Terwijl de trein van Alessandro Petacchi de tandwielen stuk reed op een knappe uitval van hardrijder Bert Roesems, liet Thor Hushovd zich in Gent-Wevelgem geluidloos mee glijden in een uitgedund peloton. Om op 500 meter van de streep niet het wiel van een slecht gelanceerde en uitgeputte Petacchi te kiezen, maar dat van de snelle Oostenrijker David Kopp. In een zuivere machtsprint hield sterke Thor zowat een fiets over op zijn belagers. Kenners wisten het al langer, maar nu kan ook het grote publiek er niet meer naast kijken : Thor – spreek uit ‘Toer’, naar de Scandinavische dondergod – Hushovd is op zijn 27ste uitgegroeid tot een steengoed klassiek renner.

Hoewel Thor niet bepaald uit een wielernatie komt, groeit hij op in Grimstad, waar ook Dag-Otto Lauritzen, Noorwegens bekendste wielrenner tot dan toe, resideert. Lauritzen leert Hushovd de knepen van het vak, en raadt Hushovd aan om ook tijdens de winter in beweging te blijven. Omdat fietsen er in de donkere wintermaanden onmogelijk is, houdt Hushovd zichzelf in conditie met skiën, jagen, lopen en lange sessies op de hometrainer. Niet de sneeuw, maar wel het gebrek aan tegenstand zal echter zijn grootste vijand worden. Voor zijn zestiende kroont hij zich al dertien keer tot kampioen van Noorwegen en het winnen begint Hushovd te vervelen. In die mate dat hij in 1997, op zijn negentiende, overweegt om te stoppen met wielrennen. Tijdens een vakantie op de Canarische Eilanden ziet hij zijn vriend Kurt-Asle Arvesen echter wereldkampioen worden bij de beloften. Thor draait de knop in zijn hoofd om en schrijft het jaar nadien als belofte Parijs-Roubaix, Parijs-Tours en het wereldkampioenschap tijdrijden op zijn naam.

De profaanbiedingen blijven niet uit, maar Hushovd wil eerst zijn studies en militaire dienst afmaken. Pas in 2000 tekent hij op 22-jarige leeftijd zijn eerste profcontract bij Crédit Agricole. Hij boekt meteen vijf overwinningen, het jaar erop zijn dat er al acht plus de ploegentijdrit in de Tour, waar Crédit Agricole het ONCE-blok verslaat. In 2002 wint Hushovd zijn eerste rit in de Tour, in 2004 komen daar een tweede rit én een dag in het geel bij. Vorig jaar pakte Hushovd de groene trui in de Tour, zij het zonder ritoverwinningen.

Net als Boonen kan Hushovd als machtsmens (1,85 m bij 83 kg) ook een aardig stukje beuken in de voorjaarsklassiekers. Vorig jaar werd hij al negende in Parijs-Roubaix en vijfde in Gent-Wevelgem, afgelopen weken tekende hij voor een veertiende stek in de Ronde, een negende in Parijs-Roubaix en een overwinning in Gent-Wevelgem. Hellingen, kasseien en wind kunnen hem niet deren, en voor de donder zorgt Thor wel.

LOES GEUENS

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content