Wielrenner Matthew Gilmore en Antoine Vanhove, algemeen directeur van Club Brugge, verjaren beiden op dezelfde dag. Op 11 september nog wel. ‘Allez, zeg !’

“Voor mij geen stukje taart”, zegt Antoine Vanhove na het interview. “Sinds mijn hartoperatie raak ik geen taart meer aan, frieten evenmin, zelfs geen rozijnenbrood. Maar ik heb er evenveel plezier in als het jullie smaakt. Ik kom er wel bijzitten om jullie gezelschap te houden.”

De algemeen directeur van Club Brugge straalt. Kan ook moeilijk anders, want Club Brugge leidt de dans in de hoogste voetbalafdeling en plaatste zich voor de Champions League, waarvoor de fans stormlopen. En hij krijgt als wielerliefhebber een renner op bezoek, Matthew Gilmore. “Zijt gij ook op 11 september geboren ? Allez, zeg !”

Sinds de aanslagen van vorig jaar zal niemand die datum nog vergeten. Waar waren jullie op het moment dat jullie het nieuws vernamen ?

Antoine Vanhove : Wij waren met Club Brugge op weg naar Nicosia voor de heenwedstrijd in de eerste ronde van de Uefacup. We moesten een tussenlanding maken in Paphos. Daar hebben wij het nieuws vernomen, maar we wisten niet dat het zó erg was, hé. We wisten dat er ergens een vliegtuig in een toren gevlogen was, maar de omvang en de gevolgen van de ramp konden we nog niet inschatten. Normaal moesten we met hetzelfde vliegtuig doorvliegen tot in Nicosia, maar dat bleek niet meer te mogen. Ik ben toen naar voor gegaan, bij de commandant en ik heb gezegd : hé, mijn spelers moeten in Nicosia zijn zoveel uren voor de match. De spelersgroep en ikzelf – ik was toen nog maar een paar maanden voordien geopereerd, hé – konden uiteindelijk met een kleiner vliegtuig naar Nicosia. Andere mensen, waaronder de journalisten en Jacques De Nolf, moesten met de bus ter plaatse geraken. Nog ne keer 200 kilometer van Paphos naar Nicosia, met de bus op die wegen daar !

Matthew Gilmore : Op 11 september vorig jaar was ik in Amsterdam voor de zesdaagse…

Vanhove : …Van welk jaar bent u ?

Gilmore : Van 1972.

Vanhove : Een jonge man, hé.

Gilmore : Ja, maar ik word toch dertig, hé ( lacht).

Vanhove : Ge kunt niet geloven als ge dertig jaar zijt en ge ziet ineens die 4 ervoor, dan die 5 en het is een 6 voor ge het weet. Ongelooflijk. Die laatste jaren zijn veel vlugger voorbijgegaan dan voor mijn dertigste. Voor je dertigste werk je nog naar alles toe, je komt in kennis, je wil trouwen, …

Gilmore : Dertig voor een sportman is – ik ga niet zeggen het begin van het einde, maar toch – al een behoorlijke leeftijd. Mijn wielercarrière duurt misschien nog vijf, zes jaar…

Vanhove : U bent van Australië afkomstig, zeker ?

Gilmore : Dat klopt, maar ik ben wel in Sint-Amandsberg geboren. Toen ik vijf was, ging ik met mijn ouders – mijn vader is Australiër – Down Under wonen. Later ben ik omwille van de wielersport opnieuw naar hier gekomen.

Vanhove : Het is opmerkelijk hoe gemakkelijk Australiërs Nederlands leren. Wij hebben ook enkele Australiërs in de ploeg gehad : Paul Okon, Frank Farina, Lorenz Kindtner.

Gilmore : Zijn de spelers hier verplicht om de taal te leren ?

Vanhove : We geven taalcursussen. Vroeger hadden we twee privéleraars, nu worden de taallessen gegeven – Engels, Frans en Nederlands – door Berlitz.

Laat ons even terugkeren naar 11 september vorig jaar. Je was in Amsterdam, Matthew ?

Gilmore : Het was op de eerste dag van de zesdaagse. De piste ligt vlak bij de luchthaven, vlak bij Schiphol. We merkten meteen dat er wat aan de hand was. Er liep veel meer politie in en rond de luchthaven. Normaal was er vuurwerk voorzien voor de opening van de zesdaagse, maar dat werd afgelast.

Maar de zesdaagse ging wel gewoon door.

Gilmore : Ja, en ik heb zelfs gewonnen. De organisatoren overwogen even een afgelasting, maar beslisten uiteindelijk om hun sportmanifestatie toch te laten plaatsvinden. Het programma werd wel ingekort.

De wedstrijden in de Uefacup werden met een week opgeschort.

Vanhove : Woensdagnamiddag, de dag na de zelfmoordactie en de dag voor de aftrap, kregen we te horen dat we niet zouden spelen. Op vrijdag keerden we zoals voorzien weer naar huis, op zondag versloegen we hier La Louvière en op dinsdag reisden we opnieuw af naar Nicosia. In acht dagen moesten we dus twee keer het vliegmachien in.

