Terwijl AA Gent het in de hervormde competitie uitstekend doet, stijgt ook de bekerspanning. ‘Ik denk dat het al in heel de club zit’, zegt voorzitter Ivan De Witte.

I van De Witte houdt er een strakke agenda op na, maar neemt, als hij iets inplant, evenzeer de tijd. Zoals voor een interview bijvoorbeeld, net voor hij zich naar Rijsel spoedt om er de trein naar Londen te nemen.

Het is een cliché om mee te beginnen, maar AA Gent staat derde en lost daarmee voorlopig de ambitie in om beter te doen dan vorig seizoen. Er viel af en toe spektakel te zien, de bouw van het nieuwe stadion staat eindelijk op de rails voor 2012 en jullie maken nog kans om de beker te winnen: hier zit een tevreden voorzitter, denkt men dan.

Ivan De Witte: “Als je dat allemaal opnoemt, hebben we een geweldig parcours afgelegd. Ik denk zelfs een uitzonderlijk parcours, rekening houdend met bepaalde omstandigheden. We hebben met De Smet, Custovic, Thijs en anderen veel meer blessures gekend dan normaal. Aan sommige transfers hebben we nog niet veel plezier beleefd, maar dat is het gevolg van onze situatie: we proberen opportuniteiten te halen als ze zich voordoen en dat betekent dat het wat tijd neemt vooraleer die spelers helemaal speelklaar zijn. We hebben nooit lang met het type-elftal kunnen spelen dat in onze hoofden zat.

“Maar ik ben uiteraard een tevreden voorzitter. De kers op de taart zou voor mij de bekerfinale en als het even kan de bekerwinst zijn. Dat zou het helemaal compleet maken. ( lachje) Wakker lig ik er niet van, maar het houdt mij nu al wel bezig. Ik denk dat het al in heel de club zit. Toen ik voor de wedstrijd tegen Charleroi wat tussen de supporters en sponsors wandelde, hoorde ik dat de halve finale al meer leefde dan de wedstrijd tegen Charleroi. Wat ik niet goed vond, maar misschien was het bij mij ook al wat zo.”

Wat merkwaardig is, is dat er ondanks die positieve resultaten en vooruitzichten toch een wat zurige sfeer rond de club hangt: supporters floten de ploeg uit en er moest een debatavond georganiseerd worden om dat recht te trekken, de trainer liet zich al een paar keer cynisch uit, hij weigerde de pers te woord te staan voor de match tegen Charleroi …

“Ik denk dat je in de ziel moet kijken van de mens Michel Preud’homme, die zegt: als we met dit spelersmateriaal en in zulke omstandigheden toch nog dit resultaat behalen, dan zou je eigenlijk ook een publiek verwachten dat geweldig achter de ploeg gaat staan en altijd zijn rol van twaalfde man speelt. Ons publiek heeft dat dikwijls gedaan, maar zodra het eens wat minder loopt, wordt het een vrij kritisch publiek. Men verwacht dan resultaten en voetbal waar we eigenlijk nog niet aan toe zijn.

“Gent komt uit een enorm diep moeras, maar er zitten nog wel wat haarden van kritiek. Het is een echte cultuur bouwen, wat je moet doen. Ik ben nu tien jaar voorzitter: de eerste jaren hebben we vooral gewerkt aan het afbouwen van de schuldpositie, nu zijn we aan het bouwen aan de clubcultuur, maar dat zal toch tijd vragen. Onze trainer is daar dan toch wel een beetje door aangedaan, dat het publiek dat opbouwschema niet wil volgen.”

Supporters laten zich nu eenmaal niet regisseren.

“Publiek laat zich niet regisseren, dat weet ik, hoewel we onze supporters stilaan een beetje moeten proberen bij te brengen dat ze echt een factor kunnen zijn in het resultaat van de ploeg, in alle omstandigheden. Dat is een begeleidingsproces waar ik graag nog verder in zou raken. Kijk naar Club Brugge, dat thuis ongelooflijk veel wedstrijden wint in de laatste minuten. Dat is door het publiek hé, dat enorm achter de ploeg staat en blijft staan. Ik denk dat we dat ook met ons publiek moeten kunnen bereiken. Voor een spelersgroep werkt het heel ontmoedigend als een publiek zo vlug kritisch wordt. Het is in dat kader dat je het optreden van de trainer moet zien: het is een verdedigingsproces van zijn groep. Als ik de omstandigheden bekijk die zich hebben voorgedaan, kan ik toch wel begrijpen dat je als trainer emotioneel geraakt bent.”

