Peter t'Kint
Peter t'Kint Redacteur bij Sport/Voetbalmagazine

Eind mei hing Pär Zetterberg zijn schoenen aan de haak. De Zweedse middenvelder leert nu scouten voor Anderlecht. Dat blijkt niet altijd evident.

Modieus hemd dat strak tegen het gespierde lijf zit, veel aangekomen is Pär Zetterberg niet sinds hij begin mei stopte als voetballer. Kan ook moeilijk, de Zweed heeft dan wel een bureaujob op Anderlecht, maar hij houdt zich fit. Sportieve uitdagingen genoeg. Vorige week miste hij de openingsdans van Anderlecht op het kampioenenbal, omdat hij tegen Diego Maradona moest voetballen. Showball, zeven tegen zeven geloofde hij, zonder het zeker te weten. De Argentijnen van ’86 tegen de Zweden van ’94. Dat WK miste hij wel door een knieletsel, maar passons. Op 30 september is er een benefiet, voetbalt hij tegen onder meer Eros Ramazotti in het Koning Boudewijnstadion. En straks begint een voor hem gloednieuwe competitie, indoorhockey, 5 tegen 5. Tussendoor voetbalt hij nog op een laag niveau. Fysiek wil hij dus op punt blijven en daarom vind je hem tussen de middag vaak bezig in de fitnesszaal van het stadion. Zetterberg : “Ik heb het nodig, zweten, een week aan een bureau zitten zonder iets te doen kan ik niet.” Twee dagen per week probeert hij wel wat te rusten, om het lichaam te laten herstellen. Dat was vorig seizoen immers echt op, zegt hij. “Op het einde haalde ik met moeite de volgende wedstrijd, ook al lag er een week tussen. Tendinitis, kniepijn … Nog een jaar voetballen was écht uitgesloten.”

Hij is net terug van zijn eerste missie, “ergens in Europa. In Noorwegen, ja, maar geen wedstrijd van de A-ploeg. Jonger.” Het was zijn eerste trip vanuit België, maar niet zijn eerste opdracht als scout. “Nog tijdens mijn vakantie in Zweden ging ik al wedstrijden bekijken.”

Lukte het wat, zelf het vliegtuig nemen ? Hij lacht : “Het is inderdaad héél anders dan met de club. Ik was gewoon om in groep te reizen, in een situatie waarin alles voor je werd geregeld. Je verzamelde om negen uur aan het stadion en daarna werd alles je uit handen genomen. Nu moet je uitvissen hoe je ergens raakt, waar je hotel is, hoe laat de match begint, hoe je in dat stadion komt, waar je moet eten … (lacht) Anderzijds zorgt het niet voor dezelfde stress als in je periode als speler. Ik kan nu ’s avonds op restaurant of naar de training van mijn zoon, ik moet niet meer letten op voldoende rust.”

Fysiek spel

Hij moet nu in eerste instantie leren kijken als een scout, niet als de nummer tien die hij was. Zetterberg : “Dat is het moeilijkste. Wat ik nu al merk, als beginner, is dat ik veel makkelijker iemand kan scouten die op mijn plaats speelt of daar in de buurt. Omdat ik de kwaliteiten en gebreken voor die positie goed ken. Maar die reflectie heb ik zelf heel snel gemaakt. Pär stop ermee, kijk ook elders. Je moet ook veel meer op een individu letten dan op de wedstrijd. Naar iemands manier van bewegen, zijn techniek, snelheid, vista, plaatsing. Wat kon mij vroeger de plaatsing van de rechtsback schelen, ik volgde de bal …”

Daarom is zijn werk voorlopig nog heel algemeen en niet specifiek gericht op één positie. Zetterberg : “In eerste instantie moet ik mijn sector leren kennen. Scandinavië. Vanaf 16, 17 jaar. Zweden, Denemarken, in mindere mate Finland en Noorwegen, van die landen wil ik wel de echo’s opvangen.”

