Peter Maes, de hoofdtrainer van KRC Genk, zag zondag hoe zijn ploeg dankzij een 3-2-zege tegen Club Brugge een ticket voor play-off 1 bemachtigde.

1 Vóór Nieuwjaar zei je meer dan eens dat flankspeler Leon Bailey nood had aan rust, maar je zag niet veel alternatieven voor hem. Na de wintertransferperiode is er niet veel veranderd; je bleef Bailey de voorbije weken opstellen. Hoe kan dat?

‘Bij Leon was de grote uitdaging vóór Nieuwjaar niet het lichamelijke aspect; het was meer een mentale kwestie. Hij herviel in hoe hij als voetballer werd grootgebracht; hij maakte fouten die hij vroeger ook al maakte: te veel lopen met de bal, de blik naar de grond gericht, geen oog meer voor de ploegmaats, altijd in de eigen actie zitten. In de winterstop keerde Leon eens terug naar zijn land. Voor een jongen van achttien is zoiets belangrijk, want op een bepaald moment werd er natuurlijk veel van hem gevraagd. In Jamaica kon hij eens stoom aflaten. Nadien was zijn voorbereiding tijdens onze winterstage heel goed en die lijn trekt hij door. Hij is opnieuw archifris in zijn hoofd en pikt weer heel veel op. Het is natuurlijk nog altijd zo dat wij qua aantal spelers op de flanken niet heel dik zitten, maar ik zie nu eigenlijk ook niet echt meer een reden om Leon nog te sparen.’

2 In de zomer haalden jullie spits Igor De Camargo en middenvelder Yoni Buyens. Zij moesten de nieuwe leiders in de kleedkamer worden, maar komen intussen nog amper aan speelminuten. Welke misrekening maakten jullie in die dossiers?

‘Je hebt het heel terecht over de nieuwe leiders in de kleedkamer. Dat zijn ze, ook nu nog. Igor en Yoni zijn twee harde werkers en gasten die het voetbal door en door kennen. In de eerste helft van de competitie waren zij heel belangrijk voor ons en dat blijven ze, want zij zullen er altijd staan als we hen nodig hebben.’

3 In je verdediging is Christian Kabasele een goede voetballer, maar beschik je daar voor de rest niet over veel te weinig voetballend vermogen?

‘Ik stel vast dat we samen met AA Gent en Anderlecht de minst gepasseerde defensie van de eerste klasse hebben. Ik denk dat je daar meer op moet focussen dan op het negatieve. Ik ben tevreden over wat onze verdedigers moeten doen: verdedigen. De opbouw van achteren uit kan inderdaad beter, en dan gaat het dikwijls over de snelheid van uitvoering. Maar als je met jonge gasten werkt, heeft dat wat tijd nodig – en dan kijk ik niet alleen naar de achterste vier, maar ook naar Wilfred Ndidi. Ik merk wel dat het beter lukt om het spel op gang te krijgen als Alejandro Pozuelo wat kan komen helpen. Dat lukt hem dan weer beter vanaf positie acht dan vanaf positie tien.’

4 Bij de uitwedstrijd in Moeskroen miste je Pozuelo, je spelverdeler. Toen zette je met Bennard Kumordzi een tweede verdedigende middenvelder naast Wilfred Ndidi. De buitenwereld verwachtte Roeslan Malinovski op positie acht, maar jij zei achteraf dat je Malinovski eerder ‘een tien’ vindt dan ‘een acht’. Verkeken jullie je op hem?

‘Helemaal niet. Alleen voetballen we in België niet zoals in Spanje, Duitsland of Oekraïne, waar hij vandaan komt. Bij ons leunt die positie acht toch iets dichter aan bij de positie zes. Als Ndidi in een match eens even weg is van zijn plaats, moet zijn positie overgenomen worden. Dat automatisme heeft Roeslan nog niet. Voor een elftal dat in een opbouwfase zit, zoals wij, is het belangrijk om vanuit een goede organisatie te spelen. En als je naar Moeskroen gaat, wil je daar in eerste instantie een resultaat boeken. Vandaar de twee verdedigende middenvelders.’

5 Je blijft maar praten over ‘een opbouwfase’. Duurt die intussen niet al heel erg lang?

‘Mijn opbouwfase bij Lokeren duurde vijf jaar, zoiets houdt nooit op. Ik denk dat je dit seizoen duidelijk kan zien dat deze groep nog altijd heel erg op zoek is naar stugheid. Ook al houden we dikwijls de nul, we moeten nog meer proberen om wedstrijden deels te controleren. Dat bereik je niet van vandaag op morgen met zo’n jonge groep. Daarom is het ook belangrijk dat we naar play-off 1 mogen, het kan die gasten na het harde werk van dit seizoen vertrouwen en een boost geven.’

DOOR KRISTOF DE RYCK

‘Bailey is opnieuw archifris in zijn hoofd en pikt weer heel veel op. Ik zie niet echt meer een reden om hem nog te sparen.’ PETER MAES

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content