AA Gent scoorde vijf keer tegen Roeselare, dat één achilleshiel van zijn tegenstander vond. De andere werd niet geneutraliseerd. Doet Anderlecht dat straks beter?

Er zijn trainers die het moeilijk voetballen vinden tegen een tegenstander die met minder dan elf is komen te staan, maar hem, verklaarde Michel Preud’homme na AA Gent-Roeselare, mochten ze er elke week zo een geven. Uit de mond van de nummer twee in het klassement klonk het zaterdagavond zowaar bijna meer als een wens dan een boutade.

Twee speeldagen geleden, op KV Kortrijk, slaagde Gent er namelijk niet in te scoren tegen elf tegenstanders en tegen Roeselare ontrolde zich nagenoeg eenzelfde scenario, want beide ploegen waren er in de eerste plaats op gericht de combinaties uit het Gentse spel te halen. En daar vond Gent, ondanks zijn aanvallende ingesteldheid, twee keer geen antwoord op.

Geduld hebben, acties maken en dan scoren: de remedie van Preud’homme scheen eenvoudig, maar bleek tegen Roeselare alleen met de hulp van de tegenstander – een door de scheidsrechter als terugspeelbal beoordeelde baltoets van Mirvic – in de praktijk te brengen.

Twee speeldagen op rij blijkt AA Gent het moeilijk te hebben met de tegenstander, al wist het tegen Kortrijk nog wel kansen te creëren, tegen Roeselare kwamen die er pas echt na de uitsluiting van Mirvic en luttele minuten later die van Kucera.

Hoe je AA Gent in bedwang houdt, illustreerde Roeselare in de veertiende minuut: een doorbraak van Yassine El Ghanassy over links werd afgeblokt door ElGaaouiri en Mirvic. Het was iets waar in de tactische analyse bij Roeselare aandacht aan werd besteed: het gevaar bij Gent wordt over de flanken gecreëerd. Roeselare wist het in de eerste helft perfect te neutraliseren. Flankspelers worden dan alleen gevaarlijk als ze naar binnen uitwijken en op doel besluiten. Of als Azofeifa vrije trappen mag nemen.

Aanvallende bezetting

De competitie is zes speeldagen ver en nog geen enkele daarvan wist AA Gent tegendoelpunten te vermijden. Aan Marko Suler lag het deze keer niet. De Sloveen bleek vorig seizoen al mentaal niet in staat na een week met interlandvoetbal opnieuw scherpte te tonen bij zijn club. Veel van de blunders waar hij toen een kwalijke naam mee verwierf, vielen na wedstrijden met Slovenië. Nu werd hij om die reden tevergeefs aan de kant gelaten, want een doelpunt slikte Gent evenzeer. Dat had, in tegenstelling tot wat Preud’homme achteraf beweerde, weinig met zijn aanvallend ingestelde spelers van doen: Stef Wils liet Bjarni Vidarsson veel te gemakkelijk inkoppen.

Ook op de bank begonnen tegen Roeselare: Milos Maric. De middenvelder zag zich al bij Anderlecht of Standard spelen, maar mag nu al blij zijn als Gent zijn aflopende contract verlengd. Of dat ook gebeurt, is nog maar de vraag. De Serviër is een in Gent niet door iedereen even gewaardeerde speler. Mentaliteit te over, maar qua spelinzicht – een fraaie assist voor El Ghanassy tegen Naftan ten spijt – soms te veel gericht op de actie of de tegenstander.

Maric, Smolders, altijd intelligent in zijn positiekeuze, Azofeifa, sterk op stilstaande fasen, maar minder efficiënt als de ruimte klein wordt, Lepoint en Leye met hun loopvermogen centraal of in de punt, het voetballend vermogen ven Stijn De Smet inpassen in een vaak wisselende bezetting op de flanken, waar zelfs Maric en Ljubijankic al terechtkwamen: het is op het middenveld elke wedstrijd weer een oefening in evenwicht. Temeer omdat niet iedereen die er is uitgeprobeerd de kwaliteiten heeft om op de flank te spelen.

Niet alleen op, maar ook naast het veld is het voor Preud’homme zoeken naar balans. De evenwichtsoefening op de bank zorgde ervoor dat het een kwartier voor het einde Olufade – lang aan de kant moeten blijven door een blessure – was die speelminuten mocht verzamelen ten koste van Coulibaly en Lepoint. “Ik zou graag kansen geven aan Lepoint en Coulibaly,” verontschuldigde Preud’homme zich bijna, “maar ik heb gekozen voor Olufade omdat anderen meer gespeeld hebben in het verleden.” In de Gentse spelopvatting is van een typeploeg geen sprake meer, doordat veel spelers aan elkaar gewaagd zijn en door de vaak veranderende samenstelling omdat Gent oog heeft voor de tegenstander.

Vijf doelpunten vielen AA Gent zaterdag tegen Roeselare ten deel, maar het had een vrije trap en twee uitsluitingen nodig om dat voor elkaar te krijgen. In één klap is Gent de meest scorende ploeg van de competitie. Volgende zondag wacht een verplaatsing naar Anderlecht, dat, samen met het verrassende STVV, de minst gepasseerde verdediging van eerste klasse heeft.

door raoul de groote

Het gevaar bij Gent wordt over de flanken gecreëerd.

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content