Bewust is hij wel ook zoveel mogelijk aanwezig bij wedstrijden van de eigen A-ploeg. Omdat, zo zegt hoofdscout Werner Deraeve, het de bedoeling is dat hij contact houdt met de evolutie van die ploeg. Zetterberg : “Ja. Net zoals ik ook daarom de eigen jeugd volg, om een beter zicht te krijgen op het niveau van de ploeg én het niveau van de jeugd die zich meldt en dan te kunnen vergelijken met wat ik elders zie.”

En dat durft wel eens heel anders te zijn dan wat hij gewend is. Zetterberg : “In de pers wordt het Belgische voetbal vaak afgeschilderd als fysiek voetbal. (grijnst) Als ik wedstrijden in Zweden vergelijk met de onze, dan spelen wij hier zeer technisch voetbal, mijn beste ! Zweden en Noren, dat is pas fysiek. Zeg mij dus nooit meer dat Belgen fysiek voetballen.”

Verliest hij dan zijn tijd niet in het hoge Noorden, gezien de huisstijl ? Zetterberg : “Neen. Denen zijn heel anders en er zijn ook technisch sterke spelers bij de Zweden. Ik heb het hier gered, Christian Wilhelmsson ook. Je hebt er techniek en snelheid, maar de meerderheid is anders opgeleid.”

Ole-Martin Aarst heeft het niet gered in Brussel. Zetterberg : ” Hannu Tihinen wel. Dat was misschien niet de fijnste voetballer, maar hij had hier toch zijn waarde. Hannu was iemand die zijn gebreken heel goed kon camoufleren. Hij was niet supersnel en draaide evenmin supersnel. Maar hij ging in duel en was één tegen één moeilijk te passeren. Dat ze in Scandinavië, zij het Zweden, Noorwegen of zelfs Denemarken, centraal achterin niet zo snel zijn, heb ik inmiddels wel gezien. Maar ze compenseren dat vaak met hun intelligentie. Dat is net de uitdaging, je ziet dat een speler daar met zijn kwaliteiten de beste is, maar je moet je ook trachten te verbeelden of hij het met diezelfde kwaliteiten in een ander voetbal ook zou redden. Anderzijds is het voetbal in al die tijd ook enorm veranderd, je moet nu veel steviger staan. Iemand als ik zou het nu veel moeilijker hebben om dezelfde carrière te maken. Dat moet je meenemen in je beoordeling van een speler. Kracht en snelheid zijn van enorm belang. De meeste clubs, de meeste trainers, vragen nu spelers van boven de 1,80 m.”

Saviola en Messi zijn kleintjes, Boussoufa, Hassan of Biglia evenmin reuzen. Zetterberg : “Mag Saviola meespelen bij Barcelona ? Oké, hier wel en er zijn uitzonderingen. Maar globaal gezien is het voetbal veranderd. Dus moet je ook je visie als scout veranderen, ook al blijf ik in gedachten het voetbal van Anderlecht houden, er is bij het publiek een zeker verwachtingspatroon.”

Kwaliteit gekocht

Zijn inbreng in het beleid van de A-ploeg is nog miniem op dit moment. Geconsulteerd over pakweg de contractverlenging van Olivier Deschacht werd hij niet. Zetterberg : “Neen. Dat is mijn rol niet. Ik heb wel mijn mening gegeven over de invulling van de plaats van rechtsachter. (grijns) Maar die blijft intern. Bij dat soort discussies word ik nog niet zo vaak betrokken. Ik zit nog in het stadium van observeren. Ook de trainingen.”

