De goede prestaties van Anderlecht zorgen ervoor dat Club Brugge nog meer in de underdogpositie wordt geduwd. En dat komt sportief directeur Luc Devroe allesbehalve slecht uit.

Na de uitschakeling in de Belgische beker tegen AA Gent en die in de Europa League tegen Valencia kan Club Brugge zich volledig concentreren op de competitie. Sportief directeur Luc Devroe (44) maakt de balans op.

Na de eerste Europese wedstrijd tegen Lahti had je twijfels bij de aanpak van Adrie Koster.

Luc Devroe: “Ik vond zijn aanpak in eerste instantie naïef. Hij probeerde in de voorbereiding voortdurend een 4-3-3-systeem uit, terwijl we daar de spelers niet voor hadden. Van Ivan Perisic, Carl Hoefkens en Dorege Kouemaha was er toen immers nog geen sprake. De wedstrijd tegen Lahti was voor Koster de eyeopener, denk ik. Drie dagen later liet hij Club in de wedstrijd tegen Charleroi in een 4-4-2 aantreden. Dat pakte goed uit en de Carolo’s hadden daar duidelijk niet op gerekend.”

In het begin was het ook tussen Koster en het bestuur wat zoeken naar het juiste evenwicht …

“Na de met 3-0 verloren oefenwedstrijd tegen Duisburg vroeg Koster openlijk om versterking. Hij wist nochtans dat we volop aan het scouten waren en dat het dus geen zin had om van de daken te schreeuwen dat er versterking nodig was. Maar goed, Nederlanders hebben een andere manier van communiceren en ondertussen heeft Adrie begrepen dat zulke zaken bij ons binnenskamers besproken worden.”

Die kleinigheden neemt u er toch met plezier bij als u ziet dat uw trainer nu de revelatie van het vernieuwde Club is?

“We zagen van bij het begin welk concept Koster beoogde en konden ons daar meteen in vinden. Het heeft hem alleen een paar weken tijd gekost om zowel de spelers als de gewoontes van het huis te leren kennen. Tijdens de voorbereiding heeft hij elke speler zo veel mogelijk speelgelegenheid gegeven zodat hij na verloop van tijd perfect wist welk vlees hij in de kuip heeft. Die werkwijze werpt vandaag haar vruchten af.”

Contract Koster

Scoort Koster 100/100 op zijn tussentijdse rapport?

“Als ik neen zou zeggen, gaan ze me hier nog gek verklaren. (lacht) Voor het seizoen hadden we Koster drie doelstellingen voorgelegd:

(1) Club Brugge moest zich kwalificeren voor de groepsfase van de Europa League. Dankzij een goede wedstrijd tegen Lahti en twee schitterende prestaties tegen Lech Poznan gebeurde dat ook. Daar komt bij dat we die groepsfase ook nog eens doorstaan hebben, tegen toch niet de minste tegenstanders. Shakhtar Donetsk is de huidige titelhouder in de Europa League, Toulouse eindigde vorig seizoen vierde in de Franse Ligue 1 en Partizan Belgrado is de hofleverancier van de Servische nationale ploeg.

(2) Koster moest Club weer laten swingen en ook dat is hem gelukt. Zelfs meer dan dat. Het valt ons op dat elke speler vooruitgang heeft geboekt onder Koster.

(3) Koster moest er ook voor zorgen dat Club zo lang mogelijk mee kon doen voor de titel. We volgen nog altijd min of meer in het spoor van Anderlecht en hebben al een mooie voorsprong op Standard. Al moet ik wel zeggen dat Standard dit seizoen de pech kent die wij de vorige twee seizoenen hadden. Zonder die hoge blessurelast doet Standard altijd mee voor de titel.

“Ik kan niet anders dan besluiten dat de balans van Kosters werk meer dan positief is. Vandaar ook dat zijn contract verlengd is.”

Toch is het niet allemaal peis en vree in de spelersgroep. Sonck en Dahmane zijn bijvoorbeeld niet te spreken over hun rol van invaller …

“Dat valt best mee, vind ik. De reacties van de ontevreden spelers hebben nog geen noemenswaardige problemen opgeleverd. Je moet nu eenmaal een grote kern hebben als je veel wedstrijden speelt. De verdienste van Koster is dat hij iedereen scherp houdt door regelmatig te roteren. Iedereen speelt zijn wedstrijdjes en we hebben met opvallend minder blessures te kampen. De medische en de technische staf verdienen daar echt een pluim voor.”

