De WorldTourstatus wordt van levensbelang.

Sinds 1 augustus mogen renners officieel bekendmaken voor welke (nieuwe) ploeg ze volgend seizoen zullen rijden. En dus raken er elke dag transfers bekend, met de verhuizing van Philippe Gilbert naar BMC als uitschieter. De kwaliteiten van een renner zijn daarin logischerwijs van doorslaggevend belang. Maar het aantal WorldTourpunten die hij verdiende, is minstens even belangrijk.

De WordTourlicenties voor 2012 (met daaraan gekoppeld het automatisch startrecht in alle grote wedstrijden) worden immers toegekend aan de eerste vijftien ploegen van een nieuwe ranking. De UCI berekent dat klassement op basis van de punten die de vijftien beste renners van elk team de voorbije twee seizoenen behaald hebben in wedstrijden van de WorldTour (grote klassiekers, Giro, Tour, Vuelta en rondes als Parijs-Nice) én de continentale kalender (semiklassiekers en kleinere rondes).

Ook de punten van nieuwe renners worden meegeteld. Zo mag BMC de punten van Gilbert op zijn rekening schrijven, waardoor Omega Pharma – Quick-Step of de nieuwe Lottoploeg een hele korf punten ziet verdwijnen.

Verder telt de Team’s Collective Score mee in het nieuwe klassement. Daarbij verdienen teams punten op basis van de ploegenklassementen in grote en kleine rondes en de leiderstruien die hun renners in die koersen in 2011 gedragen hebben.

De Rider’s Score (punten van de vijftien beste renners) plus de Team’s Collective Score bepalen het klassement van een ploeg. De beste vijftien teams verwerven dus automatisch een WorldTourlicentie. Van de vijf ploegen die op de plaatsen 16 tot en met 20 eindigen, krijgen er nog drie een wildcard. Daarbij baseert de UCI zich ook op ethische, financiële en administratieve criteria. Op die manier raakte Quick-Step aan een licentie voor 2011.

Deze nieuwe ranking mag niet verward worden met het ploegenklassement van de WorldTour, waarin alleen de punten van de vijf beste renners per team meegeteld worden. Voor ploegen als Vacansoleil-DCM met veel goede coureurs maar zonder wereldtoppers is dat een voordeel. Het Nederlandse team is in het WT-klassement de rode lantaarn, maar omdat in de ranking voor het toekennen van de WT-licenties víjftien renners per ploeg punten kunnen verdienen, schuift het een aantal plaatsen op. Dat zegt althans manager Daan Luijkx, want de UCI houdt het klassement strikt geheim omdat het “de transfercarrousel niet te veel wil aanzwengelen”.

Geen enkele ploeg weet dus op dit moment officieel op welke plaats ze staat – bij de eerste vijftien of niet? Teammanagers moeten dat dus zelf uitvissen. Volgens Herman Frison, ploegleider bij het nieuwe Lottoteam, is dat “bijzonder moeilijk”. Anderen, zoals Daan Luijkx, hebben daar minder moeite mee. “Ik bereken dat via een Excelbestand.”

Managers die vrezen dat hun team uit de eerste vijftien zal vallen, moeten hopen dat hun renners de komende weken nog een korf WorldTourpunten oprapen. Ofwel zullen ze zich op de transfermarkt nog moeten roeren. En daar zal elk puntje héél duur betaald worden.

door jonas creteur

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier