Klaas Vantornout is een topper.

En zo wil hij voortaan ook behandeld worden.

E indelijk komen de mooie, zware crossen eraan. Vanaf nu ga ik nog meer profijt halen uit mijn goeie vorm. Zoals de conditie nu is, gaan de resultaten ongetwijfeld volgen”, verklaart een zelfbewuste Klaas Vantornout. De 25-jarige Torhoutenaar veegt alle clichés over West-Vlamingen achteloos van tafel. Hij is bijzonder welbespraakt, niet oeverloos bescheiden (hoeft ook helemaal niet, met zijn resultaten) én maakt het in een sport waar de West-Vlaamse aanwezigheid traditioneel aan de magere kant is. Al enkele jaren wordt Vantornout “de revelatie” van het veld genoemd, maar dat label is stilaan aan vervanging toe. Sommigen kunnen blijkbaar niet vergeten dat Vantornout er bij de jeugd niet meteen bovenuit stak, maar wie hem de voorbije jaren zag ontwikkelen, kan bezwaarlijk verbaasd zijn dat hij zich ook dit seizoen weer bij de besten schaart.

Wat leerden de eerste koersen hem over de verhoudingen tussen de veldrittoppers ? “Dat we ons weer met een supersterke Sven Nys geconfronteerd zien”, erkent Vantornout. “Hij is de beste en ik zie dat in de loop van het seizoen ook niet veranderen. Maar waar ik wél honderd procent van overtuigd ben : Nys is een ietske minder dan vorig jaar. Ofwel is de rest collectief een beetje verbeterd. In ieder geval is het verschil minder groot dan het was.

Bart Wellens is alles of niks, zoals gewoonlijk. In Tabor vond ik hem slapjes, maar ’s anderendaags in Zonhoven was hij weer fantastisch. Je kan erg moeilijk staat maken op Bart. Dan zijn er nog de talenten die doorstromen uit de jeugd : Stybar, Albert en Boom. Zij verbreden de top.” Vooral Zdenek Stybar komt sterker voor de dag dan verwacht. Voor Vantornout is dat geen verrassing. “Ik hou hem al een tijdje in het oog. Stybar kan ongelooflijk pieken naar één cross. Maar hij zal dit hoge niveau geen heel seizoen volhouden. Daarvoor komt hij, door zijn leeftijd, regelmaat te kort. Tot nu toe zijn het vooral rappe crossen geweest en dat speelt Zdenek in de kaart. Zodra de modder eraankomt, zullen we werkelijk zien hoever hij staat.”

Modder, dat is de specialiteit van karakterman Vantornout. “Ik heb het graag zwaar, ja. Ik snap niet waarom zo veel organisatoren hun koers tegenwoordig zo snel willen maken. Een cross hoeft voor mij geen wegcriterium te zijn. Maar ja, je moet mee in die evolutie hè. En in Tabor en Ruddervoorde stond ik wel mijn mannetje, hoewel daar serieus gevlamd werd.”

Een ander sterk punt van Vantornout : hij is de koning van de regelmaat. Nooit lijkt de West-Vlaming een slechte dag te hebben. Je kan er als het ware een klok gelijk op zetten. Dat maakt hem een ideale renner voor de eindklassementen. “Vandaar dat ik dit seizoen in de eerste plaats ga mikken op de Wereldbekerkoersen. Want daar vallen de meeste UCI-punten te rapen. Voorlopig sta ik op de derde plaats. Ik vind dat knap van mezelf. Enkele jaren geleden had ik er nooit van durven dromen dat ik nog zo goed zou worden. Of ik die derde plaats ga kunnen verdedigen tot het eind van het seizoen ? Pff, dat ligt nog vér weg. Het zou fantastisch zijn, mocht dat lukken. Belangrijk is dat ik niet ziek word. Met één weekje in mindere vorm verlies je direct veel punten.”

Een topper geworden

Een ander bewijs dat de West-Vlaming definitief naar de top is doorgestoten : sinds deze zomer beschikt hij over een eigen supportersclub. De Vantornoutfans wisten voor de Koppenbergcross zelfs een hele bus te vullen. “En ook voor het WK in Treviso zit de bus al bijna vol”, zegt Vantornout niet zonder trots. “Als de prestaties er zijn, volgen de supporters hè. Iedereen begint me te kennen. Dat is een rare gewaarwording. Toch denk ik dat ik nooit de allure van een Wellens of een Nys zal hebben. Die mannen hebben niet alleen al een geweldige carrière achter de rug, ze stralen ook natuurlijk charisma uit. Ik weet niet of ik dat ook in me heb.”

Dichte drommen supporters zouden Vantornout kunnen helpen om eindelijk de erkenning te krijgen die hij verdient. Voor de GVA-trofee kreeg de West-Vlaming geen vast contract. Op basis van zijn prestaties een ware schande. Op het beledigende af zelfs. “Ik wil er niet te veel woorden aan vuilmaken, maar dat is natuurlijk een enorme streep door mijn rekening. Omdat ik in de GVA-trofee niet overal aan de start kom, mag ik er het klassement finaal vergeten. Daar laat ik dus heel wat geld liggen. Maar goed, zoals ik nu presteer, gaan ze mij in de toekomst niet kunnen blijven negeren. Ik heb ook vanuit de entourage van de GVA-trofee al gehoord dat ze er spijt van hebben.”

Voor de organisatoren lijkt geld nochtans geen issue. Frank Vandenbroucke en Marcus Burghardt stonden aan de start van de Koppenbergcross. Die doorgewinterde wegprofs koersen niet voor een habbekrats. Vantornout haalt de schouders op : “Ik heb er geen problemen mee dat de supporters met zulke gastoptredens verwend worden, zolang ze mij de verloning geven die ik op basis van mijn prestaties verdien. Ik mag nu toch wel van mezelf zeggen dat ik een topper ben geworden. Dus verdien ik het ook om zo behandeld te worden.” S

door jef van baelen

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content