Nog half slaapdronken knalde de Sporza-app mij de harde waarheid in het gezicht. “Start Ronde van Vlaanderen verhuist van Brugge naar Antwerpen”, las ik, meteen klaarwakker.
Voor de tweede keer in vijf jaar tijd ondergaat Vlaanderens Mooiste een ingrijpende gedaanteverwisseling. Na de verbijsterende schrapping van de legendarische Muur van Geraardsbergen en de verlegging van eindmeet Meerbeke in 2012 moet nu dus startplaats Brugge eraan geloven. Het historische karakter van de Ronde brokkelt zo weer wat verder af. De Muur werd destijds geslachtofferd voor een ware criteriumdans in Oudenaarde. Drie beklimmingen van het duo Paterberg-Oude Kwaremont moesten de grandeur van de kasseipuist in Geraardsbergen doen verbleken. Het moest de koers nog spectaculairder maken. Ondanks het ronkende palmares van de eerste vijf winnaars van de Ronde 2.0 (Boonen, Cancellara, Kristoff en Sagan) ging de wedstrijd net veel langer op slot. De grote kanonnen spaarden zich tot het laatste lusje om dan de kaarten op tafel te leggen. De attractiviteit van de koers en de aanvalslust van de mannen van de tweede rij werden op deze manier danig in de kiem gesmoord.
Een andere belangrijke reden voor de verhuis was natuurlijk de invoering van de op geldgewin gerichte vipdorpen. Ze schoten op de flanken van de Oude Kwaremont als paddenstoelen uit de grond. De helft van de daar aanwezigen dartelt op hoge hakjes en zwaar opgedirkt door de tenten, nog net beseffend dat een koersfiets twee wielen heeft.
En nu moet het historische stadscentrum van Brugge dus plaatsmaken voor de skyline van Antwerpen. De naam Ronde van Vlaanderen behoudt zo enkel nog de symbolische betekenis. De tocht door de Vlaanders wordt naar het verleden gekatapulteerd. Vooral de uitspraak van koersdirecteur Wim Van Herreweghe op Radio 1 frappeerde. Volgens hem had de verhuis naar ’t Stad niets met geld te maken. Ik heb de radio meteen uitgezet. Bij wijze van compromis smokkelen ze de Muur in 2017 terug in het parcours. Op 95 kilometer van de finish, een degradatie tot zoveelste hellinkje in de lange rij. Een wielermonument onderscheidt zich vooral door de ijkpunten in de koers, allen ontegensprekelijk verbonden aan hun voorjaarsklassieker. Prachtige hindernissen die allemaal één keer worden bedwongen en op volle kracht, niet meerdere keren en spaarzaam met de brandstof in de tank.
Het kan nochtans anders. Een week later wordt er al sinds mensenheugenis een wielermonument verreden tussen Compiègne en een velodroom in Roubaix. Het opzet is eenvoudig: 250 vlakke kilometers, waarvan iets meer dan 50 over een hoop inderhaast bijeen gegooide, schotse en scheve kasseien. De simpelste der voorjaarsklassiekers, maar veruit de mooiste. Vergelijk even de laatste twee edities op 95 kilometer van de finish. In Parijs-Roubaix zat ik op het puntje van mijn zetel. Martin en Boonen denderden toen op full speed door het Bos van Wallers, Cancellara en Sagan reden vanaf dan enkel nog in het defensief. In de Ronde zat ik knikkebollend toe te kijken…
Natuurlijk zullen we ons weer aanpassen aan de nieuwe situatie. Maar dat het ten koste gaat van een stukje Vlaams wielererfgoed doet me toch pijn aan het hart. Naar de integrale uitzending van de start kijk ik volgend jaar alvast niet. Zie het als een stil protest van een naïeve Vlaamse wielernostalgicus.
Al uw reacties en sportgerelateerde zoekertjes zijn welkom bij Sport/Voetbalmagazine, Raketstraat 50 bus 5, 1130 Brussel of via e-mail : sportmagazine@roularta.be. De redactie behoudt zich het recht voor teksten in te korten of te weigeren. De schrijver moet zijn naam en woonplaats vermelden.
Tom Vansteenwegen, Sint-Huibrechts-Hern
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier