In het spoor van de Rode Duivels op stage in de VS. Mooi meegenomen, zo’n trip die vooral bedoeld was om eens in een andere omgeving het hoofd leeg te maken na een zwaar seizoen. Om dan straks, tegen Servië, nog één keer te knallen.

Drie weken zonder wedstrijd, hoe breng je die door? Met dat probleem worstelde Marc Wilmots, inmiddels iets meer dan een jaar aan het hoofd van de nationale ploeg. Een jaar geleden rond deze tijd nog als interim aan de slag tegen Montenegro (2-2) en Engeland (1-0-verlies), nu met een voorlopig nagenoeg foutloos parcours op weg naar Brazilië.

Wilmots loste het probleem op met een stage. Geen klassieke, in Knokke, De Panne of in Spa. Neen, dan loopt deze groep na vier dagen de muren op. Wel een stage in de VS, gekoppeld aan een oefenmatch tegen de Verenigde Staten, zelf later in juni ook nog knokkend voor een plaats op de World Cup. Scheidt de Belgen nog één kwalificatie-interland (op 7 juni tegen Servië) van vakantie, dan moeten de Amerikanen na de match tegen de Rode Duivels nog liefst vier keer aan de bak. Eerst voor een galamatch tegen Duitsland, naar aanleiding van het honderdjarig bestaan van de bond, en daarna qualifiers: in Jamaica (7 juni) en thuis tegen Panama (11 juni) en Honduras (18 juni). Pas daarna kunnen SachaKljestan en co rust nemen.

Een oefenmatch tegen een ploeg in volle voorbereiding, het leek Wilmots niet mis. Zeker niet als je er wat stadstripjes naar New York als lekkers aan toe kunt voegen. Want ook al wordt de wedstrijd (vannacht om 2 uur Belgische tijd) in Cleveland gespeeld, voor een basiskamp koos Wilmots slim genoeg wel voor het meer mondaine New York City. Of toch in de buurt, op een uurtje rijden van de Big Apple, in de groene long van New Brunswick (New Jersey), de geboorteplaats van Michael Douglas. Het lijkt hier op het eerste gezicht niet slecht leven. Steven Defour omschreef het zondag als “mooi meegenomen”, al viel het weer de eerste dagen wat tegen, werd de rust in het hotel wat verstoord door een vierdaags Indiaas huwelijk met veel zang, dans en muziek, en vonden de meeste Duivels het baseball dat ze zaterdag in groep bezochten toch wel wat saai. “Twee, drie uur waarin weinig gebeurde, want meestal werd er nog naast de bal geslagen ook.”

De jetlag namen ze er maar bij. Jetlag die op een wetenschappelijke manier (met lichtgevende brillen) werd bestreden. Ook dat is de nationale ploeg anno 2013: alles wordt wetenschappelijk benaderd, niks aan het toeval overgelaten. Het oefencomplex van de Rutgers University werd vooraf door twee mensen van de bond bezocht en gescreend. Een van de eerste dingen die Lieven Maesschalck constateerde toen hij bij de werking van de Rode Duivels werd gehaald, was dat er… te hard werd getraind. Dat is inmiddels aangepast. Zijn rol in de nationale ploeg wordt door Wilmots constant geloofd, ook nu weer. De bondscoach gelooft zo hard in zijn medische rechterhand dat die zelfs op de bank in zijn buurt zit en mee bepaalt wanneer er gewisseld moet worden. De meerkost van het medische departement recupereert de bond voor een deel via sponsoring.

Opkikker

Deze Rode Duivels zijn een bende generatiegenoten die samen al wat watertjes hebben doorzwommen. Maar toch wil Wilmots, die zijn spelers voor het eerst wat langer bijeen heeft, ze op deze trip testen. Hoe ze omgaan met lange vliegtuigreizen, met leven en werken buiten Europa, discipline, mentaliteit. Als ze naar Rio willen, moeten ze niet klagen over wat jetlag op het einde van een fysiek lang seizoen. Mentaal en fysiek benzine tanken, zo omschrijft de bondscoach de trip naar de VS. Een les in nederigheid ook voor die twee nieuwe jongeren, Thorgan Hazard en Maxime Lestienne, die ondervinden dat het niveau van de trainingen bij de nationale ploeg nog wel wat hoger ligt dan in de Jupiler League.

Mentaal tanken, dat kunnen een paar jongens vandaag/woensdag ook op het veld. Simon Mignolet onder meer, die in Engeland elf keer de nul hield, maar met Sunderland een heel jaar tegen de degradatie moest knokken. Dat woog, want hij wist: “Elke fout was kapitaal.” Nu Thibaut Courtois nog met Atlético aan de slag is en pas volgend weekend aansluit, kan hij zich tonen.

Ook Thomas Vermaelen moet zich dezer dagen wat opkrikken aan de Rode Duivels, want voor het eerst in zijn carrière kent hij tegenslag. Bankzitter bij Arsenal. “Teleurstellend.” Veel wil hij er niet over zeggen, een gesprek met de trainer over wat er precies fout gaat, bracht wel duidelijkheid, maar: “Dat moet intern blijven. Maar ik heb het gevoel dat de dingen snel kunnen keren. Ik heb nog altijd vertrouwen in mezelf.”

Start hij tegen de VS? Allicht wel. Hij was ook basisspeler tegen Macedonië, uit zelfs de aanvoerder, wedstrijden die voor hem “op een goed moment kwamen”, geeft hij toe. En aangezien Wilmots spelers tegen de VS ritme wil laten opdoen… Vermaelen looft het positivisme rond de nationale ploeg, de uitdagingen, de boost van het publiek. “De hele ploeg wordt beter, spelers ontwikkelen zich verder. Dat stadion, al dat volk achter ons… Ik heb het nog anders geweten, tegen Turkije, tegen Bosnië.” Hij roemt de eenheid binnen deze ploeg. “Respect voor elkaar, respect voor de achtergronden. Peking, de Olympische Spelen, het belofte-EK in Nederland, dat zijn goeie ervaringen geweest, dat neem je mee.”

Marouane Fellaini speelt op de 6, verklapte Wilmots zondagmiddag al een stukje van zijn strijdplan, een 6 in de rug van twee offensieve centrale middenvelders. “Ik wil zien hoe hij zijn positie houdt.” Ook Fellaini kan een opkikker bij de nationale ploeg tegen de VS goed gebruiken. Fellaini: “Mijn laatste jaar bij de nationale ploeg was niet mijn bes-te. Dat is onderdeel van een carrière, je hebt hoogtes en laagtes. Voor mijn club was het heel goed, ik speelde hoger, vandaar meer goals, maar in de nationale ploeg was het minder.” Hij wijst naar de concurrentie. “Niet alleen in de as, overal. Je moet dat aanvaarden.” Maar of hij ermee kan leven? Schouderophalend: “Ik ga naar de World Cup, ik vind dat niet moeilijk om te accepteren.”

Wat voor Fellaini geldt, geldt ook voor Steven Defour, die zichzelf zondag onder druk zette: “Ik wil een basisplaats bij mijn ploeg. Het moet nú gebeuren, ik wil geen jaar meer wachten.” Want Defour beseft: zonder die basisplaats bij Porto kan hij bij de nationale ploeg geen aanspraak maken op meer. Na het gelijkspel tegen Kroatië kwam hij maar één keer meer in de ploeg: vriendschappelijk in Roemenië. Daarna was het voorbij, de concurrentie op het middenveld was ongenadig: De Bruyne, Dembélé, Fellaini, Witsel, Chadli… Vandaar die conclusie. Kortom: heel wat spelers hebben een jaar voor het WK redenen genoeg om deze stage niet al te licht op te nemen en er méér dan een mooie citytrip van te maken. Want dit is duidelijk: in geval van plaatsing wil iedereen straks dat vliegtuig richting Brazilië op.

Eeuweling

Dat willen ook de Amerikanen, die hun eeuwfeest vieren en in hun kwalificatiegroep momenteel pas vierde staan, terwijl alleen de eerste drie rechtstreeks zijn geplaatst. Het nummer vier moet barragewedstrijden spelen tegen Nieuw-Zeeland. Het was in het Astor House Hotel in New York dat nu iets meer dan honderd jaar geleden de United States of America Football Association werd opgericht. Een verhaal van vallen en opstaan werd het, dat van het Amerikaanse profvoetbal. De ups van de New York Cosmos en de NASL, en vervolgens de downs, faillissementen, een terugkeer naar de amateurstatus. Daarna plaatsing voor het WK’90 en vervolgens een toernooi in eigen land dat de boel opnieuw lanceerde.

Alexi Lalas, nu soccer analist, vroeger een van die enigmatische figuren uit het Team USA van 1994, maakte de extremen in dat jaar aan den lijve mee. Twee weken voor de World Cup zat hij in het vliegtuig naast een oudere vrouw. Ze raakten aan de praat en de vrouw vroeg Lalas wat hij deed. “Ik speel soccer“, zei hij. De vrouw reageerde met: “O, leuk. Maar wat doet u voor de kost?” Toen de World Cup voorbij was, was Lalas een nationale beroemdheid. Twee jaar later zag de MLS het licht.

Gaat het goed met het Amerikaanse profvoetbal? Ja, zeggen zij die het runnen. Exhibitiewedstrijden zoals Chelsea – Manchester City van afgelopen zaterdag in het Yankee Stadium lokken 40.000 mensen. De nationale ploeg won recent vriendschappelijk van Italië en, voor het eerst in haar bestaan, in Mexico. De kwalificatie-interland tegen datzelfde Mexico (0-0) werd op televisie bekeken door acht miljoen mensen en vorig jaar betaalde NBC nog 250 miljoen dollar om de uitzendrechten op de Premier League binnen te halen. De basis bij de jongens wordt steeds breder, alleen aan toppers ontbreekt het de A-ploeg. Clint Dempsey (Tottenham) en Michael Bradley (AS Roma) zijn de vaandeldragers nu Landon Donovan (LA Galaxy) en Carlos Bocanegra (Racing Santander) van het toneel verdwenen.

Gaat het goed met die A-ploeg? Neen, zou je kunnen afleiden uit de kritiek die bondscoach Jürgen Klinsmann dit voorjaar kreeg. In zijn biografie maakte Philippe Lahm brandhout van Klinsmann als coach van Bayern. “We deden weinig meer dan fitness. Tactische zaken werden verwaarloosd. De spelers moesten voor de wedstrijd samen gaan zitten en bepraten hoe we zouden spelen. Na zes tot acht weken wisten we al dat het niet zou werken met Klinsmann. De rest van het seizoen was schade beperken.” Bij de nationale ploeg was dat minder opgevallen, omdat Joachim Löw in 2006 tactische ondersteuning gaf.

Net voor het duel tegen Costa Rica trok het Amerikaanse Sporting News na een rondvraag bij 22 betrokkenen bij de Amerikaanse ploeg dezelfde harde conclusies: te veel bezig met voeding, yoga, IQ-tests en fitness (de Amerikanen sleuren een heuse mobiele gym mee), te weinig met tactiek. Bovendien zijn er kliekjes. Klinsmann, nu bijna twee jaar aan de slag, haalde uit zijn vaderland wat nazaten van Amerikaanse beroepsmilitairen die in Europa een partner vonden. Duits-Amerikanen. Jermaine Jones (nu Blackburn, ex-Schalke), Danny Williams, Fabian Johnson (beiden Hoffenheim), Timothy Chandler (Nürnberg) en Terrence Boyd (Rapid Wien). Ze vormen een groep binnen de groep, was de conclusie, en ze tonen te weinig betrokkenheid.

De kritiek kwam er na verlies tegen Honduras en de bond vond het niet eens erg. Zo werd soccer eindelijk ernstig genomen door de media. Even wankelde de coach, die zijn team “een ploeg in de overgang” noemde. Een zege tegen Costa Rica, 1-0 in een sneeuwstorm, én een gelijkspel in Mexico (0-0), brachten weer wat ademruimte. Maar dat er druk zit op de komende weken is duidelijk.

DOOR PETER T’KINT IN NEW JERSEY – BEELDEN: IMAGEGLOBE

Heel wat Rode Duivels hebben redenen genoeg om deze stage niet al te licht op te nemen.

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content