Vijf kenners – Nol Hendriks, Franky Vercauteren, Jacky Munaron, Pär Zetterberg en Frans Van den Wijngaert – schilderen een portretje van evenveel laureaten.

Sef Vergoossen Trainer van het jaar

Nol Hendriks, sterke man Roda JC : “Als mens is Sef Vergoossen een volmaakte trainer. Beter gaat niet. Sef doet abnormaal veel. Is dag en nacht met voetbal bezig, ziet alle wedstrijden, weet alles van de club. Zo brengt hij bij het begin van het seizoen iedereen in een ontspannen sfeer een dag samen en niemand verveelt zich. Hij leert de spelersvrouwen kennen, spreekt ze toe over hoe het leven van een profvoetballer er uit moet zien. Hij kent iedereen in de club bij de voor- en achternaam. Alles bij hem is gebaseerd op teambuilding.

“Zo zal hij nooit iemand de hemel in prijzen of iemand de grond in boren. Verder omringt hij zich prima, tot een sportpsycholoog of een voedingsdeskundige toe. Hij doet alles wat hij denkt dat nodig is om dat kleine beetje extra te krijgen. Maar hij zal zijn ploeg nooit aanpassen. Het middenveld tien meter meer naar voren of achteren misschien, maar dan heb je het gehad. Dat heeft zijn voor- en nadelen. Internationaal lijkt het mij moeilijk.

“In België komt Sef veel meer uit de dug-out dan destijds bij Roda. Op dat vlak heeft hij zich goed aangepast, want dat was bij Roda voor het publiek een minpunt. Omdat hij voortdurend in de dug-out bleef zitten, dachten ze dat hij geen beleving had. Maar kwaad kan Sef óók worden. Toch wel, jaja. Als hij vindt dat hem onrecht wordt aangedaan, kan hij héél kwaad worden. Maar naar spelers toe zal hij dat nooit in het bijzijn van de groep doen. Hij gaat die speler thuis opzoeken en daar heel veel tijd in steken. Wees er maar zeker van dat Sonck door ermee te praten een veel betere voetballer is geworden. Spelers mogen best een eigen mening hebben, maar ze moeten discipline kunnen opbrengen. Dat is voor Sef heilig.

“Zo’n Dagano is typisch een product van Sef. Ik ben ervan overtuigd dat we bij een andere trainer van hem niet meer gehoord zouden hebben. De eerste vijf wedstrijden scoorde hij amper en miste hij pakweg dertig kansen. Maar Sef bleef hem honderd procent vertrouwen geven en bekritiseerde hem niet. Onder een andere trainer wordt zo iemand waarschijnlijk uitgefloten en speelt-ie met hoogtes en laagtes.

“Sef lijkt rustig, maar hij kent zeker stress. Een typerend voorbeeld is wat hem een paar jaar geleden overkwam in een wedstrijd met Roda op Utrecht. Het was rustig rond het veld, ook bij de supporters van Utrecht, maar omdat het een risicomatch betrof kwam de ME kort voor affluiten vlak bij hem naast het veld staan. Achteraf bleek Sef dat niet gezien te hebben, zó zat hij in de wedstrijd. Maar als je zo geconcentreerd bent dat je vijftig politiemensen niet ziet opdraven, mag je er zeker van zijn dat hij intern stress kent. Hij lijkt ontspannen, maar is net zo gespannen als wij allemaal.

“Sef is elke dag precies hetzelfde. Zweven is hem vreemd en hij zal nooit verslappen. Sef blijft voor een ploeg boven alles : rust.”

Koen Daerden Belofte van het jaar

Franky Vercauteren, voormalig linksmidden : “Een jongen met mogelijkheden, daar ben ik van overtuigd, zeker op een positie waar we in België niet veel overschot hebben. Hoe raar het ook klinkt, vaak is het moeilijk om een goede linksmidden of linksachter te vinden. Hij heeft me meermaals bekoord, alleen was het opvallend dat hij dat tegen Anderlecht niet kon bevestigen.

Daerden heeft een aantal belangrijke troeven : een meer dan behoorlijke techniek, fysiek, een goede passeerbeweging, uithouding, penetratievermogen, kan een goal aanbrengen én maken. Hij weet wat hij kan en wat hij beter niet doet. Hij denkt bijzonder collectief, zal geen drie tegenstrevers op een zakdoek met een dribbelbeweging voorbijgaan. Liever zoekt hij de combinatie.

