“Ik moet dringend WorldTourpunten verzamelen. Anders haal ik me veel stress van de ploeg op de hals.” Aldus sprak Philippe Gilbert voor de Giro, toen hij door valpartijen in het voorjaar slechts drie puntjes totaliseerde. Na een goeie week koersen in de Laars staat de teller echter nog altijd maar op zeven (dankzij een derde plaats in de derde rit). Tom Boonen kon de blanco WorldTourscore waarmee hij aan de Giro begon zelfs met nog geen enkel punt aandikken. Slecht nieuws voor de Belgische landenranking in de WorldTour, want voor de Giro was ons land afgegleden naar de achtste plaats met 376 punten. Weliswaar slechts drie minder dan Italië en evenveel als Groot-Brittannië, en met vrij grote voorsprong op Duitsland (9e, 248), Noorwegen (10e, 237) en Polen (11e, 228).
Toch maakt bondscoach Carlo Bomans zich stilaan ongerust, want een land dat op 15 augustus buiten de top tien valt, krijgt slechts zes in plaats van negen tickets voor het WK in Richmond (VS). Zoals ook alleen de top vijf in het landenklassement, weliswaar op het einde van het seizoen, recht geeft op vijf rugnummers voor de olympische wegrit in 2016.
Volgens de huidige stand zal Bomans in Rio dus tevreden moeten zijn met vier startbewijzen, al is het seizoen nog lang. Meer precair wordt de WK-deadline. Achtste is voorlopig een veilige plaats, maar tot 15 augustus staan de Giro, Dauphiné, Ronde van Zwitserland, Tour, Clásica San Sebastian en de Ronde van Polen op de WorldTourkalender. Op één na allemaal rittenkoersen, waar België weinig ijzers in het vuur heeft, zeker voor het eindklassement. Net daar zijn echter de meeste punten te verdienen, en dus dreigt de vaderlandse oogst tot en met half augustus mager uit te vallen.
Opschuiven in de ranking lijkt al uitgesloten: Italië (Aru in de Giro, Nibali in de Tour) – en Groot-Brittannië (Froome en Cavendish in de Tour) zullen immers veel punten scoren. En van achteren uit dreigen vooral Duitsland (weliswaar geen klassementsrenners, maar met Degenkolb, Martin, Greipel, eventueel nog Kittel) en Polen (Kwiatkowski en Majka).
Zelfs als Boonen en/of Gilbert nog een of meer Giro-etappes zouden winnen en Greg Van Avermaet, Sep Vanmarcke en Tim Wellens een (kleine) kans op ritsucces in de Tour zouden benutten, dan schiet België daar vrij weinig mee op. Alleen de punten van de top vijf uit het individuele klassement tellen immers mee voor de landenranking. Met een etappeoverwinning in de Giro/Tour (goed voor respectievelijk slechts 16 en 20 punten) zouden Boonen, Gilbert of Wellens niet genoeg punten verzamelen om in de Belgische top vijf te raken: Van Avermaet (178 punten), Vanmarcke (52), Tiesj Benoot (50), Jens Debusschere en Jürgen Roelandts (beiden 48). Zelfs Jurgen Van den Broeck – onze enige klassementsrenner, want Wellens mikt in de Tour op een ritzege – zou met een negende stek in de eindstand van de Giro (44 punten) tekortschieten.
Benoot, Debusschere en Roelandts zouden dus moeten scoren, maar dat wordt tot 15 augustus moeilijk: Benoot is geen klimmer of sprinter, Debusschere en Roelandts rijden hoofdzakelijk voor Greipel. En dus is slechts zes WK-tickets voor België (of zeven, als kleine landen in de top tien, zoals Noorwegen, aan niet genoeg renners raken) geen onrealistisch scenario.
DOOR JONAS CRETEUR
Benoot, Debusschere en Roelandts zouden moeten scoren, maar dat wordt tot 15 augustus moeilijk.
