelijke linies te wandelen. Meteen merkte hij hoe tegenstanders in België spelers die belangrijk zijn, proberen te neutraliseren. Vorig jaar was dat bij Genk het lot van Alejandro Pozuelo, Roeslan Malinovski en Leandro Trossard. Nu is hij aan de beurt.

Samatta

Toen onze nieuwe Competitiespecial vorige week uitkwam, grinnikte men in en rond Genk even. De dikste was hij wel, de meest complete niet. Ally Samatta, de topschutter uit de Jupiler Pro League, stond er niet eens in.

Een week voordien maakte dit blad de Genkse selectie. Van de 33 namen moesten er nog vijf geschrapt worden. Eerder gaf de club zelf aan te streven naar een spelerskern van 24 man, plus de doelmannen. Duidelijk was toen nog niet wie zou uitgeleend worden, al stond het zo goed als vast dat Dante Vanzeir, die meer speelminuten beoogde, daarbij zou horen.

Samatta was toen net terug na een erg korte vakantie volgend op de Afrika Cup. Op dat moment ging iedereen bij Genk er nog van uit dat Samatta uit Limburg zou vertrekken. Dat was hem ook beloofd, bij een goed bod.

Maar vorige week voelden de Genkse clubverantwoordelijken bij de Afrikaanse spits niet meteen de urgentie om snel zijn koffers te pakken. ‘Bij Ally heb ik niet het gevoel dat het heel snel zou gaan’, meende De Condé na de eerste gesprekken bij de terugkeer van de Tanzaniaan. ‘Het is niet zo dat hij gezegd heeft: ik wil hier weg. Op dit moment loopt hij hier met een grote smile rond en stelt volop vragen over de Champions League. Ally heeft maar één wensbestemming. Als hij een goeie aanbieding krijgt van een Engelse club, is hij weg. Allemaal gunnen we Ally een transfer naar de Premier League.’

Bij de competitiestart heeft Genk al 17.500 abonnementen verkocht. Dat toont het vertrouwen in het nieuwe team.

Dat die aanbieding uitblijft, heeft ook te maken met de status van het land van herkomst van de speler. In de Premier League is, in tegenstelling tot bijvoorbeeld hier in België, niet elke buitenlander welkom. Alleen spelers uit de EU hebben, op zijn minst tot de Brexit, automatisch vrij toegang tot de voetbalcompetitie, plus voetballers die minstens twee derde van de A-interlands van hun land van de afgelopen twee jaar afwerkten. Maar dat geldt alleen voor landen boven aan de FIFA-ranking, zoals bijvoorbeeld voor Berge, die met Noorwegen op plaats 50 staat. Het Tanzania van Samatta staat slechts op plaats 137, en van landen met zo’n lage ranking zijn spelers enkel welkom wanneer ze een super hoog loon krijgen, waaruit hun sportieve waarde blijkt, of wanneer ze gedelibereerd worden door een speciale commissie die zich buigt over de meerwaarde van zulke spelers.

Als Samatta vertrekt, haalt de kampioen minstens één, waarschijnlijk twee vervangers, zegt De Condé: ‘Wij willen drie competitieve spitsen, met Ally of zijn vervanger.’

In afwachting stond de topschutter, net als een week eerder in de supercup, gewoon aan de aftrap van de eerste competitiewedstrijd. Het zegt alles over de ingesteldheid van de Tanzaniaan. Samatta, die met zijn land op de Afrika Cup in de eerste ronde uitgeschakeld werd, nam amper twaalf dagen vrij, waarna hij zich weer naar Genk haastte om er zo snel mogelijk wedstrijdfit te geraken.

Zaterdag was hij al wat meer aanwezig in het spel dan de week daarvoor. Snediger, een paar keer gevaarlijk voor doel, maar vooral erg gretig.

Als hij op 2 september (dan sluit de mercato in België en in Engeland) nog bij Genk voetbalt, gaat iemand op de redactie van dit blad dertig keer extra pompen.

Hagi

Vrijdag toonde een enorme tifo aan Tribune Zuid hoezeer de Luminus Arena van zelfvertrouwen blaakt: ‘Kampioen ’18-’19, ja de beste club van België dat zijn wij’.

Bij de competitiestart heeft Genk al 17.500 abonnementen verkocht, meldt de stadionomroeper net voor de aftrap trots. Een jaar eerder waren er dat op hetzelfde tijdstip 15.200. In 2013/14 bedroeg dat aantal nog 18.000, maar toen waren de prijzen na de sluiting van Ford Genk ook aanzienlijk verlaagd.

Zo’n aantal toont het vertrouwen in het nieuwe team, al zal het ook te maken hebben met de voorrang die de abonnees straks krijgen voor de plaatsen bij de Champions Leaguematchen, waarin Genk toch een paar kleppers verwacht.

Aanvankelijk wordt er al eens gemord wanneer een actie mislukt. Naarmate de thuisploeg meer druk zet, verbetert de stemming. Hét moment van de wedstrijd is de invalbeurt van de alom geprezen Ianis Hagi, die al bij zijn eerste balcontact scoort en de winning goal maakt.

Het maakt het rugzakje waarmee de Roemeense middenvelder rondloopt meteen een stuk lichter. Over dat verwachtingspatroon maakte men zich bij Genk al een beetje ongerust, nadat berichten uit Roemenië als zou zijn transfer 8 miljoen euro gekost hebben, ook de Belgische media binnen sijpelden. Doorgaans geeft Genk principieel nooit cijfers, evenmin reageert het op cijfers, maar nu benadrukte de club toch dat dit transferbedrag niet klopt.