Hebben jullie je verjaardag uiteindelijk gevierd ?

Gilmore : Nee, maar ik ben niet iemand die zijn verjaardag uitbundig viert. De andere renners wisten ook helemaal niet dat ik verjaarde. ’s Avonds vertelde ik het hen en hebben we toch nog een glaasje champagne gedronken. Door de commotie vergat ik wel een hotel te boeken voor mijn vrouw. Ik was toen even de slechtste mens ter wereld ( lacht).

Vanhove : De gebeurtenissen in Amerika betekenden toch wel een domper op de feestvreugde. Maar ’s anderdaags is Henk Houwaart, die toen trainer was in Cyprus, bij ons in het hotel gekomen en hebben ook wij ondanks alles een glaasje champagne gedronken.

Werden jullie sinds vorig jaar, als gevolg van jullie geboortedatum, nog meer geconfronteerd met 11 september dan andere mensen ?

Gilmore : Telkens je telefonisch een vliegtuigticket bestelt, vragen ze je geboortedatum. Als ik dan zei : 11-9-72, was het meteen even stil aan de andere kant van de lijn. Iedereen kent die datum.

Vanhove : Dat klopt, dat klopt. Geef je in een hotel je identiteitskaart af, dan zie je de man of vrouw aan de balie naar die datum kijken. Of als je aan de grenscontrole komt, kijkt de douanebeambte naar je geboortedatum en glimlacht eens.

U moest binnen dezelfde week opnieuw twee keer het vliegtuig in. Had u angst om te vliegen ?

Vanhove : ( met klem) Nee, daar heb ik nooit aan gedacht.

Gilmore : Ik heb nooit graag gevlogen. Een paar weken na de aanslagen vloog ik naar Mexico, voor de zesdaagse daar. Van Frankfurt vlogen we naar Washington DC. Ik ben toen enerzijds wel een beetje bang geweest. Anderzijds stelde het me gerust dat de controle aan de luchthaven een stuk strenger was dan voordien : ik moest vier of vijf keer mijn koffer opendoen. Maar de zak waar mijn fiets in zat, moest ik maar één keer openen. Bij de andere controleposten vroegen ze gewoon wat er in zat. Vreemd.

Vanhove : Hebt u de Belgische nationaliteit ?

Gilmore : Ja.

Vanhove : Dat is ook al veel, hé.

U hebt nooit vliegangst gehad ?

Vanhove : Nee, en nu nog altijd niet. Je zit erin en je moet mee, hé. Het haalt niets uit dat je daar vier uur je hart zit op te vreten. Je kan er niet uit springen, hé.

Dat doet alleen Eddy Wally.

Gilmore : Klopt ( lacht).

Vanhove : Het is een lot, hé. De commandanten die daar vooraan zitten, gaan dat niet vrijwillig doen. Zij zullen er ook alles aan doen om veilig te landen.

Jullie nemen allebei geregeld het vliegtuig. Nooit iets meegemaakt waardoor je vliegangst zou kunnen krijgen ?

Vanhove : Je maakt wel geregeld iets mee. Onlangs nog, toen we naar Oekraïne vlogen, naar Donetsk. We konden niet landen omdat de stenen op de tarmac los lagen. Ze hadden daar schrik dat, als een Boeing 737 er landt, de stenen in de motor opgezogen worden. We moesten bijgevolg in Mariupol landen. Amai, dat was nog wat anders, hé. Die luchthaven was niet groter dan dat hier ( wijst zijn bureelruimte aan) en zo vuil, zo vuil… Ik geloof dat daar één vliegtuig per jaar landt. De landingsbaan lag er bovendien ook erg slecht bij. Als je naar zo’n landen moet, het is lang niet alles, hé.

Maar het ergste dat ik ooit meemaakte in een vliegtuig, was in een kleine Fokker op weg naar Nürnberg. in het eerste jaar dat we bij Adidas waren. We kwamen in een enorme storm terecht. Het vliegtuig walste heen en weer. Het was ongelooflijk. Jacques De Nolf was er ook bij, ge moogt het hem vragen. Iedereen zat daar zo wit als een lijk. Ik niet, ik heb nog een beetje gezwansd. Zo van : wie wil er een trage wals met mij dansen ? Wat moet je doen ?

Gilmore : Toen ik als junior naar het wereldkampioenschap in Engeland vloog, deden ze voor de landing de poort open voor de wielen. De poort brak af en viel naar beneden, door een huis. Gevolg : twee mensen overleden. Wij hadden natuurlijk niet gevoeld dat die poort afgebroken was, maar toen we landden, zagen we politie en ambulances staan. We wisten niet waarom, maar de dag nadien lazen we in de krant wat er gebeurd was. Maar ja, er kan zoveel gebeuren. In de auto kan ik nog remmen, in een vliegtuig niet.