Maar daarom hoef je toch nog niet zo te reageren?

“Ik heb er hoofdzakelijk begrip voor gehad. Het is zo dat de trainer in alle geledingen van de club een winnersmentaliteit wil creëren. Bestuur, spelers, supporters, sponsors … En een winnersmentaliteit is in alle omstandigheden positief willen zijn. Een sponsor- of supportersgroep die zijn eigen ploeg voor een stuk in de steek laat, is een teken dat we die winnersmentaliteit nog niet overal hebben gecreëerd. Met een winnerscultuur in en rond de club maak je dat niet mee. Het is in die opbouw, in het willen creëren van positieve ondersteuning, dat je zijn reactie moet plaatsen.

“Op het ogenblik dat hij voelt dat een aantal geledingen niet meewillen, kan hij cynisch reageren. Maar als voorzitter voel ik op dit ogenblik nog niet de behoefte om dat met hem te bespreken. Ik denk dat het gewoon deel uitmaakt van zijn persoonlijkheid, die er niet tegen kan dat niet overal diezelfde mentaliteit bestaat. Als we hem daarin zouden proberen af te remmen zou je tezelfdertijd die geweldig gedreven persoonlijkheid afremmen. Een persoon is een persoon in zijn geheel en als er tien procent is die wat moeilijker in elkaar steekt, dan neem ik dat erbij.

“Ik sta honderd procent achter de trainer – je kunt er moeilijk negentig procent achter staan – zoals hij is. Er zullen niet veel zaken zijn die mij daarvan af kunnen brengen. Michel Preud’homme is een verstandig iemand die ook zelf wel de contouren van de club en zijn gedrag kan zien en inschatten. Wat ik aan de positieve zijde zie, is zo veel keren groter dan wat er aan de schaduwzijde een beetje is. Ik heb hem al persoonlijk gezegd: Michel, er is tien procent – en eigenlijk bedoel ik dan twintig ( lachje) – in je persoonlijkheid dat moeilijk te vatten is. Maar als tachtig procent zo positief is voor alles wat de club betreft, is dat schitterend.”

Tweeledige magneet

Kunt u vanuit uw achtergrond als bedrijfsleider in de human resources eens een beeld schetsen van de persoonlijkheid van uw trainer?

“Ik ga het proberen: ik vind hem zeer intelligent, iemand die zeer goed situaties kan inschatten, een heel gedreven vakman ook. Waarvan die gedrevenheid soms blijft komen, is een raadsel. Hij zou in veel bedrijven en zeker ook in het mijne een vooraanstaande rol kunnen spelen, want hij heeft ongelooflijk veel kwaliteiten. En als je er met een vergrootglas op zit, zul je wel eens een kantje zien dat wat hoekiger is, maar het is toch de meest complete trainer – als vakman en als mens – met wie ik ooit gewerkt heb.

“We zien mekaar quasi elke week en we praten dan toch op een avond drie, vier uur en nemen alle elementen van het reilen en zeilen van de club door. We beginnen meestal om halfacht en het is vaak twaalf uur, halfeen voor we stoppen. Dan spreken we nog geen uur over het sportieve, de rest gaat over de club in al zijn geledingen: het medische de jeugd, de trainers, de infrastructuur, de omkadering … Dat is toch wel belangrijk, denk ik.

“Het is een passioneel iemand, met veel charisma. Dat maakt van hem – zoals alle mensen met dergelijk charisma en op dergelijk peil in de maatschappij – dat het magneten worden die mensen aantrekken, maar altijd een zekere tweeledigheid behouden omdat er met een vergrootglas naar hen gekeken wordt. Je ziet bij Wenger ook een deel persoonlijkheid waar soms vragen over worden gesteld, Ferguson idem. Hoe hoger je komt, hoe meer men het kleine kantje gaat zoeken en uitvergroten. Dat wil enerzijds zeggen dat je maatschappelijk heel ver gekomen bent en anderzijds dat men bij dat type mensen de perfectie gaat zoeken. En die bestaat niet.”