Het is dus niet zo dat Genk deze zomer vier spelers haalde die meer dan 5 miljoen euro kostten. Het zijn er maar twee: Théo Bongonda en de Slovaakse middenvelder Patrik Hrosovsky, die pas na zijn Europese verplichtingen met Viktoria Pilsen half augustus in Genk verwacht wordt. Uiteindelijk kon het Ianis Hagi binnenhalen voor een goeie 4 miljoen euro, de helft van het bedrag dat uit Roemenië overwaaide.

Had Viitorul Constanta echt voor het grote geld gekozen, dan had de club van papa Gheorghe Hagi en Giga Popescu hem wel aan een van de andere gegadigden verkocht, weet men in Genk.

De speler koos voor het sportief project van Genk boven het grote geld elders, bevestigt De Condé, die in november al eens contact had met Hagi senior omtrent Ianis. Dat ging toen niet door omdat Genk op die positie Pozuelo en Malinovski nog had.

Toen Gheorghe Hagi en Giga Popescu later opnieuw naar Genk afzakten, gaf De Condé zichzelf weinig kans. Hij vreesde dat de voormalige voetbaltoppers eisen zouden stellen waaraan Genk niet kon voldoen en dat ze zouden opteren voor een meer prestigieuze Europese topclub. Maar 24 uur later haalde Genk het na boeiende voetbalgesprekken toch. Dat is de verdienste van de speler zelf, benadrukt De Condé. ‘Vooral de nuchterheid van Ianis heeft in dit dossier de doorslag gegeven. Het is een heel verstandige jongen, die zijn eigen weg wil maken, zijn eigen naam wil maken. Ianis weet goed wat hij wil. Hij wilde niet nog eens de fout maken om te snel stappen te zetten.’ Op zijn vijftiende trok Hagi junior al eens naar Fiorentina, maar hij kwam daar in twee jaar maar aan twee wedstrijden met de A-ploeg. ‘De Serie A heeft niet de traditie om jongens van zestien of zeventien te laten spelen op topniveau. Ook wanneer zo’n jongen naar Manchester of Barcelona gaat, is dat met een ander plan dan hier.’

Voorlopig is Hagi niet klaar om de ploeg negentig minuten te dragen, weet Genk. Hij moet de komende weken nog fysiek groeien, maar kan intussen wel op elk moment voor een flits zorgen zoals vrijdag met die goal tegen Kortrijk.

Van Hagi verwacht blauw-wit creativiteit. ‘Hij leeft van assists en passes tussendoor, of met een lange bal iemand voor doel zetten. Dat vindt hij allemaal plezanter dan zelf scoren’, zegt De Condé. Maar de vreugde bij zijn eerste, beslissende goal, was toch groot, bleek vrijdagavond onder het goedkeurend oog van papa en mama Hagi.

In afwachting verbaast men zich bij de Limburgse topclub over het gemak waarmee de speler zich inpast. Zowel qua taal (hij spreekt niet alleen Roemeens en Italiaans maar ook vloeiend Engels) als op het trainingsveld imponeert hij. Wanneer Mazzu aan de rechterkant iemand vraagt voor de vrije trappen, biedt hij zich spontaan aan en trapt perfecte ballen. Maar ook vanop links trapt hij ze even secuur als met zijn rechtervoet. Straffe gast.

Na de openingswedstrijd, waarin Genk moeizaam startte maar na een sterke tweede helft terecht het laken naar zich toe trok (2-1), richt Felice Mazzu zich op de persconferentie met de glimlach richting collega-trainer Yves Vanderhaeghe.

Mazzu heft zijn pintje en zegt: ‘Gezondheid!’

De verslaggever van Het Belang van Limburg corrigeert hem: ‘Hier in Limburg zeggen we santé, hoor.’

Mazzu lacht en neemt een slok.

Nu nog leren praten met een zachte ‘g’ en hij is thuis.

Evolutie, geen revolutie

Liefst acht spelers van het Genkse kampioenenteam bracht Felice Mazzu aan de aftrap van de eerste competitiewedstrijd, in hetzelfde tactische systeem als zijn voorganger (4-3-3). Het hadden er zelfs negen kunnen zijn, had hij de voorkeur gegeven aan de Colombiaan Jhon Lucumi, een van de pijlers in de laatste maanden van de vorige competitie. Maar Lucumi, die laat aansloot na zijn verblijf op de Copa América, bleef aan de kant, ten voordele van zijn landgenoot, nieuwkomer Carlos Cuesta, die in de hele voorbereiding een goeie indruk liet.

Verder bleven de Genkse automatismen, met nog steeds Ally Samatta in de spits en Sander Berge iets dichter voor de verdediging dan vorig jaar. Behalve op de linkerflank. Daar maakt Manuel Benson, die bij afwezigheid van de geblesseerde Théo Bongonda opnieuw voluit zijn kans kreeg, nog niet de acties die men er van Leandro Trossard gewend was. Benjamin Nygren, naast Cuesta de enige echte nieuwkomer aan de aftrap, zoekt ook nog naar automatismen, maar scoorde in zijn eerste competitiematch voor Genk meteen, net als die andere nieuwkomer, Ianis Hagi, die in het slotkwartier inviel.

Zo bezorgde Mazzu zich met een goeie competitiestart ook in de tribunes en bij de buitenwereld een stuk extra krediet, dat hij binnen de club al verkregen had door zijn warme aanpak. Dat de trainer voortbouwt op wat goed was, pleit voor evolutie en niet voor revolutie. Dat hij zichzelf niet te veel op het voorplan zet, maar zijn voorganger en zijn spelers alle lof gunt, heeft hem eveneens goeie punten opgeleverd.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier