Felipe Massa speelt niet meer mee.

Het onheilspellende beeld ging de wereld rond, zowat anderhalf jaar geleden: een losgekomen veer van een andere auto die op volle snelheid tegen zijn helm sloeg. Een Ferrari die zich stuurloos in de bandenmuur boorde. De eerste berichten stelden gerust, maar de verwondingen aan schedel en oogkas bleken even later al heel ernstig. Er was een dringende operatie nodig die zijn leven redde, maar tegelijk vraagtekens bij zijn toekomst als F1-coureur zette.

Maar Felipe Massa revalideerde de twijfel weg met grote wilskracht. Dit seizoen stond hij keurig aan de start, met het ene oog nog iets minder open dan het andere, maar klaar om aan het stuur te draaien. “Ik moet Ferrari dankbaar zijn dat ze mijn plaatsje openhielden”, zegt hij nu. Want hoewel Massa zichzelf “opnieuw helemaal de oude” noemt, blijft er scepsis. “Ik voel die twijfel nog altijd”, zegt de Braziliaan. “Velen denken dat ik het niet meer kan. Terwijl ik het in het begin van het seizoen gewoon moeilijk had met dat nieuwe bandentype. Pas in Hockenheim kon ik opnieuw voorin rijden.”

Hockenheim. Het mag best ironisch heten: de fysieke klap die Massa bijna het leven kostte, was niet vernietigend genoeg om zijn wilskracht te breken, maar de mentale opdoffer die hij in juli in Hockenheim kreeg toen Fernando Alonso hem ook openlijk tot luitenant degradeerde, brak hem mentaal middendoor. Massa reed toen aan de leiding, daar in Duitsland. Maar in ronde 48 kreeg hij telefoon van de teamleiding: de Braziliaan moest wijken voor teammaat Alonso, die daar via de boordradio zelf voor gelobbyd had. Een grotere vernedering voor een autoracer, vooral dan als hij Latijns bloed in de aderen heeft, valt nauwelijks te verzinnen. Sindsdien zit de Braziliaan er op iedere persconferentie als een ziel- en lusteloos hoopje ellende bij. Massa besefte immers meteen dat hij, in tegenstelling tot een jaar eerder in zijn ziekbed, voor een strijd stond die hij niet kon winnen.

Alonso hoeft er bij Ferrari immers maar aan te herinneren wie het feest betaalt bij de Italianen. De Spaanse bank Santander is hoofdsponsor van het team met een inbreng van zowat 100 miljoen euro per jaar. En uiteraard betaalt Santander ook nog eens het loon van Alonso. Neem daarbij de twijfel of Massa het na zijn revalidatie nog zou kunnen, boven op zijn moeilijke seizoenstart, en er is niet veel meer nodig om te begrijpen waarom Ferrari als enige van de topteams al vroeg in het jaar alles op één paard zette.

Wie tussen de regels leest – conditio sine qua non om de formule 1 te snappen – begrijpt ook dat Massa herhaaldelijk op zijn juiste plaats werd gewezen. Zoals toen geruchten de komst van Robert Kubica bij Ferrari aankondigden, misschien zelfs SebastianVettel, of ook nog dat Massa zou terugkeren naar Sauber. In de formule 1 zijn er immers twee soorten geruchten: die waarvoor ‘geen rook zonder vuur’ geldt, en andere die bewust worden gelanceerd om iemand te bewerken. De geruchten rond Massa waren veeleer van de tweede soort.

door jo bossuyt

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content