Na de (verloren) bekerfinale met Gent tekende Khalilou Fadiga voor twee jaar bij Germinal Beerschot. Het wordt zijn vijfde Belgische club (hij voetbalde eerder voor Club Luik, Lommel en Club Brugge).

Khalilou Fadiga: “De bekerfinale was een spektakelstuk tussen twee ploegen die er vol voor gingen. Wij voelden dat we Anderlecht konden kloppen, we waren technisch sterker. De ommekeer schrijf ik toe aan de intelligente coaching van Ariël Jacobs die op het goeie moment de juiste wisselspelers inbracht: snelheid op de rechterflank met Thomas Chatelle, extra techniek in het centrum met Ahmed Hassan. Na de wedstrijd kreeg ik complimenten van Herman Van Holsbeeck …”

Die nog even aan jou dacht voor je naar Gent ging.

“Het kwam niet tot een akkoord, maar Anderlechts belangstelling vleide me. Ook Roger Vanden Stock feliciteerde me. Ik wacht nog altijd op een compliment van iemand van Gent. Manager Michel Louwagie gaf ons nadien zelfs geen hand. Ook de voorzitter heb ik niet meer gezien. De fans waren fantastisch. De spelers hebben mekaar gefeliciteerd en daarna was het over. Niemand meer gezien of gehoord van Gent. Bizar …”

Waarom verlaat je Gent?

“Bij mijn komst was de afspraak met Michel Louwagie dat we een maand later aan tafel zouden zitten voor een evaluatie. Ik wacht nog steeds. Hij kwam niet naar mij, ik was niet van plan om voor hem op mijn knieën te gaan zitten. Voor de finale besliste ik dat ik weg zou gaan.”

Wat wacht Michel Preud’homme bij Gent?

“De problemen van het Belgische voetbal.”

Hoe bedoel je?

“Na mijn vorige verblijf hier voetbalde ik lang in het buitenland. Er is talent in de eerste klasse maar je merkt dat het niveau enorm gezakt is. Er is geen nationale ploeg meer die respect afdwingt. Men moet hier dringend alles in vraag stellen. Gent heeft een goeie ploeg, maar Preud’homme gaat zijn ogen opentrekken. Qua werkomstandigheden krijgt Gent nul op tien. Op het trainingscentrum loop je tot de enkels in de modder, de vestiaires zijn afgeleefd. Ik vind de achterstand die opgelopen is opmerkelijk. Iedereen constateert het, maar de clubs doen er niets aan. Preud’homme zal snel het verschil zien tussen Gent en Standard, dat tien jaar voorsprong heeft genomen op de andere Belgische clubs. Zolang Belgische clubs niet in normale omstandigheden kunnen trainen, wordt het niets op internationaal niveau. België heeft 18 Academies Robert Louis-Dreyfus nodig. Zoniet wordt de kloof met de rest van Europa alleen maar groter.”

Waarom ga je naar Germinal Beerschot?

“Ze wilden me heel graag. In Qatar kon ik het dubbele verdienen, maar ik wilde dicht bij mijn familie blijven. Andere clubs toonden ook interesse maar Germinal Beerschot speelde korter op de bal. Ik wilde ook nog eens met Harm van Veldhoven werken. Van geen enkele speler die met hem werkte, hoor je een negatief woord over hem. Ik kende alleen maar vaderlijke figuren als trainer. Raphaël Quaranta, Erik Gerets, Trond Sollied, Guy Roux, Bruno Metsu (in de nationale ploeg) en Harm zijn trainers-vrienden, geen vrienden-trainers.”

Hoe bedoel je?

“Trainers als Harm beschermen hun spelers. In ruil weten de spelers waar de grens ligt. Die scheidingslijn is vager met een trainer met wie je bijvoorbeeld bevriend bent of samen speelde. Wanneer stopt die met jouw vriend te zijn en wordt die je trainer?”

Jacky Mathijssen vertelde dat je bij Lommel altijd twee minuten te laat kwam op training.

“Omdat ik met de fiets kwam?”

Omdat er een reeks op tv was.

“Om met een goed gevoel de dag te beginnen keek ik eerst naar de avonturen van Tom Sawyer. Mijn leven is ook een avontuur, van de probleemwijk Goutte d’Or in Parijs, via Luik waar alles voor mij begon.”

DOOR PIERRE BILIC

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content