Met andere woorden, in een vliegtuig heb je je lot niet in eigen handen ?

Vanhove : Als je dag gekomen is, doe wat je wil, maar… Ik raakte ooit betrokken in een erg zwaar verkeersongeluk op de autosnelweg : de jongen naast mij dood, bij mij alles gebroken en gescheurd. In een ongeluk moet je geluk hebben, zei de expert.

Gilmore : Juist, je kan er vaak niet aan doen. Ik heb op de piste ook een zwaar ongeval gehad, in 1998 in Herning. Zulke zaken kunnen voorvallen.

De 11 september van vorig jaar was allicht ‘de meest speciale’ uit jullie leven, niet ?

Vanhove : Ja, als je zoiets verneemt – dat is een wereldramp, hé. Die grote gevolgen had en die nóg gevolgen zal hebben. Ik denk dat we door dat voorval verder verwijderd zijn van de wereldvrede. Als ze zulke manieren al gaan gebruiken om de wereld te verwoesten, is het ver gekomen.

De terreurorganisatie al-Qaeda geeft zich nog niet gewonnen. Zijn jullie bang voor nog meer aanslagen ?

Gilmore : Met extremisten weet je nooit. Maar je kan er zo weinig aan doen…

Vanhove : Juist, je kan er niks aan doen. Hoeveel mensen zijn er al niet gestorven als gevolg van een blikseminslag ? Mijn grootvader stond ooit op een drempel van een halve meter hoog. Vlak voor hem sloeg de bliksem in en maakte een gat zo groot dat er iemand in kon rechtstaan. Hij had niets. Als er een storm overwaait, waarom blaast die bij het ene huis het dak weg en is er aan het huis ernaast geen schade ? Ik denk dat het allemaal vooraf vastgelegd is, hoe je leven gaat aflopen ook. Ergens moet er toch iets of iemand zijn die dat bepaalt. Zo ook voor die mensen op 11 september vorig jaar.

Ooit nog andere bijzondere zaken meegemaakt op jullie verjaardag ?

Gilmore : Ik heb ooit op 11 september drie Australische titels gewonnen op de piste. Op je verjaardag kunnen winnen, is altijd mooi.

Vanhove : Weet je, de verjaardagen die mij het meest raken, zijn die van mijn twee overleden kinderen. Elk jaar nog gaan we naar het kerkhof. ( stilte)

Op mijn eigen verjaardag heb ik tot vorig jaar nooit iets speciaals meegemaakt. Op mijn zestigste verjaardag heeft mijn vrouw een verrassingsfeest georganiseerd, een paar vrienden uitgenodigd. Dat was wel heel mooi. Ik heb ook reikhalzend uitgekeken naar mijn eenentwintigste verjaardag. Op mijn achttiende mocht ik met de vrachtwagen rijden, maar net toen werd er een nieuwe wet gestemd : het mocht pas op je eenentwintigste. Die twee en een half jaar ertussen hebben heel lang geduurd voor mij. Maar ik ben in de tussentijd toch blijven rijden, hoor ( lacht).

Ook onze koningin, Paola, werd geboren op 11 september.

Vanhove : En ook in 1937. Ik denk niet dat er tien Belgen rondlopen die op dezelfde dag als de koningin geboren zijn. Daar ben ik wel fier op, ja. Via de vleugeladjudant van de koning, generaal Mertens, met wie ik heel goeie contacten onderhoud, kreeg ik vorig jaar van het Hof een kaartje toegestuurd voor mijn verjaardag. Ik heb ook eentje gestuurd naar de koningin, waarom niet ?

Gilmore : Ook Danny Clark werd op 11 september geboren.

Vanhove : De verjaardagen staan ook op teletekst en in de dagbladen. Vorig jaar stond ik naast koningin Paola. Dat deed me wel plezier.

Dit jaar wordt het voor jullie allebei in zekere zin een bijzondere verjaardag : 30 en 65. Gaan jullie dat ook op een bijzondere manier vieren ?

Gilmore : Het zal een verrassing worden, denk ik. Ik hoor er niets over, dus… Mijn verjaardag valt wel dicht tegen het WK, dat op 25 september van start gaat. Ik zal bijgevolg niet té overweldigend vieren.

Vanhove : Mijn vrouw heeft een feestje gepland met de dichtste vrienden. Tja, vijfenzestig. Pensioengerechtigd zeggen ze dan, maar ik kan niet met pensioen gaan, want ik doe deze job als vrijwilliger, al 32 jaar – ik wil zelfs niet met een auto van de club rijden. Maar ze vragen me om nog wat langer te blijven, dat is ook al iets, hé ( lacht).

door Roel Van den broeck

‘De koningin werd op dezelfde dag geboren als ik. Daar ben ik wel fier op, ja. Ze stuurde me zelfs een kaartje.’ (Antoine Vanhove)

‘Door de commotie vergat ik een hotel te boeken voor mijn vrouw. Ik was toen even de slechtste mens ter wereld.’ (Matthew Gilmore)

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content