Macht versus gezag

“Eigenlijk vind ik dat wel. Als we een toekomstige ligavoorzitter zullen hebben, zal het iemand moeten zijn met veel gezag. Ik vind dat we in de politiek, het maatschappelijke leven en het voetbal mensen nodig hebben die niet alleen puur aan macht bouwen, maar ook aan gezag. Gezag verwerven heeft vele dimensies. Het heeft vooral te maken met inzichten, waarden en voorbeeldgedrag. Daar moet ik zeggen dat we in het voetbal op z’n minst gezegd nog een grote weg af te leggen hebben. Ik wil mijzelf niet vrijpleiten, maar wat ik ten gunste van mijzelf wil zeggen, is dat ik probeer te leren en te evolueren en van daaruit toch een zeker gezag te verwerven. Maar dat is geen eenvoudige zaak in de voetbalwereld, die eigenlijk een machtswereld is. En uitsluitend op macht functioneren is een kwalijke aangelegenheid.”

Onze competitie maakt woelige tijden door: de kalender is overhoop gehaald door de winter en de rechtszaken vliegen ons bij wijze van spreken om de oren. Hoe kijkt u daar tegenaan?

“We moeten abstractie maken van al wat erbij komt, de winter en zo, maar ik denk dat er in de nieuwe competitieformule een veelbelovende kans zit. Zulte Waregem-Standard bijvoorbeeld zou in een normale competitie van voorbijgaande aard geweest zijn. Nu was dat een topwedstrijd. Hetzelfde geldt voor STVV-GBA, dat was een explosie van emotionaliteit. Maar we moeten consequent zijn en werken aan de bijhorende ethiek, want het is een competitie met bijkomende spanning en rivaliteit. We zouden gedragscodes moeten installeren die dat onder controle houden, maar uiteindelijk weet volgens mij iedereen wat een goed aanvaardbaar gedrag is en wat niet.

“Het is een jaar van all in one. Je kunt dat op twee manieren bekijken. Ofwel zeg je: het is een annus horribilis. Ofwel kun je zeggen: het is een gezegend jaar. Voor mij is het een gezegend jaar omdat alles in één keer op de akte komt. Je moet het natuurlijk met afstand durven en willen bekijken.

“Eén: via een aantal processen hebben we ontdekt dat we de neutraliteit en onafhankelijkheid in de besluitvorming prioritair moeten behandelen. De rechtbank heeft bijvoorbeeld in de zaak Moeskroen beslist dat de commissie niet onafhankelijk is samengesteld. Ze hebben zich niet uitgesproken over de licentie zelf. In het geval Charleroi zeiden ze dat je een gemaakt akkoord moet naleven. Ze hebben zich niet gemoeid met de inhoud van dat akkoord.

“Twee: dat je aan je statuut van eersteklasser verplicht bent een veldverwarming en een goed onderhoudssysteem te hebben.

“Drie: de kalendercommissie moet een absolute beslissingsbevoegdheid hebben. Eens je dat op een soort democratische manier gaat doen, ben je hopeloos verloren, want iedereen heeft wel iets.

“Vier: de inspectie van de velden moet op een veel meer uniforme en gestuurde manier gebeuren. Want nu is het een zootje eigenlijk.

“Vijf: het licentiesysteem moet aangepast worden.

“Dus het is een gezegend jaar als we eruit willen leren. Dan kunnen we in één keer twee stappen vooruit zetten.”

Klopt het dat AA Gent en Ajax gaan samenwerken?

“In elk geval is er wel interesse van beide partijen om iets op te bouwen. Er is gepraat, maar voorlopig blijft het bij een zekere visie en intentie. Ik denk dat we allebei nog eens goed moeten nadenken wat we precies willen doen.”

U bent dit seizoen opvallend rustiger gebleven in de media. Wordt een bedrijf runnen, voorzitter zijn van een club én de Profliga u soms niet te veel?

“Het is een druk schema, ik werk veel, maar ik organiseer mij behoorlijk goed, denk ik. Daardoor moet ik alleen die dingen behandelen die vragen om een knoop door te hakken.

“Mijn standpunt is: als ik een kritische noot krijg, wat kan ik daaruit leren? Dus als je bij mij een verandering van gedrag ziet – en die is er – dan is dat een conclusie die ik getrokken heb na bepaalde kritieken in de media waarvan ik vond dat ze terecht waren. Je zult mij geen kritiek meer zien geven op scheidsrechters. Dat heb ik beslist na de story- Nzolo vorig jaar. Maar dat mag dan natuurlijk niet tot de conclusie leiden: hij is er minder mee bezig ( lacht).”

door raoul de groote – beelden: reporters

Voor mij is het een gezegend jaar omdat alles in één keer op de akte komt.

Michel Preud’homme is de meest complete trainer – als vakman en als mens – met wie ik ooit gewerkt heb.

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content