Zondag sluit het Belgische voetbalseizoen voor de eersteklassers af met de bekerfinale tussen AA Gent en Anderlecht. Als de logica wordt gerespecteerd staat bij de Brusselaars Silvio Proto, die op 23 mei 25 wordt, onder de lat en niet Daniel Zitka. Proto speelde dit seizoen alle bekerwedstrijden, vandaar. “Garanties dat ik straks ook de finale mag spelen, heb ik vandaag (vorige donderdag, nvdr) niet”, zucht de speler. “Het is een match met inzet waarin we ons seizoen goed kunnen maken. Als Anderlecht de titel niet haalt, kan je immers niet van een geslaagd seizoen spreken, maar met de tweede plaats en de beker is er toch wat troost. Dus wil iedereen spelen, aan de trainer om te beslissen.”
In 2003 zag Proto een eerste bekerfinale aan hem voorbij gaan. La Louvière speelde toen tegen Sint-Truiden en won met 3-1. Proto: “Ik kwam toen terug uit blessure. Jan Van Steenberghe had het goed gedaan tijdens mijn afwezigheid en alhoewel ik al fit was – ik stond de laatste twee matchen van het seizoen onder de lat -, mocht hij toch spelen. Een teleurstelling, maar nu niet spelen zou veel erger zijn.”
In zijn hoofd voelt Proto zich nog steeds kandidaat-titularis, ook al zou de bekerfinale pas zijn zesde wedstrijd van het seizoen zijn. Proto: “Ik heb de kwaliteiten om hier bij Anderlecht eerste doelman te zijn. Ik zou naar een andere club kunnen, maar zie daar het nut niet van in. Meer speelminuten, oké, maar ik ga hier ook vooruit. Het ideale zou zijn dat ik op gelijke voet met Zitka kan strijden of, als de club dat niet wil, naar een andere topclub kan verhuizen, maar die hebben allemaal goeie doelmannen. Standard niet? Ik denk dat die mogelijkheid er niet inzit. Ik zie dus niet veel heil in een vertrek, tenzij de directie me verplicht. Dan lijkt het buitenland de beste oplossing. Daar ligt het niveau hoger en op die manier krijg ik niet de indruk een stap achteruit te doen.”
Na zijn blessure aan de kruisbanden, opgelopen twee seizoenen geleden, voelt Proto dat hij nu pas weer helemaal fit is. Hij dacht aan het seizoen te kunnen beginnen op gelijke voet met Zitka, maar besefte snel “dat je iemand die net was verkozen tot Doelman van het Jaar niet op de bank zet.” En dus vertrok hij met achterstand, en die kon hij nog niet inhalen. Proto: “Maar laat dit duidelijk zijn: ik ben niet tevreden met dit statuut. Ik ben geen tweede keeper! Of: ik ben hooguit tweede keeper, het is nu ook niet dat Davy Schollen mij in die hiërarchie is voorbijgegaan. Ze zeggen me hier dat ik de toekomst van de club ben. Dat verhaal vertel je niet aan een derde keeper.”
Kortom?
Proto: “Ik tast volledig in het duister. Focus op de bekerfinale en daarna zien we wel.”
STéPHANE VANDE VELDE