Stoort het u niet dat iedereen zegt dat Anderlecht zorgeloos richting titel cruiset?

“Geloof mij, dat kan alleen maar in ons voordeel spelen. Het zal ons extra motiveren en voor zover ik weet, is het seizoen nog lang niet voorbij. De play-offs moeten nog beginnen hé.”

Speelt Club Brugge het mooiste voetbal dit seizoen?

“Misschien wel. Al dient wel gezegd dat Anderlecht al fenomenaal goede wedstrijden gespeeld heeft. Hun grootste kracht is dat ze uitermate efficiënt zijn dit seizoen. Het ultieme doel is mooi voetbal koppelen aan goede resultaten en dat lukt ons bijwijlen. Maar als het moet, durft Koster ook pragmatisch voetbal te spelen. Het is al vaak gebeurd dat we in het laatste kwartier nog maar drie man achteraan houden en we al onze fysieke kracht in de aanval werpen. Dat heeft ons onder meer tegen Cercle Brugge, Charleroi, KV Mechelen, STVV en AA Gent punten opgeleverd.”

32.000 potentiële supporters

De locatie van het nieuwe stadion ligt eindelijk vast. Het is de Chartreuse geworden en dat komt u goed uit, niet?

“We willen bovenal een nieuw stadion dat ons het nodige comfort en de mogelijkheid tot uitbreiden biedt. De locatie die nu door de stad wordt voorgesteld was eigenlijk de optie uit ons allereerste plan. De Chartreuse ligt dicht bij Loppem en is dus goed bereikbaar voor onze supporters uit Limburg, Antwerpen, Oost-Vlaanderen en Vlaams Brabant. In het huidige stadion zijn er 26.000 beschikbare plaatsen waarvan er 7000 à 8000 niet overdekt zijn. De enige mogelijkheid om ons budget op te trekken, is de ticketprijzen verhogen en dat is hoegenaamd geen optie. Studies hebben uitgewezen dat we met het nieuwe stadion elke wedstrijd makkelijk 32.000 toeschouwers kunnen aantrekken. Een stadion met 40.000 plaatsen zou dus ideaal zijn. Al zullen het er, gezien het project voor het WK 2018, waarschijnlijk eerder 45.000 worden.”

Nog een oud zeer, het stadion wordt nog altijd gedeeld met buur Cercle Brugge …

“Dat is niet onze eerste bekommernis. Het belangrijkste is dat we week na week op een goed bespeelbaar veld kunnen spelen. Als dat in München kan, moet dat bij ons ook mogelijk zijn. Maar goed, het nieuwe stadion zal niet binnen de vier jaar klaar zijn dus we hebben nog wel even.”

Jacky Mathijssen liet zich eens ontvallen dat het bestuur van Club Brugge de buren van Cercle op een gegeven moment als een echte bedreiging begon te zien. Klopt dat?

“Daar is inderdaad sprake van geweest toen Cercle het zo goed deed en wij een minder seizoen draaiden. Maar die rivaliteit is toch vooral heel hard opgeblazen door bepaalde mensen van Cercle Brugge hoor. Er zijn toen harde woorden gevallen, maar als je de verhoudingen realistisch bekijkt, kun je niet anders dan zeggen dat de traditie bij ons ligt. Je mag niet vergeten dat er hier voor onze thuiswedstrijden telkens 25.000 man zit. Dat is bij Cercle toch wel even anders … Onze voorzitter Pol Jonckheere heeft er trouwens alles aan gedaan om ervoor te zorgen dat dat soort gekibbel voorgoed tot het verleden behoort.”

Is de hand van Jonckheere al zichtbaar?

“Vast en zeker. Hij wil van Club Brugge weer een echte ploeg van het volk maken en daar werkt hij hard aan.”

Dat klinkt nogal cliché, vindt u niet?

“Neen. De voorzitter gaat naar supportersavonden, drinkt na de wedstrijd iets samen met de fans en gaat heel vaak naar jeugdwedstrijden kijken.”

