Een van de topfavorieten op de dezer dagen in Egypte gehouden Afrika Cup is Nigeria. Hun bondscoach, Augustine Eguavoen, voetbalde nog in België. ‘Ik probeer het Nigeriaanse voetbal gerund te laten worden zoals in de westerse wereld.’

Het was de tijd, eind jaren tachtig, dat je in België nog bleef haperen aan een vreemde naam. Eguavon – maar meestal stond er Eguavoen. Nog exotischer. Ee-guu-wa-voen. En dan Augustine. Dat klonk. Als een blok. Augustine Eguavoen. Dat móést een goeie verdediger zijn.

Nu, twintig jaar later, zit hij tegenover ons in hotel Helnan in Port Said, Egypte. Augustine Eguavoen, voormalig speler van AA Gent en KV Kortrijk, daarna uitgeweken naar Spanje, de Verenigde Staten, Rusland, Malta en Nigeria, zijn vaderland, waarvan hij sinds augustus vorig jaar de bondscoach is. “Maar vertel eerst eens : hoe is het in België ?” opent hij zelf het gesprek. “Vorige maand was ik er nog en zag ik Beveren-Charleroi. Beveren… pfffff…. Elf, wat zeg ik, vijftien blacks. En hun masseur was ook een zwarte ( lacht). Maar ze speelden voetbal… ongelooflijk, zoveel risico’s… Ik heb onlangs ook met Vandereycken gesproken. Hij was mijn trainer in Gent, zie je. Hij zat aan het einde van zijn carrière, raakte geblesseerd en was twee jaar mijn trainer. Ik mag Vandereycken heel erg. Elke keer als ik naar trainers in België word gevraagd, begin ik over Vandereycken als eerste. Ik heb bij Gent heel veel van hem geleerd, van zijn striktheid, zijn zelfvertrouwen. Hij was degene die me deed denken : later wil ik trainer worden. Twee trainers hebben mij eigenlijk bijzonder aangesproken : Vandereycken bij Gent en Targanov, die ik bij Moskou had. Maar laten we niet ingaan op wat ik van elk van hen opstak. Laat ons zeggen dat ik na elke training thuis opschreef wat we gedaan hadden ( grijnst).”

Tegenwoordig staat hij zelf als trainer aan het hoofd van een ploeg. Die van Nigeria nog wel. Het land miste de kwalificatie voor het wereldkampioenschap in Duitsland van deze zomer nadat het zich verkeek op Angola. “Dat was een big blow voor Nigeria, maar we hebben dat nu achter ons gelaten. Het is onze eigen fout dat we niet gaan. Toen ik deze job overnam, moesten we de laatste twee wedstrijden absoluut winnen om ons te plaatsen. Eén puntje was niet genoeg. Maar we speelden gelijk, waardoor we niet naar het WK gingen. Dus mijn eerste wedstrijden als bondscoach waren heel moeilijk. We kampten met een attitude problem. De meeste van de spelers kwamen niet af voor sommige wedstrijden en op het moment dat ze begonnen te beseffen dat het echt wel nodig was, was het te laat om nog iets recht te zetten. Ze dachten dat ze er wel overheen zouden lopen. Wie zijn Rwanda, Gabon of Angola ?

Winnen, winnen, winnen

Het is er de Nigerianen alles aan gelegen om bij afwezigheid op het WK dan maar de Afrika Cup te winnen. Twee keer eerder slechts slaagde Nigeria, dat nochtans te boek staat als een van de betere voetballanden in Afrika, daarin : in 1980, toen het zelf organisator was, en in 1994 in Tunesië. Toen, in Tunesië, was het de Nederlander Clemens Westerhof die een generatie kneedde tot een team van winnaars, dat later zou schitteren op het WK van 1994 in Amerika en dat in Atlanta 1996 olympisch goud won, maar dat verder alleen nog zou opvallen door zijn wisselvalligheid en tegenslagen. In 1996 boycotte Nigeria namelijk uit politieke onvrede de Afrika Cup in Zuid-Afrika, waardoor het ook in 1998 in Burkina Faso werd uitgesloten van deelname. In 2000 verloor het als co-organisator met Ghana in de finale een strafschoppenreeks van Kameroen, in 2002 werd het door intern ongenoegen rond kapitein Sunday Oliseh slechts derde en twee jaar later kon alleen een overwinning op Kameroen eenzelfde rangschikking enigszins verbloemen.

Met andere woorden : succes in de Afrika Cup 2006 is voor Nigeria een absolute voorwaarde. Hem daarmee confronterend laat het antwoord van Augustine dan ook geen ruimte voor iets anders. “Er ligt veel druk op ons : we mogen ons land niet in de steek laten, want omdat we niet naar het WK gaan, willen ze daar dat we absoluut winnen. Dat legt ook grote druk op mij als coach. Big pressure, bíg pressure. Vooral in Nigeria moet je in het voetbal winnen, winnen, winnen. We komen er wel, maar ik kan je zeggen dat dat niet altijd makkelijk is om mee om te gaan. Weet je, ik moet een heleboel coördineren. Mensen hebben verschillende achtergronden en dus ook verschillende reacties. Sommige mensen zijn heel vriendelijk, maar sommigen zijn crazy. Sommigen spelen bij een kleine club, anderen bij Inter Milaan : dat zijn verschillende stijlen bij elkaar. Dat vraagt intelligentie van trainer en spelers om er een team van te smeden. Je moet als coach zorgen dat je spelers gelukkig zijn, genoeg te eten hebben, zoals je je dochter naar school doet of je vrouw op haar gemak stelt. Make them comfortable. Anders kunnen ze niet presteren.”

In de kwalificatiewedstrijden voor het wereldkampioenschap rezen er wel problemen. Onder andere met Jay Jay Okocha. Christian Chukwu, de vorige bondscoach, beet er zijn tanden op stuk : tactisch niet beslagen genoeg, mentaal te weinig zijn selectie overvleugelend kreeg de coach geen greep op de vedette. Okocha liet verstek gaan voor belangrijke afspraken met flauwe excuses en bleef afwezig op het trainingskamp van de selectie in Londen. De ploeg bleef verstoken van zijn leider. “Als je vervolgens als elftal neerkijkt op de ene tegenstander en de andere te veel respecteert, dan heb je een probleem. Maar wat in ons voordeel pleit, is dat er nu toch een big understanding is gesmeed tussen alle spelers.”

On and off

Een strakke regie is het dus die Augustine nu voert. Naast en op het veld. “Ik probeer het Nigeriaanse voetbal gerund te laten worden zoals in de westerse wereld”, zegt de trainer. “Alles op tijd, logistiek gezien dan, want het voetbaltalent hebben we. We zitten alleen in een fase dat alles aan het veranderen is. Ik zat bij die ploeg die op het WK in Amerika speelde. Die generatie was aanvallend sterker, maar nu hebben we ongelooflijk veel snelheid in de ploeg. Het is alleen wachten op de juiste passes van onze middenvelders. Maar in principe moeten ze dat allemaal kunnen.”

Hij wil zijn ploeg nog meer zien spelen als een geheel. “Onze basistactiek was vroeger altijd om te spelen over de flanken, maar het voetbal vandaag is veranderd. Dus ik wil mijn ploeg anders zien voetballen. We beschikken niet meer over de Finidi’s of de Amunikes van vroeger. Dus we moeten compact spelen, samen aanvallen en verdedigen. De nul houden blijft het belangrijkste. Alleen : omdat ik mijn ploeg niet bij elkaar kon brengen, hebben we ook geen vriendschappelijke wedstrijden gespeeld en niet op automatismen kunnen trainen tot aan het begin van de Afrika Cup.”

Toch stonden ze vooraf bij de favorieten voor de eindoverwinning. Ze hebben er de ploeg voor : weinig expliciete individuele uitschieters – Nigeria is voor zijn succes niet afhankelijk van één vedette – maar een consistent geheel. Met Vincent Enyeama in doel, die niet de allure van pakweg een Peter Rufai heeft, maar beschikt over veel inzet, en een behoorlijke verdediging – zolang ze niet te veel onder druk komt – waarin Chidi Odiah op rechts voor stevig voetbal staat en Taye Taiwo op links een dreigend schot in de linker heeft. Centraal vormt Joseph Yobo met Obinna Nwaneri of Joseph Enakarhire een duo. Op het middenveld kon Jay Jay Okocha, gehinderd door blessures en aan zijn laatste toernooi bezig, niet eens meer aanspraak maken op een basisplaats. Daar wordt het spel nu verdeeld en gecontroleerd door onder andere Christian Obodo, Wilson Oruma, Attanda Yussuf, John Utaka, de broer van Westerlo’s Peter Utaka, of John Mikel Obi. Obi, 18 pas en bij FC Lynn Oslo gewild door Chelsea, moet Okocha’s opvolger worden en is op de Afrika Cup pas aan zijn tweede cap toe, maar speelde twee WK’s met jeugdselecties en kreeg op dat voor min 20-jarigen in Nederland vorig jaar de Zilveren Bal.

Voorin ligt het zwaartepunt van de aanval bij Obafemi Martins, de nog altijd maar 21-jarige spits van Inter Milaan. Door Churchill Oliseh – broer ván – in 1998 van Lagos naar derdeklasser Reggina gebracht groeide het rugnummer 30 uit tot een gesel voor elke verdediging bij Inter. Een rol die hij ook bij Nigeria vervult. Verder kan Augustine zich ook nog beroepen op spelers als JuliusAghahowa, Peter Odemwingie (vroeger bij La Louvière) en Nwankwo Kanu.

“Achteraan staan we stevig, voorin hebben we heel veel snelheid en in het midden kunnen we een pass geven”, vat Augustine zijn ploeg samen. Een ploeg die “door de ervaring mentaal sterk staat, maar zich in sommige wedstrijden, zoals de openingswedstrijd van de Afrika Cup, toch nog te wisselvallig toont. We switch on and off. Daarom zeg ik : ons grootste probleem is de concentratie volhouden. Dus voor mij als bondscoach is werken aan de psychologie nu heel belangrijk. Je dient de spelers.”

Koos Augustine voor jeugdige voetballers, dan bleek de cohesie wel eens zoek ; een euvel dat verholpen werd door voor ervaring te gaan, zoals bleek in de derde wedstrijd van de voorronde.

Deadline

Ondertussen hebben de internationals van Nigeria druppelsgewijs hun hotelkamer verlaten om zich sloffend naar de lunch te begeven. Ook de trainer maakt aanstalten om te vertrekken. Maar niet nadat hij nog één overweging heeft meegegeven. “Ik geef mezelf tot 2014 en dan stop ik ermee als trainer, denk ik. Die deadline heb ik mezelf gesteld. Daarna wil ik in het management als technisch directeur of zo. Maar ik wil eerst een van de goede trainers in de wereld worden. Ik doe dit heel graag, bondscoach zijn, maar ooit hoop ik trainer te worden van AA Gent. Ik hou nog altijd heel erg van die club.”

Drie dagen later wint Nigeria van Zimbabwe om vervolgens Senegal te verslaan. Daarmee verzekerde het zich van een plaats in de kwartfinales, waarin het zaterdag Tunesië klopte. Dinsdag speelde het de halve finale tegen Ivoorkust.

RAOUL DE GROOTE

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content