De paarse bewindslieden krijgen het behoorlijk op hun heupen van de kritiek van het Rekenhof en de oppositie op de verkoop en het terughuren van openbare gebouwen.

Het Rekenhof heeft zich vastgebeten in het beleid van Paars om overheidsgebouwen te verkopen en vervolgens terug te huren. Ook in zijn commentaar bij de begroting van 2007 ligt deze aanpak, die behoort tot de lijst van ‘eenmalige maatregelen’ om het budget in evenwicht te houden, weer onder vuur. Het helpt nu misschien om de eindjes aan elkaar te knopen, maar in de toekomst kost dit handenvol geld, aldus het Rekenhof.

Zo moet de regering de Regie der Gebouwen volgend jaar al 360 miljoen euro toestoppen voor ‘huur en inrichting’. Dat is drie keer meer dan in 2004. Volgens het Rekenhof is dit voornamelijk te wijten aan een gebrekkige kosten-batenanalyse van de vastgoedprojecten van Paars. Deze kritiek is koren op de molen van CD&V, die geregeld ‘het onzorgvuldig financieel beheer’ van de regering op de korrel neemt en vooral van leer trekt tegen minister van Begroting Freya Van den Bossche (SP.A) en haar voorganger en huidig SP.A-voorzitter Johan Vande Lanotte.

Een heuse blikvanger in dit verband is het nieuwe gerechtsgebouw in Antwerpen. Dat gebouw heeft een veelvoud van de oorspronkelijke raming gekost (meer dan 250 miljoen in plaats van 75 miljoen). Sinds eind 2005 wordt het voor 36 jaar gehuurd van het vastgoedbedrijf Cofinimmo. Dat nam toen voor een habbekrats (112.000 euro) de gronden van de overheid over en voorts ook de afbetaling van de investering door de privégroep Justinvest. De huurovereenkomst met Cofinimmo kwam er omdat Europa niet akkoord ging met de financiële leasingformule (die eerst voor een periode van 27 jaar met Justinvest was uitgewerkt) en om te vermijden dat de hele investering anders in één keer in de begroting moest worden opgenomen. Het resultaat is wel dat de nieuwe huurconstructie, die de onderhoudskosten weliswaar voor rekening van Co- finimmo laat, de belastingbetaler meer dan het dubbele van de investering zal kosten. Bovendien zal de overheid na die 36 jaar nog altijd geen eigenaar van het ‘Vlinderpaleis’ zijn, tenzij ze opnieuw een smak geld op tafel legt.

Op Begroting is dit dossier intussen al zo vaak tegen het licht gehouden, dat de ergernis over de steeds weerkerende kritiek van het Rekenhof en de oppositie stilaan groot is. Zo wordt er niet alleen aan herinnerd dat het Antwerpse justitiepaleis in 1996 deel uitmaakte van een meerjarenplan, dat vooral het werk was van twee voormalige CD&V-ministers, Tony Van Parys (Justitie) en Herman Van Rompuy (Begroting). Ook voor de uit de hand gelopen investeringskosten zijn er verklaringen bij de vleet. Zo was de oppervlakte eerst veel te krap bemeten. Aan een centrale publieke ruimte bijvoorbeeld had niemand gedacht. Ook bleek Justitie tijdens de bouwwerken meer extra opvangcellen nodig te hebben en een groter sas voor celwagens. Met andere ‘onvoorziene werken’ en prijsherzieningen was veel te weinig rekening gehouden. Trouwens, zo wordt op Begroting gezegd, ook het Rekenhof kan niet de vinger leggen op de juiste omvang van de meerkosten van de deal met Co-finimmo. Over een periode van drie decennia kan niemand weten hoe bijvoorbeeld de gezondheidsindex, de discontorentevoet of de onderhoudskosten evolueren.

Minister van Begroting Freya Van den Bossche geeft toe dat de alternatieve financiering van nieuwe justitiepaleizen resulteert in hogere huurkosten, maar stelt dat die uitgaven dan tenminste ‘bekend en stabiel’ zijn én dat de onderhoudskosten voor de overheid de afgelopen drie jaar met een kwart gedaald zijn. Nog volgens Van den Bossche geeft de overheid sinds 2004 globaal niet drie keer meer uit aan de huur van gebouwen voor haar administratie, maar slechts een derde extra – en dat vooral omdat de huurprijzen voor kantoren gestegen zijn.

Patrick Martens

Patrick Martens

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content