Andere sfeer

Club Brugge telde vier miljoen euro neer voor Koen Daerden, die een vet contract had maar weinig speelde en nu verkaste hij naar Standard voor amper 625.000 euro. Dat moet pijn doen …

“Ik kijk zo weinig mogelijk naar cijfers. Het feit dat de transfer van Koen op minder dan een dag geregeld was, betekent voor mij dat de drie partijen een goede zaak hebben gedaan. Hij had geen basisplaats bij ons en we waren niet van plan om zijn contract te verlengen. Als hij bij Standard dan een contract voor drie en een half jaar kan krijgen, moet hij dat doen.”

Hoe houd je een driftkikker als Nabil Dirar in toom?

“We weten dat zijn mentaliteit verschilt van de onze en dat we niet moeten proberen hem te veranderen. Het enige waar hij aan moet werken, is zijn incasseringsvermogen. Hij moet leren incasseren zonder daarna te reageren. Het spuwincident op KV Mechelen was een stap te ver. Net zoals zijn tackle op KV Kortrijk. En zo zijn er nog reacties geweest die niet op een voetbalveld thuishoorden. De scheidsrechters mogen dan wel niet altijd alles zien, wees er maar zeker van dat Koster het wel heeft gezien. Na de wedstrijd tegen Kortrijk hebben we Dirar duidelijk gemaakt dat hij slimmer moet worden in die dingen. Het gebeurt al te vaak dat Dirar na een halsbrekende tackle toch nog op de been blijft – omdat hij zo stevig op zijn benen staat – in plaats van zich te laten vallen. Laat hij zich wel vallen, dan krijgt zijn tegenstander op z’n minst een gele kaart en moet die het vanaf dan een beetje rustiger aan doen.”

En wat met Mohamed Dahmane?

“Dat is een heel ander geval. Dahmane heeft nogal een uitgesproken persoonlijkheid. Ik heb hem al vaak gezegd dat hij zijn roeping gemist heeft. Hij zou een goede advocaat of verkoper geweest zijn. Ook de modewereld lijkt me iets voor hem. Hij is trouwens dj in zijn vrije tijd. Ik weet wel zeker dat Momo niet in een zwart gat zal vallen na zijn carrière.” (lacht)

Blijft het mislukken van Mathijssen voorlopig de enige smet op uw blazoen?

“Ik zou niet zeggen dat Mathijssen hier mislukt is. Iedereen hier weet dat Jacky gezien de omstandigheden twee keer het onderste uit de kan heeft gehaald. En dat was twee keer een derde plaats. Meer zat er gewoon niet in. Jammer genoeg zag het grote publiek dat anders. Dat zag vooral dat we aan de winterstop nog op kop stonden en Jacky heeft alle kritiek die er in de tweede seizoenshelft kwam op zich genomen. Hij heeft iedereen uit de wind willen zetten en vroeg bijvoorbeeld ook nooit om versterking.

“Koster zit anders in elkaar. Als hij vindt dat zijn ploeg niet draait, dan zal hij dat openlijk zeggen. Mathijssen mag hier dan wel niet langs de grote poort vertrokken zijn, hij ligt wel aan de basis van onze huidige successen.”

Zou hij even goed of misschien zelfs beter kunnen doen hebben dan Koster nu?

“In geen geval. De spelers hadden bij Jacky wel een heleboel dingen bijgeleerd, maar het was gewoon op. Ze waren niet langer tevreden met de gang van zaken en er was een nieuwe wind nodig. Jongens zoals Geraerts, Blondel en Alcaraz speelden niet onder Mathijssen en bloeien vandaag stuk voor stuk open onder Koster. Daaraan zie je dat er nu een andere sfeer heerst.”

U zei onlangs in het clubblad dat Club Brugge met de huidige kern nog voor jaren goed zit.

“Daar sta ik nog steeds achter, op voorwaarde dat we de groep kunnen samenhouden en nog op twee posities kunnen versterken. Deze groep behouden zal op zich al een hele klus zijn. Als je ziet dat sommige scouts zes tot zeven keer terugkomen om jongens als Odjidja, Dirar, Vargas, Perisic of Akpala aan het werk te zien, weet je dat ze aanbiedingen zullen krijgen. Toch denk ik dat het ook in het belang van die jongens goed zou zijn als ze nog minstens anderhalf seizoen bij Club Brugge zouden blijven.”

door pierre danvoye

Dirar moet leren incasseren zonder daarna te reageren.

Het seizoen is nog niet voorbij. De play-offs moeten nog beginnen hé.Dahmane zou een goede advocaat of verkoper zijn.