En is Biglia een goeie opvolger voor hem ? Zetterberg : “Ik hoorde dat hij het heel moeilijk had in zijn eerste twee matchen, maar die miste ik. Wat ik nadien van hem zag, was uitstekend. Zeker in Madrid. Ik heb de indruk dat al die nieuwelingen goed hun plaats hebben gevonden. Er is dan ook voor kwaliteit gegaan in de aankopen, in plaats van kwantiteit. Daar hadden we in het verleden – en dan spreek ik over mijn periode als speler, een paar problemen. Maar lag het aan de scouting ? Of lag het aan het budget ? Ik constateer dat de sommen die Anderlecht nu kan betalen, een paar jaar geleden niet beschikbaar waren. Toen tien jaar geleden al de goeie spelers vertrokken – Nilis, Degryse – , is er meer gekozen voor kwantiteit. Nu zijn ze naar Argentinië getrokken en hebben ze de beste spelers van in België aangetrokken. We gaan nog spelers aankopen die het uiteindelijk niet redden, dat gebeurt in elke club, maar we proberen die kans zo klein mogelijk te houden. Bijvoorbeeld door een goeie scouting. Ik vind dat er nu alles in de ploeg zit : engagement, snelheid, techniek …”

Eén van de bekommernissen van de technische staf is het houden van een Belgische nucleus. Is dat ook de zijne ? Zetterberg : “Het gaat in eerste instantie om de betere spelers, maar je mag niet in toestanden als Beveren verglijden. Dus, ja, goeie jonge Belgen zijn welkom. Maar die zijn er, die zitten ook in deze kern. De dag dat we hier geen Belgen meer hebben, kan je echt zeggen dat het Belgische voetbal slecht is.”

Zozo. Armenië-België gezien ? Ontwijkend : “Ik was er niet, ik moest werken.”

Er bestaan recorders, van alle types … Hij lacht : “Ik heb nog nooit een wedstrijd van de Belgen opgenomen. Ik kijk er wel naar, als ik de tijd heb, maar opnemen … Ik hoop wel dat de Belgen zich plaatsen, want dat is goed voor iedereen.”

Argentijnen zijn hard en Engels, Belgen hebben hun eigenheid, Afrikanen voegen wat extra aan het spel toe, maar wat kunnen Scandinaven inbrengen ? Zetterberg, zonder aarzelen : “Professionalisme.”

Wilhelmsson werd onlangs wel uit het trainingskamp van de Zweden gezet na een nachtje stappen … Zetterberg : “(Grijns) Je kan er altijd voor 95 procent op rekenen. Ze integreren zich ook makkelijk, overal.”

Ze worden wel duurder, horen we. Zetterberg : “Zo lang Anderlecht iets betekent in de Champions League, kan je clubs en spelers warm maken voor Brussel. Misschien verdienen ze hier wat minder, maar je hebt wel de quasi garantie op elk jaar Champions League. En dan hoop je maar dat jongens zoals Christian twee, drie jaar via België willen passeren voor ze doorgroeien. Dat is de boodschap die ik zal trachten over te brengen, dat ze een fout maken door direct naar Engeland te gaan. Engeland is aantrekkelijk, maar speel één week slecht en je vliegt naar de bank en de week erna zit je in de tribune. Nog een week later verkopen of verhuren ze je. Anderlecht heeft nog een naam in Scandinavië en geeft spelers meer krediet. In Noorwegen of Zweden is Engeland dé droombestemming, dat is duidelijk. In Denemarken zijn Nederlanders of Duitsers dan weer dichtbij. Aan mij om het Belgische verhaal te verkopen.”

En dan ? Sportleider, zoals Marc Degryse ? Zetterberg : “Marc is ouder, neen ? Ik moet nog een heel netwerk opbouwen, daar voel ik me nog veel te jong voor. Nu sta ik nog nergens, ik weet niet eens of ik het kan.”

Stel van niet, dat hij gewoon geen oog heeft voor talent, zou hij dan ooit trainer willen worden ? Zetterberg : “Nooit. Eén : omdat het me niet interesseert. En twee : omdat ik er niet geschikt voor ben. Zeven dagen op zeven met die stress leven, bedankt. Zelfs als je wint en de hele week goed hebt gewerkt, zit je nog met twintig ontevreden spelers, omdat zij niet op het veld stonden. Er is veel negatief werk bij. Een speler gaat na de training naar huis en is ervan af. Een trainer nooit. Vergaderingen, voorbereidingen, dvd’s bekijken, nadenken over de tegenstand, je groep voorbereiden … Hoed af voor zij die het doen, maar het is niks voor mij.”

PETER T’KINT

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content