“Hij schrikt er niet voor terug om de lijn op en af te hollen. Alleen is hij niet de speler die op de eerste meters heel explosief uit de hoek komt. Koen heeft ruimte nodig om zijn actie te maken. Ik doe het niet graag, maar in grote lijnen is hij vergelijkbaar met Bart Goor. Bart evolueerde van een schaduwspits naar een nog altijd vlot scorende linkermiddenvelder. Maar ook hij is niet echt van het explosieve type.

“Koen bezit zeker de mogelijkheden om de flank voor zich alleen te nemen, maar het is altijd goed om iemand in de rug te hebben. Koen moet in staat worden geacht om later in een driemansverdediging op de flank zijn plan te trekken.

“Zoals elke jongere moet Koen alleen nog meer aanwezig zijn. Zich opdringen, zelf het initiatief durven nemen, de bal opeisen. Dat komt met de jaren, daar heb ik geen schrik van. Koen is geen twijfelaar, denk ik, hij toont toch altijd veel zelfvertrouwen. En mentale rust, waardoor hij alles goed weet te relativeren. Geen grootprater, maar bescheiden. Dat zal hem helpen, want hij zal sowieso geconfronteerd worden met een terugval.

“Of hij mee moet naar het WK ? In een selectie voor een groot toernooi komen altijd maar zestien of zeventien jongens aan spelen toe. Hij kan bij die anderen behoren, maar de vraag is of het wel goed is hem alleen van de sfeer te laten proeven. Dat vind ik een beetje weinig. De bondscoach zal ook wel weten waarom hij eventueel Danny Boffin meeneemt. Als je rendement en kwaliteiten vooropstelt, moet je misschien voor Daerden kiezen. Maar de ervaring van Boffin zal uiteindelijk de doorslag geven, vermoed ik.”

Francky Vandendriessche Doelman van het jaar

Jacky Munaron, doelwachterstrainer van Anderlecht en de Rode Duivels : “Als jullie referendum bijvoorbeeld op 1 januari was afgesloten, denk ik dat Filip De Wilde en Frédéric Herpoel meer stemmen hadden verzameld. In die fase van het kampioenschap hield Filip meermaals de nul op het bord, terwijl Fred met AA Gent zeven opeenvolgende overwinningen behaalde. Moeskroen zat toen in een diep dal. Na vijf speeldagen hadden zee geen enkel punt, en daar kon ook Francky Vandendriessche weinig aan verhelpen.

“Net als zijn ploeg heeft hij zich nadien goed herpakt. In de opmars van Moeskroen had Francky zeker zijn aandeel. Op enkele bepalende momenten stopte hij toch een aantal penalties, niet meteen het makkelijkste. Zo bouwde hij stilaan een reputatie op, ook al door aan te geven dat er een truc voor bestond. Maar daar heb ik mijn twijfels over : er zijn geen geheimen bij het stoppen van strafschoppen. Bij een harde, goed geplaatste trap is elke doelman altijd kansloos.

“Francky wordt nu beloond voor de zware inspanningen tijdens zijn revalidatie na een dubbele knie-operatie. Vooral mentaal is hij sterker dan ooit. Dat hij door zijn ploegmaats werd verkozen tot aanvoerder, getuigt van veel respect. Momenteel bereikt hij zijn beste niveau, denk ik. Snel op de lijn en goed in de duels. Twee aspecten blijven voor verbetering vatbaar : het uitkomen op hoge ballen en het meevoetballen. Misschien een kwestie van durf, want bij de nationale ploeg zag ik toch al andere dingen. Rekening houdend met zijn positieve ingesteldheid en volharding, verdient Francky zeker een plaats bij de Rode Duivels.”

Marc Degryse Fair Play

Pär Zetterberg slaagde er als enige in om in hetzelfde jaar de titel van Profvoetballer van het jaar en de Fair Playprijs te behalen : “Als voetballer heb je een voorbeeldfunctie. Fair play, denk ik, is een aangeboren kwaliteit. Je wordt nu eenmaal geboren met de bezorgheid om de etiquette van het spel, het reglement en de tegenstander te respecteren. Op dat vlak is Marc Degryse al jaren een referentiepunt. De tijd dat ik aan zijn zijde speelde, heb ik nooit humeurigheid opgemerkt tegenover de autoriteit, of het nu de trainer, de scheidsrechter, een tegenstander of een ploeggenoot ging. Marc behield altijd en overal zijn waardigheid.

“Veel heeft natuurlijk ook te maken met de positie die we innemen op het veld. Er bestaat een groot verschil tussen een offensieve middenvelder of terughangende spits, en een defensieve middenvelder. Marc werd nooit gedwongen om veel ballen te recupereren, waardoor hij ook niet veel fouten maakte. Anders had hij het waarschijnlijk ook nooit twintig jaar volgehouden. Door zijn correctie opstelling op het veld werd hij ook nooit het slachtoffer van agressieve verdedigers.

“Wat me het meest opvalt, is dat hij op 37-jarige leeftijd nog altijd uitblinkt. Als een gentleman die anderen beter laat voetballen en die zich nauwelijks ergert aan arbitrale beslissingen. Want dat risico loop je soms : dat je je door ouder te worden, meer ergert. Naar ik verneem, geldt dat niet voor Marc.

“Met zijn afscheid verliest het Belgisch voetbal ook een uitstekend raadgever voor goede spitsen. Door zijn steun groeiden Kenneth Brylle bij Club Brugge, Luc Nilis bij Anderlecht en Wesley Sonck bij GBA uit tot betere voetballers. Zij moeten fier zijn dat ze aan de zijde van Marc mochten spelen. Maar ik spreek ook en vooral uit persoonlijke naam : voor mij is Marc altijd een referentiepunt geweest.”

Frank De Bleeckere Scheidsrechter van het jaar

Frans Van den Wijngaert was de laatste Belgische scheidsrechter die in 1995 met Juventus-Parma een Europese finale leidde : ” Frank De Bleeckere is een jong element dat jaren geleden bij de nationale top is gekomen onder een toch wel vrij sterke begeleiding van zijn eigen papa, wiens vader trouwens óók scheidsrechter was.

“Ik moet zeggen dat Frank, toen hij bij ons in de elitegroep kwam en pas in eerste klasse begon te arbitreren, al wat indruk maakte. In die zin dat hij fysiek sterk in orde bleek, sober was en een jongen met een luisterend oor. Ik kan het weten, want hij is toen een aantal keer met mij meegeweest naar het buitenland. Zo zie je onmiddellijk welk vlees je in de kuip hebt, of hij ernstig met zijn job bezig is of het als een snoepreisje beschouwt. Toen al had ik sterk de indruk dat als die jongen met zijn twee voeten op de grond zou blijven, hij er zou komen.

“Frank heeft ook het geluk gehad een vrouwtje te vinden dat sportminded is. Je kunt als scheidsrechter enorm goed ontwikkeld zijn, maar als je een gezin hebt dat niet aanvaardt dat je zo dikwijls van huis weg bent, toch een grote opoffering, dan kan je ook niet slagen in die zware opdracht. Wederzijds vertrouwen en rust in het huishouden, onderschat dat niet. De man die wordt aangemoedigd, de vrouw die meeleeft, kan aanvaarden dat haar man op de eerste rij loopt en zij eigenlijk in het niets blijft zitten. De man die reist, erover vertelt – want het is toch mooi, hoor. Met een vrouw die daar jaloers op is, niet in de schaduw kan leven, kan je onmogelijk de kracht en de concentratie opbrengen om een hobby als topsport te bedrijven.

“Wat ook belangrijk is, is een goeie job. Ook dat heeft Frank ( hij verkoopt dassen, nvdr). Want je begrijpt dat niet iedere werkgever bereid is een scheidsrechter, waaraan almeer meer eisen worden gesteld, zoveel dagen en uren vrij te stellen.

“De Bleeckere is als ref kordaat, moeilijk van de wijs te brengen. Eens een beslissing genomen, blijft hij bij zijn stuk, maar hij probeert dat toch op een vaderlijke manier te doen. Zonder al te veel gele kaarten. Hij durft zelfs al eens de kaarten op zak te laten daar waar het nodig was geweest, maar dat is zijn manier van arbitreren en zijn karakter, daar moeten wij mee leven. Een stuk diplomaat, ja.”

door Raoul De Groote, Bruno Govers, Christian Vandenabeele en Frédéric Vanheule,

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content